Het al dan niet aanwezig zijn van bepaalde bacteriesoorten in de dikke darm kan invloed hebben op de gezondheid van de gastvrouw- of heer. Een van de factoren die de samenstelling van het microbioom bepalen, is voeding. Maar er is tot nu toe geen garantie, laat staan aantoonbare causaliteit, dat een blijvende verbetering van de gezondheid via beïnvloeding van bepaalde bacteriën te realiseren is door iets specifieks aan de voeding te veranderen. Nieuw onderzoek legt die link wel.

Rijkgeschakeerd
‘Diversiteit’ is het sleutelbegrip: alle microbiomen van alle mensen zijn uniek, we moeten zo afwisselend mogelijk eten om zoveel mogelijk verschillende nutriënten binnen te krijgen. Daardoor zal de samenstelling van het microbioom ook maximaal divers en rijkgeschakeerd zijn.

Wie zijn hoop heeft gevestigd op het moduleren van zijn darmmicrobioom door voeding moet ook rekening houden met andere invloeden: de (vervuiling van) de leefomgeving, (vroeger) medicijngebruik en ziekten, lichaamsgewicht en -beweging, ter wereld gekomen zijn op natuurlijke wijze of met een keizersnede, borstvoeding gehad hebben of niet, en natuurlijk de eigen genen. Verder is het gebruik van probiotica interessant, maar de werking is zeer beperkt of afwezig.

Het is, kortom, nog niet zo eenvoudig om nauwkeurig het effect op de gezondheid van een ingreep met voeding te determineren.

PREDICT
Hoe bijzonder het is om te zien wat bepaalde voedingsstoffen ‘doen’ met bacteriën, en welke bacteriën dat dan precies zijn, mag blijken uit de stelligheid van een recente studie die voortvloeide uit het PREDICT 1-project.

De Personalized Responses to Dietary Composition Trial (PREDICT) is een initiatief van de Britse hoogleraar Tim Spector, genetisch epidemioloog en hoofd van de afdeling Twin Research & Genetic Epidemiology aan de King’s College universiteit in Londen. Zijn boek Spoon Fed is hier onlangs besproken.

“Het laatste onderzoek van onze baanbrekende PREDICT-studie is het eerste dat sterke verbanden blootlegt tussen specifieke darmbacteriën, voeding en gezondheid,” schrijft Spector op de website van zijn in het onderzoek participerende bedrijf ZOE.

De studie werd gepubliceerd in Nature Medicine en heeft (vertaald) als titel ‘Verbanden van het microbioom met het metabolisme van de gastheer en het gewone dieet van 1.098 diep gefenotypeerde personen’. Aan het onderzoek werd ook bijgedragen door medewerkers van de Harvard T.H. Chan School of Public Health, Stanford Medicine, het Massachusetts General Hospital en de universiteit van Trento, Italië.

De onderzoekers konden 15 ‘goede’ en 15 ‘slechte’ bacterietypes identificeren, elk met hun eigen effecten op de markers van hartgezondheid, glucose- en vethuishouding en inflammatie
Metagenomics
Het begrip ‘deeply phenotyped’ verwijst naar de kwaliteit en kwantiteit van de data die in de loop der jaren van de proefpersonen zijn verzameld. Dat zijn tientallen gegevens over hun eetgewoonten en leefstijl en over hun stofwisseling uit bloedonderzoek, waaruit veel over hun gezondheid is af te lezen. Die chemische bloedprofielen zijn gelegd naast de data uit het uitgebreide metagenomics-onderzoek, waarvoor genetisch materiaal uit feces en andere bronnen is gebruikt (er is geen Nederlands woord voor metagenomics).

Door die nauwkeurige vergelijking konden de onderzoekers 15 ‘goede’ en 15 ‘slechte’ bacterietypes identificeren, elk met hun eigen effecten op de markers van hartgezondheid, glucose- en vethuishouding en inflammatie. Dat ‘panel’ van bacteriën overlapt met de bacteriën uit feces die het product zijn van de gezonde eetgewoonten van de proefpersonen. Sommige van de ontdekte bacteriën, waarvan dus wel een werking werd aangetoond, hadden nog geen naam.

Tabellen
“We vonden veel belangrijke relaties tussen microben en specifieke voedingsstoffen, voedingsmiddelen, voedingsgroepen en algemene voedingsindexen, die vooral veroorzaakt werden door de aanwezigheid en de diversiteit van gezonde en plantaardige voedingsmiddelen,” schrijven de auteurs in Nature. Die relaties zijn weergegeven in bij het artikel gevoegde tabellen zoals deze.

Een en ander rechtvaardigt volgens de auteurs de conclusie dat dit soort big data-onderzoek de potentie heeft gepersonaliseerd voedingsadvies te geven, met als doel het individuele microbioom gunstig te beïnvloeden. Spectors bedrijf ZOE ontwikkelt tools voor dergelijk persoonlijk advies.

In een korte video benadrukken de onderzoekers het belang van hun studie:


Dit artikel afdrukken