In een dikke vijftig jaar hebben we onze kippen veel dikker weten te fokken. Wetenschappers van de University of Alberta in Canada deden een proef met kippen uit drie verschillende tijdvakken. Ze fokten naast elkaar een kippenras uit 1957, eentje uit 1978 en de Ross 308 vleeskip uit 2005. Op de foto staan ze alle drie op een rijtje, op dezelfde leeftijd. Daar sta je toch even van te kijken.

400% grotere groei
De kippen kregen allemaal hetzelfde te eten. Op die manier konden de onderzoekers vaststellen wat de genetische verschillen tussen de rassen zijn, zonder dat er andere factoren meespeelden zoals voerverschillen of antibiotica. Ze werden 56 dagen oud en tussentijds gemeten, gewogen en gefotografeerd. Ook werden groeiratio, voedselinname, voerconversie en energieverbruik vastgelegd.

Tussen 1957 en 2005 nam de vleeskuikengroei toe met meer dan 400%, terwijl de voerconversieratio per dier slechts met 50% afnam. Daarmee kan gezegd worden dat de beoogde gunstige effecten van genetische selectie om tot zwaardere, commercieel aantrekkelijke kippen te komen, ruimschoots gerealiseerd zijn.

Resultaten volgens Vox
Vox vat de resultaten van 50 jaar kippenverbetering als volgt samen:
1. De kip van vandaag is vier keer zo groot als die kip van 50 jaar geleden - op hetzelfde voer.
2. De kip van vandaag heeft een veel efficiëntere voerconversie. Die gaat met name in de borstfilets zitten.
3. Moderne kippen hebben wel wat extra gezondheidsproblemen, ofwel veroorzaakt door onbedoelde genetische effecten, of doordat de kippen ander gedrag zijn gaan vertonen en extra gewicht mee moeten torsen.
4. Grotere kippen hebben er ook aan bijgedragen dat we meer kip zijn gaan eten; daardoor wordt de winst weer deels ongedaan gemaakt. Kip is goedkoper geworden en toegankelijker geworden. In 2013 aten de Amerikanen meer dan 37,6 kilo per hoofd van de bevolking.

Het onderzoek is gepubliceerd in Poultry Science.

Fotocredits: foto uit genoemd rapport, uitsnede, via Vox.
Dit artikel afdrukken