Ruim 77.000 Nederlanders telden dit weekend bijna 1,3 miljoen tuinvogels. Bovenaan in de Nationale Vogeltelling staat, net als de afgelopen jaren, de huismus, gevolgd door de koolmees en de vink. De mus werd in minder dan de helft van de tuinen gespot, maar omdat de huismus in groepen leeft, prijkt hij in absolute aantallen bovenaan.

Dit weekend kon iedereen die dat wilde een half uur lang vogels tellen in de tuin of op het balkon. De aantallen getelde vogels kunnen nog tot maandag 12.00 uur doorgegeven worden. Op de site van Vogelbescherming Nederland is - tot op straatniveau - te zien welke vogels er het meest gezien zijn.

Nummer 4 in de totaalstand is de merel, een vogel die sinds 2016 steeds minder vaak gezien werd als gevolg van het usutu-virus. In Limburg en Noord-Brabant werden in vergelijking met de rest van het land minder merels geteld.

Na de merel werden dit weekend de pimpelmees, kauw, Turkse tortel, houtduif, roodborst en ekster het meest geteld, meldt de Vogelbescherming.
ING - Nationale Tuinvogeltelling 2019 | Resultaten
  • Deel
Druk af