Europa's statistische bureau Eurostat kwam donderdag met de nieuwste cijfers over de Europese lidstaten. De Standaard pikte daaruit op dat België 9 negen procentpunt duurder is met consumptiegoederen en -diensten dan het gemiddelde EU-peil. Samen met Frankrijk is België het op zeven na duurste land van de 28 lidstaten.

Het duurste EU-land is Denemarken: de Denen betalen gemiddeld 40% boven het gemiddelde EU-peil, en dan vooral voor 'voeding en dranken, alcoholische dranken en tabak, kledij, elektronica, personenvoertuigen en restaurants en hotels'. Boven het gemiddelde scoren verder via Zweden (130%), Luxemburg en Finland (123%), Ierland (118%), Groot-Brittannië (114%), Nederland (110%), België en Frankrijk (109%), Oostenrijk (107%), Italië (103%) en Duitsland (102%). Het goedkoopste EU-land is Bulgarije, waar het prijspeil op 48% van het EU gemiddelde ligt.

Het Nederlandse Boerderij kiest een andere invalshoek naar aanleiding van de Eurostat-cijfers. Zij leggen de nadruk op de prijzen van voedingsmiddelen en niet-alcoholische dranken die in Nederland vorig jaar 3% onder het EU lagen. Voor voedingsmiddelen blijkt Polen het goedkoopste land, met een prijspeil dat 'op minder dan twee derde van de prijzen [ligt] die in doorsnee in de EU worden gevraagd.'

Voeding en niet-alcoholische dranken zijn in België juist stukken duurder: 12% boven het EU-gemiddelde. Daar staat tegenover dat alcoholische dranken en tabak er juist weer veel goedkoper zijn: 96% van de gemiddelde Europese prijs. Dat was dus slim van Albert Heijn: de in Nederland 'dure' super blijkt in het voor eten en drinken veel duurdere België vanzelf goedkoper uit te vallen.
Dit artikel afdrukken