Er zijn maar weinig wetenschappelijk verantwoorde en langjarige tellingen van de hoeveelheid rondzoemende insecten. Van honingbijen, monarchvlinders en vuurvliegjes is de achteruitgang bekend. Maar van motten, zweefvliegen, kevers en andere beestjes die langsschieten in de zomermaanden weten we weinig tot niets. Een groep van Duitse insectenkenners brengt daar verandering in. Ze haalden met hun waarnemingen het wetenschappelijke blad Science. Ze constateerden over een periode van 24 jaar een achteruitgang van 78% in het aantal rondvliegende insecten in een natuurgebied. Ook in andere gebieden telden ze driekwart minder insecten.

Het is geen experiment. Het is een observatie van deze massale achteruitgang. De data zijn op zichzelf sterk. Ze begrijpen en weten wat eraan te doen is moeilijk
Van 17.291 naar 2.737
De Krefelder Entomologischen Vereind observeert al sinds 1905 insectenpopulaties in de regio rond Krefeld. De (amateur)entomologen zetten jaarlijks in een aantal gebieden zogeheten malaisevallen neer. Dat zijn tentvormige vallen waarbij alle insecten die in de tent terechtkomen, in alcohol gevangen en bewaard worden. Sinds de jaren '80 bemonstert de Vereniging regelmatig dezelfde terreinen.
In 1989 vingen de entomologen in de bloemrijke hooilanden van het Orbroicher Bruch natuurgebied zonder problemen tijdens de observatieperiode één tot anderhalve kilo aan insecten - een paar gram per dag. In 2013 was het maar 300 gram. Bij de in 2014 daarom herhaalde meting was dat niet anders. Vooral de zweefvliegen bleken sterk achteruitgegaan te zijn. In 1989 zaten er 17.291 zweefvliegen van 143 soorten in de vallen. In 2014, op dezelfde locaties, nog maar 2.737 van 104 soorten.

'Stikstof, kleiner leefgebied, pesticiden'
De Belgische natuurbeschermingsorganisatie Natuurpunt oppert als mogelijke verklaring voor de achteruitgang veranderingen in landgebruik en verlies aan leefgebied. "Ook de kwaliteit van de overgebleven leefgebieden staat sterk onder druk. Enerzijds door de massa stikstof die neerdaalt op onze natuur. Anderzijds door de pesticiden die gebruikt worden en waarvan de exacte impact moeilijk te bepalen lijkt. Tel daar nog klimaatverandering bij, en je hebt een dodelijke cocktail", aldus Natuurpunt in Vilt.

De wetenschappers in Science laten een verklaring voor de achteruitgang in het midden. "We weten niet wat de achteruitgang veroorzaakt", zegt Dave Goulson, ecoloog aan de Universiteit van Sussex die samenwerkt met de Krefelder Vereind. "Het is geen experiment. Het is een observatie van deze massale achteruitgang. De data zijn op zichzelf sterk. Ze begrijpen en weten wat eraan te doen is moeilijk."

Dit artikel afdrukken