De Belgische krant De Morgen stelde een top-10 van herfstgroenten op. Zou een Nederlands lijstje er erg anders uitzien?

1. Paddenstoelen
Paddenstoelen zijn het hele jaar te koop, maar in de herfst zijn ze er in een grotere verscheidenheid. Lagere temperaturen en een vochtige ondergrond zorgen er voor dat ook 'wilde' paddenstoelen, die niet gekweekt kunnen worden, nu te koop zijn. Zelfs in de supermarkt. Paddenstoelen zijn rijk aan vezels en eiwitten en bevatten weinig calorieën. Eet paddenstoelen vooral niet rauw: ze kunnen bacteriën bevatten, omdat ze op mest gekweekt worden en sommige soorten bevatten schadelijke stoffen, die door verhitting onschadelijk gemaakt kunnen worden.

2. Pompoen
Pompoenen zijn al een tijdje op de markt, maar het echte pompoenseizoen valt in de herfst. Pompoen barst van de vitaminen (A, B, C en E) en antioxidanten. Daardoor is pompoen een natuurlijke ontstekingsremmer. Bovendien zitten er in pompoen omega-3 vetzuren. Aarzel dus niet en zet rustig nog een keer pompoensoep, chutney of stoverij van pompoen op het menu.

3. Spruiten
Spruitjes zijn ook een multi-toepasbare groenten. Spruitjes kunnen gestoofd worden, maar ook roergebakken met kastanjes of walnoten zijn ze een traktatieKinderen halen er vaak hun neus voor op, maar een spruitenschotel is tijdens deze koude dagen ideaal om u 's avonds aan de gezinstafel te verwarmen. U kan de kooltjes verwerken in stoof- of stamppotjes, maar ze zijn ook heerlijk met kastanjes of walnoten. Spruitjes bevatten veel vitamine A, goed voor de kindergroei en C, goed voor hun weerstand. De vele vezels zorgen snel voor een verzadigd gevoel.

4. Andijvie
In de herst komt de 'gewone' andijvie op de markt in plaats van de krulandijvie die vanaf het voorjaar beschikbaar was. Andijvie kan rauw gegeten worden in salades, of gekookt dan wel rauw verwerkt in een stamppot. Andijvie is één van de meest caloriearme groentensoorten, maar zit vol vezels, vitamine A, C, calcium, zink en ijzer. De groente kan helpen de bloedsuikerspiegel en het 'slechte' cholesterolgehalte te verlagen, de lever- en nierfunctie te stimuleren en de aanmaak van rode bloedlichaampjes te ondersteunen.

5. Rode kool
Rode kool is al lang niet meer alleen een wintergroente. Dankzij de teelt van verschillende rassen zijn kolen, de rode incluis, vrijwel het hele jaar door verkrijgbaar. Rode kool is rijk aan vezels, calcium en ijzer, voor een extra energiestootje. In rode kool zitten vitamine A en C die helpen het immuunsysteem te versterken, en vitamine B die helpt bij de omzetting van koolhydraten in energie.

6. Witloof
Witloof is de Belgische nationale trots. Gemiddeld eet een Belg 3,33 kilo witloof per jaar. Daarmee zijn de Belgen de grootste witloofconsumenten ter wereld. Dat is niet verkeerd, want witloof heeft 'weldadige effecten' voor het lichaam: er zitten probiotische stoffen in die het spijsverteringsstelsel stimuleren en vezels die helpen voedingsstoffen beter op te nemen en de lever te ontgiften.

7. Pastinaak
Pastinaak raakte in de afgelopen 2 eeuwen 'vergeten', maar is bezig aan een come-back. De vlezige, aromatische en zoete wortels lenen zich voor allerlei toepassingen, van soepen en sauzen, via salades, stamppotten en stoofpotjes tot een 'gewone' bereiding als warme groente. Pastinaak is rijk aan eiwitten, vitamine C, calcium en ijzer en bevat daarnaast inuline. Dat is een plantenvezel die oplosbaar is in water en andere koolhydraten kan 'vasthouden', zodat deze trager worden verteerd. Wil je van deze eigenschap profiteren, dan moet je de pastinaak wel rauw eten. Bij koken wordt inuline omgezet in fructose.

8. Aardpeer
Ook de aardpeer is in de vergetelheid geraakt, waar hij vroeger bijna dagelijks op tafel kwam vooral in armere gezinnen. De aardpeer heeft een zachte, zoete smaak, met een vleugje noot. Hij kan op verschillende maneir bereid worden: koken, stomen of als gratin. Net als pastinaak bevat de aardpeer inuline. Daarnaast hebben de bifidobacteriën in de aardpeer een gunstige uitwerking op de darmflora. Aardpeer zit vol natrium, ijzer, silicium en calcium, waardoor het eten van aardpeer een gunstig effect zou hebben op jicht, reuma en constipatie.

9. Schorseneren
Ook schorseneren zijn vrijwel het hele jaar door te krijgen, maar in de herfst zijn ze het lekkerst. Het schoonmaken is even een klusje, omdat er bij het schillen een kleverige stof vrijkomt die de schorseneer de bijnaam 'keukenmeidenverdriet' opgeleverd heeft. Daar staat tegenover dat schorseneren barstensvol ijzer, vezels, vitamine C, calcium, kalium, magnesium en fosfor zitten.

10. Koolraap
De koolraap is vanaf nu tot in maart volop verkrijgbaar. Hij is een beetje in de vergetelheid geraakt, maar dat is eigenlijk onterecht. Je kunt koolraap rauw verwerken in salades, stoven, stomen of pureren. De koolraap combineert uitstekend met verse kruiden of curry. Met een portie koolraap krijg je vitamine C, kalium en ijzer binnen.

Al deze wetenswaardigheden staan in de krant en zijn dus helemaal waar. Kwaad kunnen ze in ieder geval niet.

Fotocredits: 'Girolles at last!', hardworkinghippy
Dit artikel afdrukken