De boer is het begin van de keten, de consument het einde. Beide doen het minste mee in de ketengedachte, maar zijn nu eenmaal de begin- en eindschakel die de handel, verwerking, retailer en horeca nodig hebben om hun verdienmodel in stand te houden.

Als je het bekijkt vanuit het oogpunt van risicomanagement, dan is het zoveel geroemde ketendenken vooral een soort estafette. Het stokje van het risico wordt steeds doorgegeven aan de volgende stap binnen de keten. Alles wordt gemanaged, alle informatie wordt gedeeld en overal blijft een deel van de marge hangen.

Keten knapt in zijn geheel
Totdat.... er iets gebeurt waar niemand rekening mee had gehouden. Er wordt een oorlog gevoerd op een bepaald continent; er vindt een staking plaats in een haven in een land. Altijd zijn er ontsnappingsmogelijkheden of vervangende routes om de keten te laten blijven functioneren. Een alternatieve route of afzetkanaal laat de keten intact. Maar deze coronacrisis op wereldschaal resulteert erin dat de keten in zijn geheel knapt. De handel komt tot stilstand.

Neem nu de Europese aardappelsector, in 10 jaar tijd uitgegroeid tot een wereldspeler van formaat. In 2010 werd in Europa circa 4 miljoen ton aardappelen tot frites verwerkt. Inmiddels is het volume gegroeid naar meer dan 10 miljoen ton. Of kijk naar de veevoerindustrie; ook daar zijn enkele grote spelers in gehele continenten actief. En zo kunnen we nog wel een paar voorbeelden noemen. Zij hebben 1 ding gemeen: ze vertrouwen op de keten en op het systeem. Zij zijn afhankelijk geworden van logistieke partners, van wereldwijd opererende fastfoodketens of van financieringen in de keten door het doorschuiven van de betalingstermijnen.

Testen op lange adem
Nu de coronacrisis aanhoudt, worden deze ketens getest op hun onderlinge vertrouwen en hun lange adem. Dat deze food- en feedketens hierna nooit meer hetzelfde zullen zijn, is nu al duidelijk. Alle ketenpartijen gaan nog meer kijken naar wie welke risico's van wie over neemt. En of hun ketenpartners financieel en operationeel wel betrouwbaar genoeg zijn. Maar ik denk vooral dat zij niet meer gaan wedden op 1 paard en weer op zoek gaan naar lokalere spelers die flexibeler zijn en minder afhankelijk van 1 partij, land, continent of distributeur.

Ik hoop dat het begin van de keten zich daarmee sterker kan positioneren zodat niet alle risico's bij de boer worden neergelegd. Of is het dan toch verstandiger om de keten te ketenen en de beginschakel (de boer) rechtstreeks met de eindschakel (de consument) te laten handelen? Eén ding is zeker: na dit virus worden de ketens opnieuw tegen het licht gehouden.

Deze opinie verscheen eerder op Boerenbusiness en het Tijdschrift voor Agrarisch Recht onder de titel 'Ook een keten heeft een zwakste schakel'.
Dit artikel afdrukken