Staatssecretaris Mona Keijzer (Economische Zaken en Klimaat) stuurde afgelopen donderdag, aan het begin van het Kamerreces, het wetsvoorstel voor de 'Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven' naar de Kamer.

Na het zomerreces zal de Kamer er in september over debatteren. Het oorspronkelijke voorstel voor de wet kon de kritiek van de Raad van State niet doorstaan. Naar aanleiding van het RvS-advies heeft de staatssecretaris het voorstel aangepast.

De nieuwe wet maakt het mogelijk dat de Nederlandse boeren, verwerkers en detailhandel met eigen duurzaamheidsinitiatieven komen die in nationale regels worden omgezet.

Boerderij spreekt van 'De Kip-van-Morgen-wet'. Directe aanleiding voor de wet was dat de bestaande mededingingsregelgeving de invoering van de duurzaam geproduceerde Kip van Morgen onmogelijk maakte. Boeren, slachterijen en supermarkten hadden over deze vervanger-van-de-plofkip afspraken gemaakt.

De nieuwe wet stelt voor dat marktpartijen onderling afspraken kunnen maken en die in regels vastleggen. De duurzaamheidsinitiatieven kunnen ook op regionale schaal spelen. De minister zal die regelgeving vervolgens beoordelen op draagvlak in de samenleving en toetsen of ze passen binnen de geldende Europese regelgeving en in het algemeen belang. De aanbiedende partijen moeten aantonen dat het duurzaamheidsvoordeel (dierenwelzijn, dierengezondheid, energiebesparing, uitstootreductie) opweegt tegen het nadeel dat vooral zal resulteren in een hogere consumentenprijs. Als de minister positief oordeelt, dan kan de regelgeving, in overleg met de Tweede Kamer, worden ingevoerd.
Dit artikel afdrukken