De plof-campagne rond kip doet het prima. Je zou kunnen zeggen dat het P-woord flinke merkwaarde heeft gekregen. Merken maken dan soms een zogenaamde 'uitbreiding' van het merk. In het Engels van het marketing-bargoens heet dat een brand extension.
Deze week introduceert Hans Baaij, de oprichter van Varkens in Nood, op Follow The Money het plofvarken. Dat is geen dier dat in minder dan 6 weken slachtrijp is, zoals het slachtkuiken dat door Wakker Dier plofkip wordt genoemd.
Moedermonster
Het plofvarken blijkt een moedermonster. In 1983 produceerde een zeug nog maar 18 biggen per jaar. Nu, in 2014, ligt dat aantal gemiddeld op 28. De betere boeren halen al meer dan 30 biggen van een moedervarken. Het afgelopen jaar krikten de boeren de productie weer met een 0,6 big per zeug. Verbazingwekkend. Een dierenarts van de faculteit diergeneeskunde in Utrecht acht zelfs 45 biggen per jaar haalbaar in de toekomst.
Het moedermonster krijgt er in één worp zoveel dat ze niet genoeg borsten - in varkensboerenjargon spreekt men van 'tepels' - heeft om haar kinders aan te leggen. Boereninnovatie staat voor niets en heeft gezorgd voor de EMMA. Dat is een electronic mother milk application dat 12 biggen kan voeden zonder dat er een moeder voor nodig is.
Afschrijving moeder in het juiste perspectief
Baaij vindt het niks. Daar heeft hij geen ongelijk in. Net als bij koeien wordt de productie belangrijker geacht dan levenslengte in relatie tot de afschrijving van het moederdier. Bij koeien beginnen we dankzij het werk van de dierenartsen van Vetvice te begrijpen dat je moeders optimaal moet inzetten. Minder kinders en een langer leven kunnen prima renderen, veel beter zelfs dan 'ploffers'. Er is echter één verschil: een moederkoe geeft melk en verdient zo de kost. Een varken dat niet zwanger is van haar volgende worp of niet zoogt alvorens weer zwanger te worden, is niet productief. Dat maakt het wat ingewikkelder, maar zet het beoogde maatschappelijke debat over het plofvarken wel op de juiste manier op scherp.
Dit artikel afdrukken
Deze week introduceert Hans Baaij, de oprichter van Varkens in Nood, op Follow The Money het plofvarken. Dat is geen dier dat in minder dan 6 weken slachtrijp is, zoals het slachtkuiken dat door Wakker Dier plofkip wordt genoemd.
Moedermonster
Het plofvarken blijkt een moedermonster. In 1983 produceerde een zeug nog maar 18 biggen per jaar. Nu, in 2014, ligt dat aantal gemiddeld op 28. De betere boeren halen al meer dan 30 biggen van een moedervarken. Het afgelopen jaar krikten de boeren de productie weer met een 0,6 big per zeug. Verbazingwekkend. Een dierenarts van de faculteit diergeneeskunde in Utrecht acht zelfs 45 biggen per jaar haalbaar in de toekomst.
Het moedermonster krijgt er in één worp zoveel dat ze niet genoeg borsten - in varkensboerenjargon spreekt men van 'tepels' - heeft om haar kinders aan te leggen. Boereninnovatie staat voor niets en heeft gezorgd voor de EMMA. Dat is een electronic mother milk application dat 12 biggen kan voeden zonder dat er een moeder voor nodig is.
Afschrijving moeder in het juiste perspectief
Baaij vindt het niks. Daar heeft hij geen ongelijk in. Net als bij koeien wordt de productie belangrijker geacht dan levenslengte in relatie tot de afschrijving van het moederdier. Bij koeien beginnen we dankzij het werk van de dierenartsen van Vetvice te begrijpen dat je moeders optimaal moet inzetten. Minder kinders en een langer leven kunnen prima renderen, veel beter zelfs dan 'ploffers'. Er is echter één verschil: een moederkoe geeft melk en verdient zo de kost. Een varken dat niet zwanger is van haar volgende worp of niet zoogt alvorens weer zwanger te worden, is niet productief. Dat maakt het wat ingewikkelder, maar zet het beoogde maatschappelijke debat over het plofvarken wel op de juiste manier op scherp.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Moet niet gekker worden daar aan de Amsterdamse grachtengordel! Wat is het volgende? De "plofmens" ;-) (vrouwen die meer dan 6 kinderen baren is ook meer dan de huidige gemiddeld aantal kinderen wat een vrouw baard, overige kenmerken: ze komen vooral voor in de strook Domburg - Staphorst voor.
Frank, bij Topigs denken ze er zo over.
http://www.topigsplus.nl/index.php/component/content/article/50-topigsplus-beter-en-meer/130-gebalanceerde-fokkerij
Bronartikel:
“Een zeug gaat in de praktijk maar zo’n 3 jaar mee en is dan rijp voor de slacht. Tegenover het financieel gunstige grote aantal geboorten, staat dus het financiële nadeel van een hoge afschrijving op de fokzeug.”
Mijn grijze cellen kraken bij dit bericht. De veel grotere opbrengst biggen overcompenseert toch de afschrijving ?
En wat is er mis met kunstspenen ?
Ik vermoed dat de meerderheid van de Foodloggers aan een al dan niet rubbber speen flokkerden..
Ik wordt zo moe van dit soort tendentieuze berichten. Zouden de babyvarkentjes een verwrongen moeder- en zelfbeeld er aan overhouden ? Ach nee, toch !
En ook niet netjes voor al die zwangere vrouwen die zo dapper meegeholpen om de worp van een varken al gedurende decennia groter te maken door in een flesje te piesen binnen het project ‘Moeders voor Moeders’ (Organon) in Nederland en Brazilië en nog wat landen.
Nooit eerder zo’n mooie solidariteit gezien tussen mensvrouwtjes en varkensvrouwtjes….. ;-)
Even korte uitleg, het gaat over gespeende biggen per zeug, dus op het moment dat de big van de melk afgaat, het meer worden van het aantal per jaar/zeug is met name te danken aan betere hygiene die veel minder sterfte geeft, ook minder zieke zeugen geeft die langer meegaan en ook weer makkelijker drachtig worden zonder medicatie en het verbeteren van de huisvesting waardoor er minder bigen dood gelegen worden door de zeug.
Al met al waren 15 jaar geleden de biggen per zeug er grotendeels al bij de geboorte, nu blijven er alleen meer in leven.