Op zijn smaakvolle website kijkt een jeugdige Valter Longo (1967) in meerdere poses de lezer aan, ook gekleed in een witte doktersjas. Zijn Wikipediapagina vermeldt dat hij in Genua, Italië, geboren is en als tiener naar Amerika vertrok om het te gaan maken als rockgitarist. Het leven had andere plannen met hem. Professor Longo vervult meerdere functies in het vakgebied van de biogerontologie, schreef goedverkopende boeken over hoe gezond oud te worden, en deed veel onderzoek naar de veroudering van cellen.

Een rockster onder academische onderzoekers. Met een eigen dieet: het ‘Fasting Mimicking Diet’, een dieet dat de effecten van vasten heeft, maar waarbij je wel gewoon – zij het weinig - mag eten. Het dieet, dat Longo met zijn bedrijf met succes aan de man brengt, is het resultaat van een carrièrelange preoccupatie. Wat gebeurt er in de cellen van organismen die verouderen en vooral: wat vertraagt die veroudering? Veroudering van een organisme is een proces van het slechter gaan functioneren van bepaalde onderdelen van cellen, in het bijzonder de mitochondriën.

Wat voor een fruitvliegje geldt, geldt kennelijk ook voor de mens
Celveroudering
In een artikel dat in Cell verscheen, het belangrijkste internationale vakblad over celbiologie, vat Longo een kwart eeuw onderzoek naar celveroudering samen. De focus ligt op hoe voeding de expressie van genen beïnvloedt. Wat is het bewijs voor de zogenaamde ‘nutriënt-responsieve genen’, die aan het begin staan van metabole paden die met een langer leven van de cel geassocieerd worden, en bepaalde voedingsstoffen en voedingspatronen, die deze paden reguleren?

Longo bestudeerde de literatuur over celveroudering bij andere organismen onder invloed van nutriënten. Dat loopt van de simpelste organismen, gisten, wormen en vliegjes, via knaagdieren en niet-menselijke primaten, naar de mens. Om uit te komen bij de zegeningen van het ‘langlevendieet’. Dat moet wel de heilige graal zijn: wat moet je eten voor een lang en gezond leven.

Stress
Longo beschrijft welke veranderingen in de voeding van de laagste organismen invloed hebben op de levensduur. Dat zijn de beperking van suikers en eiwitten, maar ook algehele calorierestrictie. Die leiden in de cellen tot een verhoogde activiteit, of stress, die gunstig is voor het functioneren van de cel.

In knaag- en zoogdieren wordt gezien dat vooral de beperking van suiker en eiwitten markers verlaagt die met een kortere levensduur in verband worden gebracht: insuline (en insulineresistentie), glucose, IGF-1 (een groeihormoon dat op insuline lijkt), oxidatieproducten (ROS), (stikstof uit) eiwitten uit vlees, soja en zuivel (o.a methionine en caseïne). Kleinere apen die weinig aten werden ouder, noteert Longo. Dat wijst op een nadelige invloed van (te veel) groeihormonen ten gevolge van eiwitrijke voeding.

Flinke restrictie van calorieën en beperking van suiker en eiwitten leiden in de mens bovendien tot lagere markers van laaggradige inflammatie die indicatief zijn voor risico's op hoge bloeddruk, diabetes type 2, atherosclerose en kanker. Longo haalt hier literatuur aan die grote resultaten te zien geeft. Samenvattend leidt die restrictie, zowel van caloriebeperking per maaltijd als door een tijdbeperkt voedingspatroon (intermittent fasting), tot reacties in de cel die evolutionair een vorm van grote schoonmaak waren, met als resultaat “hoge bescherming en verlaagde veroudering”.

Dat het vlees-, vet- en snelle-koolhydraten rijke westerse dieet voor niets en niemand in de Schepping gezond is, kan niet vaak genoeg beargumenteerd worden
Blue Zones
Uit epidemiologische en sociologische studie in bevolkingsgroepen die opmerkelijk lang leven komen ook argumenten voor Longo's restrictie-theorie. Hier komen weer de Blue Zones om de hoek kijken, de (geïsoleerde) gemeenschappen met gezonde leef- en eetgewoonten, zoals Okinawa, Sardinië en Linda Loma.

Alles bij elkaar komt Longo tot een karakteristiek van voeding die dusdanig met de daarvoor gevoelige genen samenwerkt, dat de cellen minder belast worden, zich kunnen herstellen en minder snel afsterven. Dat is vooral een gevarieerd dieet, met naar verhouding veel goede koolhydraten, juist voldoende eiwitten, deels ook van dierlijke herkomst (liefst vis), en plantaardige vetten.

Longo: “De consensus uit deze studies is dat een relatief koolhydraatrijk dieet ideaal is, maar dat de balans van macronutriënten belangrijk is, en dat de bron van de voedingsstoffen kan bepalen of het dieet meer of minder gezond is.”

Dat komt hierop neer:
  • Een pescatarisch of vegetarisch dieet met veel peulvruchten en volkoren granen
  • Dertig procent van de calorieën uit plantaardige vetten, zoals uit noten en olijfolie
  • Een laag, maar voldoende eiwitinname tot de leeftijd van 65 jaar en daarna een matig hogere eiwitinname
  • Weinig suiker en geraffineerde koolhydraten
  • Weinig, liefst geen rood vlees of vleeswaren (‘bewerkt vlees’)
  • Beperkt wit vlees, zoals kip
  • 12 uur eten en 12 uur vasten per dag
  • Ongeveer drie cycli van een vijfdaags vastendieet per jaar
Daarmee zegt Longo niets nieuws, over dat relatief koolhydraatrijke dieet en het tijdbeperkt eten. Veel recente literatuur wijst daarop. Longo kan veilig meegaan met de beweging weg van het radicale low carb. Longo is wel opmerkelijk voorzichtig over eiwitten. Die moeten compleet zijn, dus ook aangevuld door dierlijke producten, en voldoende naar behoefte, dus niet te weinig, maar ook niet te veel. Dat laatste ligt op de loer bij een dieet met weinig koolhydraten, zoals het keto-dieet.

Wat voor een fruitvliegje geldt, geldt kennelijk ook voor de mens: minder eten betekent langer leven. Dat het vlees-, vet- en snelle-koolhydratenrijke westerse dieet voor niets en niemand in de Schepping gezond is, kan niet vaak genoeg beargumenteerd worden. De boodschap van Longo voegt zich bij de vele stemmen die om verbetering van onze voeding roepen.
Dit artikel afdrukken