Het populaire paleodieet wordt geprezen om zijn gezondheidseffecten, maar het voedingspatroon van onze voorouders uit de Jonge Steentijd was waarschijnlijk giftig. Zweedse en Noorse onderzoekers ontdekten dat de vis die de jager-verzamelaars uit de Jonge Steentijd (6.100 tot 3.500 jaar geleden) aten, vol zware metalen gezeten heeft, schrijft de Standaard.

Het denken achter de populariteit van paleo-eten is dat we door te eten zoals de jager-verzamelaars in de jonge steentijd – meer natuurlijke en minder bewerkte voeding – geen last zouden krijgen van welvaartziektes. Die kenden onze voorouders toen tenslotte ook niet. Het paleodieet zit vol vis, wild, vlees, groente en fruit, noten en natuurlijke vetten. Granen, zuivel, suiker, alcohol, aardappelen of plantaardige oliën zijn uit den boze.

Scandinavische onderzoekers ontdekten door middel van onderzoek met stabiele isotopen op de resten van zeedieren gevonden op archeologische vindplaatsen, dat onder meer de kabeljauw die onze voorouders aten, vol zat met cadmium en lood. Voor de cadmium- en loodverontreiniging lagen de waardes respectievelijk 22 en 3-4 keer hoger dan de huidige door de EFSA aanbevolen grenswaarden.

Zware metalen zijn schadelijk voor de inwendige organen. Het is nog onduidelijk of onze voorvaderen daar echt last van hebben gehad.
De Standaard - Het echte paleodieet zat vol vergif
  • Deel
Druk af