In het feitenrelaas hieronder, maken we korte metten met dit fake-verhaal van de Pinokkio’s van de mega-mestbewerking.
'Mestverwaarding'
Nergens vind je zoveel beesten per vierkante kilometer als in Brabant. Dat komt omdat wij veevoer uit de hele wereld importeren en het vlees weer exporteren. Maar met de mest blijven we zitten. Het fosfor uit het veevoer, dat als fosfaat in de mest terecht komt, kunnen we nergens in de buurt kwijt. In Frankrijk en Oost-Europa willen ze het wel. Als we het voor niets brengen. Om op het transport te besparen halen mestfabrieken het water uit de mest. Dat noemen ze ‘mestverwaarding’. Maar er moet nog steeds geld bij.
Als je de energiewaarde van de mest en de co-producten optelt bij de energie die nodig is voor het hele proces, kost het meer dan het oplevertIn de mest zit ook stikstof. We kennen dat als kunstmest. De mestfabrieken proberen nu de stikstof uit de mest te halen en aan de man te brengen als ‘kunstmestvervanger’. En iedereen zou daarop moeten overstappen, want de productie van de ouderwetse kunstmest vreet energie. Maar helaas. Ook dit blijkt een zeepbel. Want voor het produceren van deze namaak-kunstmest is juist méér energie nodig. En omdat wij er de stikstof uithalen, moet de akkerbouwer die onze mest nog wil, toch weer extra kunstmest strooien. Het schiet dus niet op. Bovendien is gebleken dat de kunstmestvervanger slecht is voor de biodiversiteit.
In sommige mestfabrieken maken ze stroom of groen gas. En aan alle geleverde energie hangt subsidie. Dat is nodig. Want als je de energiewaarde van de mest en de co-producten optelt bij de energie die nodig is voor het hele proces, kost het meer dan het oplevert.
Dan het laatste luchtkasteel. Mestfabrieken beweren dat ze ‘geurloos’ kunnen produceren. Bij elke nieuwe fabriek regent het echter klachten. Bij de oudere mestfabrieken zijn omwonenden al lang gestopt met klagen. De mestbewerker mag immers zelf het bureau uitzoeken dat berekent hoeveel stank hij ‘vergund’ mag uitstoten. En als de omgevingsdienst komt handhaven, moeten ze de gemeten stank voor 100% corrigeren, omdat stank zo moeilijk te meten is.
Wij begrijpen niet dat bestuurders, ondanks deze risico’s en nadelen, nu gekozen hebben voor mestfabrieken in het buitengebiedVeiligheid
Met de veiligheid is het al niet veel beter gesteld. Bij de lange versie van dit artikel - zie www.brabantsburgerplatform.nl - staat een lijst van rampen en bijna-rampen, zoals ontploffingen en gifwolken. En met het fijnstof en de stank gaan er nog andere ongezonde micro-organismen de lucht in. En dan maar hopen dat die gasfabrieken niet zelf de lucht ingaan…
Daarmee zijn we bij de hamvraag. Want wij begrijpen niet dat bestuurders, ondanks deze risico’s en nadelen, nu gekozen hebben voor mestfabrieken in het buitengebied. Tot nu toe mocht dit alleen op industrieterreinen. De mestlobby heeft de bestuurders blijkbaar zoveel zand in de ogen weten te strooien, dat nu heel Brabant het zoekgebied is. Natuurgebieden worden vrijgesteld. Steden en dorpen ook. Maar de veilige afstand van minstens 500 tot 1000 meter tussen een burgerwoning en een mestfabriek ontbreekt. Daarom: bestuurders, beleidsmedewerkers, bewoners, blokkeer dit beleid. Burgers in het buitengebied hebben ook recht op een veilige en gezonde leefomgeving.

Op 10 juli krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
#51 Ellen Maureen mijn opmerking is niet gericht op digestaat, maar op de scheidinsproducten/mineralenconcentraten. Vergisting en verwerking zijn twee totaal verschillende begrippen, die ook overlap met elkaar kunnen hebben. Het begrip mestverwerking is ingeven vanuit kostprijsbeheersing. Dat is de hele drijfveer. Mestverwerking is vooral interessant bij voldoende schaalgrootte en kent een energievraag (scheiden, drogen, filtreren etc.). De vergisting komt dan om de hoek kijken, omdat dit die energie/warmte kan leveren om een businesscase erom heen te bouwen.
Je hebt hierin gelijk dat het afhangt van de rijkheid van deze mest aan makkelijk afbreekbare koolstof. De effectiviteit van die vergisting is hiervan sterk afhankelijk en bepaalt ook het rendement voor een groot deel. Maar dat rendement is breder, want ook de benutting van de restwarmte en het biogas spelen een rol.
Dat verhaal over minder koolstof in digestaat heeft denk ik vooral te maken met de covergisting. Wanneer naast mest veel energierijke producten mee worden vergist neemt het rendement toe. Maar het digestaat bevat automatisch minder koolstof t.o.v. drijfmest waar men het tegen af zet. Bij monovergisting geef je zelf je argumenten. Als akkerbouwer ben ik overigens ook blij met die moeilijk afbreekbare koolstof.
Maar dat terzijde, want vergisting is niet het issue. Vergisting lost het probleem niet op. Immers ook digestaat blijft dierlijke mest voor de wet en bevat dezelfde mineralen als dat er aan de voorkant ingegaan zijn. Kortom opwerking (mestverwerking) blijft nodig. En dan gaat het om de kostprijs. Scheidingsrendement, welke meststromen ga je scheiden, hoe zit het met de logistiek, energie/warmte etc.
Knelpunten volgens rapport NCM zijn markt, de mestverwerking zelf en de locatie. En dat klopt met daarbij ook het feit dat zonder een berg subsidie het niet uitkan en er maar weinig zijn die het risico durven te nemen een langetermijn verplichting aan te gaan om die mest tegen een bepaald tarief te gaan verwerken en producten af te nemen. Het poorttarief bij die installaties incl. subsidie is nog niet zoveel lager dat je het risico wil nemen. Wat als de druk om de markt hierdoor afneemt, dan kun je jezelf wel voor de kop slaan. Vandaar ook de oprichting van bijvoorbeeld een NCM. Het is het komen tot een legitimering van het beleid dat wordt gevoerd.
Ellen Maureen Colpa,
Mesthopen in de winter op het land moet je ook afdekken hier tegenwoordig zodat er geen uitspoeling plaats vind. Volgens mij komt de stikstof uit digestaat sneller beschikbaar.
#52 Frank: je beschrijft een grote installatie die waarschijnlijk aan strengere eisen zal moeten voldoen dan die van ons. Ik kan alleen maar uitleggen hoe wij worden gecontroleerd.
Wij moeten twee maal per jaar het digestaat sanitair analyseren en de locatie en betrokken bedrijven worden elk jaar sanitair gecontroleerd. Daarnaast kunnen wij niet zomaar van andere boeren mest aannemen. Die moeten dan kunnen aantonen dat ze sanitair op orde zijn. Dit in tegenstelling tot een gewoon boerenbedrijf die de mest van de buurman zonder verdere eisen op zijn land mag uitrijden. Andere organische stoffen nemen we niet zomaar aan omdat vergisten een biologisch proces is dat je niet wilt verstoren.
Voor wat betreft uitspoeling naar het oppervlakte water: voorheen werd bij ons de vaste mest en van de twee andere bedrijven tijdens de winter opgehoopt op het land. Maandenlang kon daar vanalles uitspoelen naar het grondwater. Nu wordt de mest direct weggebracht naar de mestvergister. Verder schijnt dat de stikstof uit het digestaat beter wordt benut dan de stikstof uit de mest.
#51, ellen. 'Digestaat', dan rinkelen bij mij de bellen. Waar ik woon (Zw-Frankrijk) is een eindje verderop (nog wel verderweg, als waar menigeen hier mee te maken heeft) een grote vergister gezet, die allerlei organisch afval uit een weide omtrek (je moet denken in termen van departementen)vergist. Vervolgens kunnen de boeren uit de omgeving het digestaat over hun gronden uitstrooien, ze krijgen het spul middels contracten.
Er zijn vele vraagtekens.
- het betreffen kwetsbare gronden, kwetsbare natuurlijke omgeving, uitspoeling naar het nog niet verontreinigde grondwater dreigt;
- wie of wat controleert het digestaat? Wat wordt er vergist?
- hoe zitten die contracten met de boeren in elkaar? Kan het zijn dat ze verontreinigd (zware metalen, nitraat,pesticiden, farmaco) spul dumpen waar ze geld voor krijgen?
- er zijn slechts twee voltijds arbeidsplaatsen mee gemoeid, maar het project is met bombarie door de lokale overheden binnen gehaald als zijnde werkgelegenheid. Het heeft handenvol gekost, aanpassing wegennet voor vrachtwagens bijvoorbeeld.
Er zijn destijds vele handtekeningen (maar ja, vele...het gebied is dun bevolkt)verzameld, door omwonenden, het project is er gewoon gekomen.
Een soort vorm van vuilstort, naar mijn indruk.
#50 Hans Akkermans:
Er wordt gesuggereerd dat een groot deel van de organische stof in de mest wordt omgezet in energie en er low carbon dropjes overblijven.
Dit is inderdaad een logische gedachte maar ik heb er nog weinig informatie over kunnen vinden die de stelling onderbouwen.
Oude (drijf)mest is energetisch gezien niet veel meer waard omdat er weinig makkelijk af te breken organische verbindingen meer inzitten die vergist kunnen worden. De koolstofverbindingen die makkelijk afbreekbaar zijn zijn al geoxideerd in de mestopslag. De organische verbindingen die moeilijker afbreekbaar zijn blijven achter.
Mestvergisting lost het meststoffenoverschot niet op maar zorgt voor opwaardering van de mest doordat koolstofverbindingen die anders waren geoxideerd in mestput of op het land nu worden omgezet in energie. In het digestaat zitten nog wel degelijk organische stoffen (de langzaam afbreekbare).
Er wordt veel geroepen over het teloor gaan van het organische stof gehalte van de bodem bij het gebruik van digestaat. Tot nu toe kan ik geen studies vinden die dit op langere termijn hebben onderzocht. Ons eigen project draait pas een jaar dus ik kan er nog weinig over zeggen. Een Nederlandse studie toont aan dat over een periode van 15 jaar de bodemkwaliteit gelijk bleef.
Bodemkwaliteit neemt niet af op De Marke na bemesting met digestaat