In Nederland ging in 2019 9,3 miljoen kilogram werkzame stof aan gewasbeschermingsmiddelen om. Dat is een lichte daling (-1,4%) ten opzichte van een jaar eerder, meldt het CBS.

De meest verkochte gewasbeschermingsmiddelen (42%) dienen voor de bestrijding van schimmels en bacteriën. Middelen voor de bestrijding van onkruiden en loofdoding maken 29% van het totaal uit, middelen tegen insecten en mijten 21%.

Het meest gebruikte gewasbeschermingsmiddel was de schimmelbestrijder mancozeb. Hiervan gebruikten agrariërs in 2019 nog 2,1 miljoen kilo actieve stof, een daling van 4% ten opzichte van het jaar ervoor. Bij de andere fungiciden was de afname sterker: -15% naar 1,8 miljoen kilo. Eind 2020 besloot de Europese Commissie het gebruik van mancozeb te verbieden; dat verbod wordt eind dit jaar definitief. Toxicologen vrezen dat mancozeb de ziekte van Parkinson veroorzaakt.

Bij de onkruidbestrijdingsmiddelen (herbiciden) valt de afname van de verkoop van glyfosaat op: een daling van 17% naar 0,6 miljoen kilo werkzame stof. Glyfosaat is omstreden; vorig jaar moest het Duitse chemieconcern Bayer €23 miljard opzij leggen voor het schikken van duizenden glyfosaatclaims, schrijft Het Financieele Dagblad. Bij andere herbiciden was de daling geringer: -5%, naar 2,1 miljoen kilo werkzame stof in totaal.

Opvallend is de stijging van de verkoop van bestrijdingsmiddelen tegen insecten en mijten: 22% naar 1,2 miljoen kilo. Dat hangt deels samen met een gewijzigde internationale stoffenindeling per 2019, waardoor de cijfers voor insecten- en mijtenbestrijding hoger liggen dan in voorgaande jaren. Met name de verkoop van paraffineoliën, die gebruikt worden om luizen te bestrijden die plantenvirussen over kunnen brengen, steeg met 18%.
CBS - Iets minder gewasbeschermingsmiddelen verkocht in 2019
  • Deel
Druk af