Het rommelt al jaren in de Hollandse champignonwereld die regelmatig in het nieuws is vanwege schandalen rond de uitbuiting van personeel. Om die reden is enkele jaren geleden een keurmerk in het leven geroepen voor Nederlandse champignontelers - 120 in totaal; in de hoogtijdagen van de jaren '80 telde ons land 1.400 telers - die zich aan de wet houden. Dat mocht niet baten.
De Nederlandse champignon brengt zijn kostprijs niet meer op. Land- en Tuinbouwvereniging LTO vreest dat Nederland geen kwekerij meer overhoudt, schrijft de Volkskrant. De concurrentie uit Polen is moordend; Poolse champignons zijn in zeer ruime mate op de interne Europese markt voorhanden. De 120 Nederlandse telers bedienen 14% van de internationale handel in champignons. Polen bedient 44% van de exportmarkt; het land heeft een kostprijs die een derde lager ligt dan in Nederland.
Onze telers staan dan ook ver op achterstand op de Europese markt en kunnen alleen overleven door onder de kostprijs te verkopen. Dat is het gevolg van hun sinds 2000 steeds verder met Polen uit de pas lopende, hoge productiekosten. Nederland is een te dure vestigingsplek geworden voor de teelt van de ‘gewone’ witte champignon in het bekende blauwe bakje.
De warme zomer laat de Nederlandse champignonkwekerij dit jaar extra piepen omdat ze meer koeling nodig hadden en dus hogere energiekosten hebben gemaakt. Supermarkten hanteren volgens het FD bodemprijzen vanwege het ruime aanbod.
Geen onderscheidend product
Volgens de Nederlandse kwekers moeten zij voldoen aan een strenger eisenpakket dan hun Poolse collega's, terwijl ze niettemin een voor de interne EU-markt gelijk product maken. Boerenkoepel LTO wil dat, als voorlopige oplossing, supermarkten meer gaan betalen voor Nederlandse champignons. Maar zelfs als dat zou gebeuren, dan is dat geen oplossing voor hun kostprijsnadeel. Ze exporteren een zo belangrijk deel van hun productie dat gedwongen winkelnering van Nederlandse supermarkten het leeuwendeel van hun productie op termijn sowieso uit de markt drukt. De boerenkoepel wil dat de supermarkten de telers toestaan om hun wij-voldoen-aan-de-wet-keurmerk in de schappen te voeren als wapen tegen de Poolse concurrentie. Zonder daadwerkelijk onderscheid zullen supers dat blijven weigeren omdat er ruim voldoende even kwalitatief product in de markt te koop is.
Het is denkbaar dat de teelt van de gewone witte champignon straks nagenoeg geheel uit Nederland verdwijnt. Deze situatie is in het komende decennium ook het mogelijke lot van varkensmesterij en de pluimveehouderij (slachtkuikens en eieren) die geen onderscheid weten te ontwikkelen tegen de aanmerkelijk goedkopere maar even hoogwaardige agrarische productie uit Oost-Europese landen. Onlangs bracht de NVWA een rapport naar buiten waaruit blijkt dat de Nederlandse slachtkuikensector eveneens structureel de wet overtreedt; vermoedelijk vanwege prijsdruk.
Dit artikel afdrukken
Onze telers staan dan ook ver op achterstand op de Europese markt en kunnen alleen overleven door onder de kostprijs te verkopen. Dat is het gevolg van hun sinds 2000 steeds verder met Polen uit de pas lopende, hoge productiekosten. Nederland is een te dure vestigingsplek geworden voor de teelt van de ‘gewone’ witte champignon in het bekende blauwe bakje.
De warme zomer laat de Nederlandse champignonkwekerij dit jaar extra piepen omdat ze meer koeling nodig hadden en dus hogere energiekosten hebben gemaakt. Supermarkten hanteren volgens het FD bodemprijzen vanwege het ruime aanbod.
Geen onderscheidend product
Volgens de Nederlandse kwekers moeten zij voldoen aan een strenger eisenpakket dan hun Poolse collega's, terwijl ze niettemin een voor de interne EU-markt gelijk product maken. Boerenkoepel LTO wil dat, als voorlopige oplossing, supermarkten meer gaan betalen voor Nederlandse champignons. Maar zelfs als dat zou gebeuren, dan is dat geen oplossing voor hun kostprijsnadeel. Ze exporteren een zo belangrijk deel van hun productie dat gedwongen winkelnering van Nederlandse supermarkten het leeuwendeel van hun productie op termijn sowieso uit de markt drukt. De boerenkoepel wil dat de supermarkten de telers toestaan om hun wij-voldoen-aan-de-wet-keurmerk in de schappen te voeren als wapen tegen de Poolse concurrentie. Zonder daadwerkelijk onderscheid zullen supers dat blijven weigeren omdat er ruim voldoende even kwalitatief product in de markt te koop is.
Het is denkbaar dat de teelt van de gewone witte champignon straks nagenoeg geheel uit Nederland verdwijnt. Deze situatie is in het komende decennium ook het mogelijke lot van varkensmesterij en de pluimveehouderij (slachtkuikens en eieren) die geen onderscheid weten te ontwikkelen tegen de aanmerkelijk goedkopere maar even hoogwaardige agrarische productie uit Oost-Europese landen. Onlangs bracht de NVWA een rapport naar buiten waaruit blijkt dat de Nederlandse slachtkuikensector eveneens structureel de wet overtreedt; vermoedelijk vanwege prijsdruk.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Dat is natuurlijk de million dollar kwestie, Marco :-)
Het enige antwoord is natuurlijk: ontsnap aan de wet van de remmende voorsprong. Besef dat het einde nadert in gevallen van meer van hetzelfde. Dus kies een ander pad. Met je talenten, je vaardigheden, je creativiteit, je vakmanschap en bevlogenheid (en je overgebleven kapitaal). Nu het nog kan.
In de tussentijd kan je ook proberen met samenwerken (macht creëren) nog even met meer van hetzelfde door te gaan. In de Volkskrant vandaag het verhaal over BioBrass. Vier boeren met 2000 hectares die rechtstreeks leveren aan de supers en met een aantal producten veruit marktleider zijn.
Jan-Peter van Doorn,
Goede reactie. Wat is je advies dan voor de NL-telers die moeten concurreren met nagenoeg (of helemaal) hetzelfde maar goedkopere product uit andere landen? Wachten op een productieschandaal in die andere landen om dan vervolgens tegen de nederlandse consument te zeggen: "ziet u wel NL-producten moet u hebben" kan wellicht te lang gaan duren. En regelgeving terugdraaien (minimum loon e.d.) zodat er wel geconcureerd kan worden gaat het ook niet worden denk ik.
Aan de hand van de champignons case is een realistische noot misschien wel handig :-)
De te verwachtte roep, vanuit marketing perspectief, om meer onderscheid, toegevoegde waarde en consumentengedrevenheid is terecht, ik ga dat niet ontkennen, ben uiteindelijk ook marketeer, maar kent zijn beperkingen. Hypersegmentatie, al in de 80er jaren vorige eeuw werd daar voor gewaarschuwd. Nu zijn we in veel foodmarkten nog lang niet in de hypersegmentatie modes, maar het is goed om even te kijken hoe het in elkaar steekt.
De meeste bedrijven streven monopolieposities na. Waarom? Hoge mate van efficiëntie in productie en marketing > hoge winsten. Concurrentie op onderscheid creëert verschillen tussen producten (smaak, formaat, toepassing, kleur, emotie, verpakking etc). Nu is van de witte champignons de stap naar de kastanje champignon nog wel te doen. Maar kost geld. Die in dit geval misschien nog wel met een hogere verkoopprijs te verantwoorden is. Een portobella lijkt ook nog wel te kunnen. Maar hoe verder je differentieert des te hoger de kosten. En het is nog maar de vraag of de consument bereid is daarvoor te betalen. Daarbij hoe verder de differentiatie des te kleiner de verschillen en heb je weer meer marketing nodig omdat uit te leggen. Weer meer kosten.
Deze gedachte wilde ik jullie niet onthouden in het kader van het toevoegen van waarde. Prima als het het toevoegen van kosten overtreft, maar dat is niet zo vaak het geval.
Precies, Marc vd Lee, als er al iets moet, dan moeten er beter en gevarieerd smakende champigons komen. Dan ga ik als consument misschien de moeite eens nemen die dingen eens echt te proeven.
#22 “We moeten veel meer aan de paddenstoelen, peulvruchten, noten als vervangers van vlees”.
Dit ook een van de punten die een gedragswijziging en ander consumptiepatronen frustreert: het eeuwige ‘moeten’. Hoe harder we moeten, hoe meer weerstand.