1 min
Steeds meer consumenten kopen in de natuurvoedingswinkel. Hun belangrijkste motieven om voor biologische voeding te kiezen zijn ‘pure en gezonde producten’, ‘smaak’, ‘milieu’ en ‘diervriendelijkheid’. Dit blijkt uit recent consumentenonderzoek van Biologica, de ketenorganisatie voor biologische landbouw en voeding. Het betreft een representatieve steekproef onder klanten van natuurvoedingswinkels met 611 respondenten. Vrijwel alle respondenten (91%) zijn bewuste kopers die waarde hechten aan gezonde voeding. Dit in tegenstelling tot de gemiddelde Nederlandse consument: slechts 13% van alle consumenten denkt bewust na over voeding (1).
Welke motieven de klanten van natuurvoedingswinkels precies hebben om biologische producten te kopen, verschilt per inkomens- en leeftijdssegment. ‘Een puur en gezond product’ en ‘smaak’ wegen bij de hogere inkomensgroepen het zwaarst. Ook mensen van middelbare leeftijd vinden ‘smaak’ belangrijk. Jongeren en mensen van middelbare leeftijd vinden ‘milieu’ belangrijker dan ouderen. Ook vinden jongeren ‘diervriendelijkheid’ belangrijk. Uit het onderzoek blijkt dat mensen die geregeld biologische producten kopen, vaker naar natuurvoedingswinkels gaan dan de mensen die af en toe kiezen voor biologisch. De respondenten kopen met name biologische groente, fruit en brood in de natuurvoedingswinkel, terwijl voor biologische zuivel, aardappelen, eieren en vlees de supermarkt een belangrijk aankoopkanaal is geworden. Aardappelen en eieren worden relatief veel bij de overige kanalen (bij de boer, markt) gekocht.
Meer dan een kwart van de totale respondentengroep eet geen vlees. In Nederland is het aantal vegetariërs ruim 4,5% (Bron: Vegetariërsbond). De meeste respondenten zijn tegen gentechnologie in de landbouw, omdat niet bekend is wat de gevolgen van gentechnologie op lange termijn zijn.
De omzet in het natuurvoedingskanaal is in 2005 bijna 5% gegroeid (Bron: EKO-monitor 2005 van Biologica). De groei komt niet door ander aankoopgedrag, zo blijkt uit het consumentenonderzoek, maar door een toename van het aantal klanten in natuurvoedingswinkels.
1 Bondt de, J. (2001). Biologisch voedsel, hype of trend? In: Eye; vol 4, nr 4 (april 2001), p. 18-19.
bron:biologica
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 30 december krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 30 december krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
_480_289_s_c1.png)
Dat vind ik inderdaad nieuws. Ik kan me nog goed herinneren dat ik ooit een discussie had met de marketingman van de Groene Weg Slagerijen. Vlgs hem wilden zijn klanten vooral biologisch en diervriendelijk. Smaakkwaliteit zou er pas in vijfde instantie toe doen. Ik kon het toen niet laten hem veel succes te wensen bij hun groeistrategie. Wat waarom hadden ze mensen die voor kwaliteit gaan nou nog steeds niet als klant? (en de rest hadden ze al - mooie groeistrategie dus).
Geweldig dat er op zijn minst een significante statistische aanwijzing is dat het publiek verschoven is: bio = (voor een groeiende groep) kwaliteit. Nu is de uitdaging dus ervoor te zorgen dat bio ook inderdaad kwaliteit blijft (cq. verder wordt, want er valt nog veel aan te verbeteren).
In dit onderzoek zijn de klanten van natuurvoedingswinkels ondervraagd over hun aankoopmotieven tav biologische producten. Daar kwam 'smaak' dus uit als een van belangrijkste redenen. Onder hoge inkomensgroepen en consumenten van middelbare leeftijd (35-55) woog dat nog extra door. De groep respondenten was dus niet op voorhand geselecteerd als 'fijnproevers'. Daar zou een apart onderzoek voor nodig zijn.
Het feit dat smaak steeds vaker telt als aankoopmotief is belangwekkend. Onder de 'oude' groep klanten van natuurvoedingswinkels woog in het verleden milieu het belangrijkste reden om biologische producten te kopen.
Ik zal die vraag eens stellen aan de mensen van biologica.
Ben toch bang dat het onderzoek nogal 'biased' is: deze kopers van biologisch zijn meer bewuste eters dan fijnproevers. Dat die voor zijn is oud nieuws. Ik zou erg benieuwd zijn naar de houding van fijnproevers tav biologisch.