Tamara de Weijer werd een bekende Nederlander door haar werk voor de vereniging Arts en Voeding. Ze aarzelt niet om bij tijd en wijle een forse uitspraak te doen. Naar aanleiding van het jongste congres van Arts en Voeding zei ze in het Algemeen Dagblad dat de meeste mensen met het metabool syndroom beter geholpen worden bij de groenteboer dan door de apotheek.

Meent ze dat?
“Nou en of. Artsen kunnen zoveel meer dan pillen voorschrijven of uiteindelijk een dotteroperatie doen. Daar zijn, zoals ik in het AD al zei, bakken bewijs voor. Help mensen beter te leven”.

Waarom doen artsen dat dan niet?
“Omdat ze de vaardigheden vaak missen, daar niet in opgeleid worden en omdat ze denken dat een behandeling dubbelblind getest moet zijn”.

Hoeveel ‘bewijs’ wil je?
Is wetenschappelijke onderbouwing niet belangrijk dan?
“Dat hangt er maar vanaf hoe je naar bewijs kijkt. We weten heel goed dat beter eten, beter bewegen en beter slapen groot verschil maakt. Dat kun je zien en meten en we weten we het al heel lang. Kijk zelf eens wat er gebeurt als je vier weken gezonder leeft. Luister eens een tijdje naar je lijf. Het is best bijzonder dat we 2.500 jaar na Hippocrates - ‘laat voeding uw medicijn zijn’ - moeten constateren dat mensen ondanks de pillen en vooruitgang van de medische inzichten dikker en zieker zijn geworden, terwijl eenvoudige leefstijlinterventies werken. Mensen worden dunner, voelen zich fitter, krijgen beter bloedwaarden, hun bloeddruk daalt, diabeten hoeven geen insuline meer te spuiten en ze krijgen weer lol in het leven. Hoeveel ‘bewijs’ wil je?”

Accepteren alle collega’s die vorm van bewijs?
“Nee, nog steeds niet. Toen het interview met het AD uitkwam, reageerden de nodige artsen negatief. Zo simpel was het niet, vonden die collega’s. Toch is er veel veranderd. Toen de internist Frank van Berkum - ‘dr. Frank’ - begon met voeding als behandeling van diabetes, werd hij verguisd. Nu is dat niet meer zo. De tijd van ‘gut, daar heb je weer zo’n dokter die iets met voeding doet’ is echt voorbij. Ons laatste congres was een maand van tevoren al uitverkocht. Volgend jaar moeten we op zoek naar een grotere zaal. We hadden veel meer dan 650 man binnen kunnen hebben. Toch is er nog een lange weg te gaan.”

Verander de dokter in iemand die snapt hoe zijn of haar patiënten leven en je maakt een wereld van verschil
Wat moet er gebeuren?
“Artsen hebben een heel groot vertrouwen onder de bevolking. Dat moeten ze gebruiken met een aanpak die weer aansluit bij de bron van het overgrote deel van de problemen waarmee mensen naar hun spreekkamer komen. Mijn collega Leonard Hofstra, cardioloog in het VUMC, zegt het mooi. Vroeger dachten we de hartinfarcten het gevolg waren van een technisch defect dat we technisch probeerden op te lossen. Inmiddels weten we dat 90% van de oorzaken ligt in een ongezonde leefstijl: overgewicht, slechte voeding, weinig bewegen, roken en stress. Dan moet je uit de technische aanpak stappen en mensen gaan leren wat een gezonde leefstijl is. Artsen zijn daar niet voor opgeleid en worden daar nog steeds niet voor opgeleid. Verander de dokter in iemand die snapt hoe zijn of haar patiënten leven en je maakt een wereld van verschil. Van een soort ‘medische loodgieter’ met een spuitje, mes en een nijptang moet hij veranderen in een coach of sjerpa die zijn gezonde verstand over de invloed van eten en manieren van leven op je gezondheid toepast in dienst van zijn medemens.”

Een voorbeeld van die andere benadering?
“Ik heb op mijn spreekuur vaak ouders die zich erg zorgen maken over hun chronisch vermoeide kinderen. Ze willen hiervoor vaak bloedonderzoeken. Ik vroeg eens een meisje van 17 die met haar moeder op het spreekuur kwam wat ze at en wat ze deed voor ze naar bed ging. Ze bleek al jaren alleen witte boterhammen met Nutella te eten en ’s avonds laat Netflix op haar mobieltje te kijken voor het slapen gaan. Hoewel ze sceptisch was, ontdekte ze dat de klachten voorbijgingen toen ze groenten ging eten en ’s avonds niet meer op een schermpje keek. Zo makkelijk kan het dus zijn.
Het meisje van de witte broodjes met Nutella ontdekte dat ze weer de baas over haar eigen leven kon worden
De fout die wij artsen kunnen maken is dat we op de stoel van diëtist of leefstijlcoach gaan zitten. We kunnen met onze autoriteit beter doorverwijzen. We zijn er namelijk niet op ingericht intensief te coachen. Wat we echter prima kunnen, is een situatie herkennen, mensen motiveren en doorverwijzen. Dat is een taak waar huisartsen prima voor geplaatst zijn in de samenleving. Artsen zeggen dat ze daar geen tijd voor hebben door overvolle spreekuren. Uit een onderzoek in The Lancet blijkt dat zo’n ‘witbrood met Nutella’-situatie herkennen ongeveer 30 seconden kost. Die tijd hebben we echt wel. Wat artsen niet hebben aangeleerd is de vaardigheid om die 30 seconden preventief nuttig te maken. Dat moeten ze leren en het moet hen leren te denken vanuit de manier waarop mensen leven in plaats van hen te medicaliseren.”

Heel wat eigentijdse gezondheidsdenkers vinden dat de verkoop van ongezond eten aan banden moet worden gelegd. Het verleidt zowel kinderen als volwassenen zonder dat ze weerstand kunnen bieden. Hoe ziet De Weijer dat?
“Natuurlijk is die verleiding een vraagstuk. Maar vergeet niet dat ook door retailers de nodige stappen worden gezet. Is het genoeg? Daar kun je lang over praten. Meer is beter. Maar ik zou eens wat anders willen benadrukken. Het meisje van de witte broodjes met Nutella ontdekte dat ze weer de baas over haar eigen leven kon worden. Die zelfstandigheid maakt mensen blij. Mijn werk is door die aanpak totaal veranderd. Ik word blij omdat ik iets kan bijdragen aan het gevoel van autonomie van mijn patiënten en zij zijn me er dankbaar voor. Een pilletje voorschrijven is makkelijk, maar onvergelijkbaar met de voldoening die arts en ‘patiënt’ ervaren door mijn huidige benadering. Dat zou ik niet meer willen missen."

De nodige medici zijn overwerkt door een ongezond arbeidsethos. Je leeft niet rustig, maar moet juist heel druk doen. Stress en een hoog alcoholgebruik zijn het gevolg
Heeft de verandering die De Weijer in haar manier van arts zijn heeft doorgemaakt, een weerslag op haar leven?
“Het antwoord is ja. Toen ik ontdekte wat voeding in de dokterspraktijk kan betekenen, werd ik meegezogen in een druk leven. Ik vond het allemaal superbelangrijk. Tot vorig jaar mijn man duidelijk maakte dat wij ook nog een relatie hadden. Toen realiseerde ik me dat ik niet deed wat ik preekte: goed eten, goed bewegen, goed slapen en de tijd nemen voor mezelf en ons gezin. In feite draait daar alles om. Dat ben ik dus ook gaan doen. Het is niets anders dan het toepassen van de leefstijlprincipes van de zogenaamde blue zones. Rustig leven met goede relaties met naasten en vrienden en goed eten. Dat klinkt makkelijker dan dat het daadwerkelijk nu is. Artsen doen precies het omgekeerde. De nodige medici zijn overwerkt door een ongezond arbeidsethos. Je leeft niet rustig, maar moet juist heel druk doen. Stress en een hoog alcoholgebruik zijn het gevolg. Het zorgt - dat laat zich raden - voor een soort dokter die we niet meer moeten willen zijn."

Welke knop ziet De Weijer om aan te draaien?
“Vernieuw de artsenopleiding en geef dokters de gelegenheid zich bij te scholen. Hier zetten we ons als vereniging volop voor in. De volksgezondheid zal er enorm en meetbaar van opknappen. Stel je trouwens voor wat er gebeurt als we Nederland wat meer het karakter van een blue zone kunnen geven.”

Zaterdag aanstaande is Tamara de Weijer te horen en kun je met haar in gesprek in het slotdebat van de serie It's the Food, my Friend in de Amsterdamse Rode Hoed.
Dit artikel afdrukken