De winkel van Fishes die toevallig in de tijdelijk streekfeeststraat zit, had het drukker dan op de beste zaterdag. Jammer genoeg ontbraken de lokale grachtensnoek en grachtenkreeft. De gasten waren tevree met vis van ver. Slager Van Vuuren die bekend staat om zijn voortreffelijke zelfgemaakte – en dus echte lokale - paardenworst deed dezelfde uitstekende zaken. Pizzeria Delizia, met echte lokale Italiaanse eigenaren, deed heerlijk mee. De Rotterdamse Sita Danser was er, onze favoriet bij #SmaakNL 2010. Ook wij kochten natuurlijk een potje Hottie Sambal bij haar. En zo ging het maar door.
Ik zag organisator Gert-Jan Stok met kratten bier sjouwen. Ook hij was los en moest zijn toevlucht nemen tot de beroemde lokale winkel met buitenlandse bieren van Bert, die overigens van harte moet worden aanbevolen: Bert’s Bierhuis.
Willem&Drees waren er. Met bessen en prachtige, beslist superverse groene bloemkolen van de op foodlog welbekende biologische akkerbouwer Huib Rijk. En met de heerlijke appelen van Ben de Sonnaville. Dat spul was tenminste in de buurt geteeld. Nou ja, in Biddinghuizen en de Betuwe.
Ook ZTRDG – bekend van wat de boer wél kent - was er, met Ine Stultjens en Willem Groeneveld in hoogst eigen persoon. Net als ik, zijn ook zij voor producten van echte mensen die je kunt zien en aanraken. Daar voldeed (bijna) alles aan. Het was er dan ook supergezellig. Het geld stroomde kennelijk zelfs even goed als het bier. Dat verbaast me niks. Natuurlijk betaalt Nederland graag wat meer voor iets waar je de lach gratis bijkrijgt en een goed gevoel aan overhoudt. Geroerd was ik door het ‘broodTje met drinken’ voor 5 euro van een medelandse broodjesverkoper. De poster waarop het in grote letters gedrukt stond was met zorg samengesteld.
Maar zondag raakte ik totaal de kluts kwijt. Dat kwam niet door het bier want ik dronk geen druppel. Als streek niet van hier maar vooral van daar is, wat zijn dat dan voor streken? En dan heb ik het dus niet over het 'vers' van streekspeelgoed of dat van de verse streekmessen van de lokale potten en pannenwinkel. Daar kun je immers vers mee spelen en vers mee koken. Dat snap ik natuurlijk wel.
Op 31 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Mooie fotosessie Veerman. Te bedenken dat je in de Twijnstraat in mijn jeugd een kanonskogel kon afschieten, zonder iemand te raken. Er zat toentertijd een visboer in de Twijnstraat. Die visboer had een mooie dochter. Althans dat vond ik toen, nu zou ik het niet weten. De enige reden waarom ik in de Twijnstraat kwam. Volgend jaar ga ik zeker naar deze “Braderie”. Ze zouden het de “Twijnstraat Braderie” moeten noemen, om zich te onderscheiden. Het is tenslotte een historische winkelstraat. Men zou die geschiedenis moeten uitbuiten. Maar ja, dan is het weer geen Streek. Ongetwijfeld vind ik tegen die tijd een annonce op Foodlog. Die moet ik dan wel goed lezen en niet zoals ik de Pasteibakkerij heb gelezen. Ik was in de veronderstelling dat de zaak al geopend was. Vrijdagmorgen, leuk fietstochtje, 11 uur, lege zaak, slagerij Freijn, drie keuvelende dames. Nou dacht ik, je begint aardig olms te worden F. Volgende week een nieuw bezoek.
Om je een indruk te kunnen vormen van deze braderie - mooi geuzenwoord dus - die met een modern woord streekmarkt wordt genoemd: klik http://t.ymlp184.com/emyaraueeealajbuakahe/click.phphier[/url]
Ja, de behoefte aan Trust (@Dick) en Transparency (@Soetman) vormen belangrijke elementen voor de opmars van het streekproductenfenomeen.
Maar volgens mij vormen beiden maar onderdelen van een grotere zoektocht, nl. die naar Authenticiteit.
Ik verwijs graag naar Pine & Gilmore uiteenzettingen rond The Progress of Economic Value (voorbeeldje op http://www.youtube.com/watch?v=2RD0OZCyJCk). In 't kort:
De evolutie van de ecomische output: commodities > goods > services > "Experiences"
En gelijklopend daarmee:
1) De evolutie van de business imperative: supply > control > improve > "Render"
2) De evolutie van consumer sensibility: availability > costs > quality > "Authenticity"
Het beleven van authenticiteit is echter een persoonlijk fenomeen, iets dat tussen onze oren zit. M.a.w. er bestaan geen authentieke aanbiedingen. Alleen nemen sommigen betere maatregelen, zodat hun producten in de ogen van hun klanten authentiek worden.
De markt wordt niet verleid door logica. Mensen worden gedreven door verhalen en drama, ontdekkingen …
Dat vormt de kracht van de streekproductenopmars. Mensen die op zoek zijn naar #emotiefood.
Naast Vertrouwen en Transparantie maakt ook Vakmanschap (Ambacht) onderdeel uit van dat zgn. authenticiteitsgevoel. De ambachtsman roept dit beeld op, het is iemand waar we respect kunnen voor koesteren. Ondertussen zijn we echter in het tijdperk van Ambacht 2.0 terecht gekomen, al lijkt dat velen op streekmarkten te zijn ontgaan.
Persoonlijk beschouw ik 'alles' als ambacht, als er vakmanschap is komen bij kijken -> een goed gecodeerde (bug free) website bijvoorbeeld ;-)
Wat is een (food)product zonder streken?
Eentje waarin de 'experience' klopt met de 'promise'.
Dat kan enkel als, en alleen als, 'it is true to itself' en 'it is what it says it is'.
Het woord braderie mag weer opgewardeerd worden. Het betekent een uitzonderlijke markt, jaarlijks of halfjaarlijks, waar de lokale verkopers aangevuld met gelegenheidskramers, hun waren extra voordelig uitverkopen.
Het oervoorbeeld is de braderie van Rijssel (Noord-Frankrijk) met jaarlijks enkele miljoenen bezoekers. Het woord moet daar ontstaan zijn. Deze oude Vlaamse hoofdstad gebruikt een Vlaams woord, 'braderij' (omdat er zoveel warm -gebraden- voedsel werd verkocht) om haar jaarmarkt te benoemen. De braderie de Lille bestaat al sinds de middeleeuwen en gaat door tijdens heel het eerste weekend van september. Verleden zaterdag werd de markt trouwens in allerijl stopgezet op bevel van de prefect door een zeer gemeen onweer op zaterdagavond (dat enkele uren later ook mijn dakgoten liet overlopen in Brussel).
Van de naam van de Rijsselse braderij is het Franse werkwoord 'brader' afgeleid, wat 'goedkoop verkopen' betekent. In Brussel is een 'bradeur' en groente- en fruithandel waarvan de producten slechts beperkt houdbaar meer zijn, een 'snelverkoper', m.a.w. (de bijnaam van zo'n winkel in de Brusselse folklore is "In de rotten appel")
Prima samenvattingen wat mij betreft. Pragmatisch gebruik maken van de niet te ontkennen problemen van reguliere landbouw (kunstmest, pesticiden) en de oplossingen die bio (of permacultuur of BD) daarvoor biedt. Maar niet kijken naar bio als duurzame Heilige Graal, want dat is het niet. En dan gaat het hier alleen nog maar om landbouw....
Maar we hadden het toch over streek?