Sinds in Beieren sporen van Genetisch Gemanipuleerde Organismen in honing werden gevonden, rees de vraag of het natuurproduct honing niet ook onder de GGO-labeling moet vallen. Die bepaalt dat producten met meer dan 0,9% genetische gemodificeerd materiaal dat op het etiket moeten vermelden.

Aanvankelijk zorgde jurisprudentie - het zogenaamde Bablok-arrest - ervoor dat honing zijn natuurlijke status verloor en zich moest voegen naar de regelgeving voor GGO-etikettering. Dit zorgt ervoor dat honing altijd op de aanwezigheid van GGO's getest zal moeten worden. Dat werkt dus kostenverhogend.

In het Europees Parlement zal tijdens een plenaire zitting gestemd worden over een rapport dat de GGO-regelgeving van toepassing verklaart.

De Vlaamse Europarlementariër Bart Staes (Groen) verklaart waarom hij het "zeer belangrijk" vindt dat consumenten weten wat er in hun potje honing zit. Hij zegt "De kans op ggo-pollen in honing brengt schade aan de zuivere en gezonde reputatie van honing als natuurlijk en zuiver product." Als de jurisprudentie van toepassing wordt verklaard, moeten imkers een beroep kunnen doen op compensatie voor ggo-besmetting, zegt Staes voorts. Hij geeft aan volledig vanuit de consument te denken: "Gezien de belangrijke maatschappelijke en wetenschappelijke debatten over de veiligheid van ggo’s voor mens, dier en milieu en de wenselijkheid van deze techniek in ons landbouw- en voedselmodel, willen consumenten bewust kunnen kiezen of ze al dan niet voedsel met ggo’s willen kopen. Een vrije en geïnformeerde keuze van de consument dient gegarandeerd te worden via etikettering, ook voor honing." Dat meldt Vilt.
Dit artikel afdrukken