Hoe kunnen gemeenten bijdragen aan een gezondere en duurzamere voedselomgeving? Die vraag stond vrijdag 15 november centraal tijdens een conferentie in Utrecht, georganiseerd door Greendish en de Dierencoalitie. Onderzoekers, beleidsmakers, gemeenten en bedrijven kwamen samen om oplossingen te bespreken.

Maartje Poelman, associate professor preventie en publieke gezondheid aan Wageningen University & Research, opende scherp: “80% van ons voedselaanbod is ongezond.” Ze benadrukte de grote invloed van de voedselomgeving op onze gezondheid. Tegelijkertijd wees ze op obstakels: maatregelen om de voedselomgeving gezonder te maken, worden vaak gezien als betutteling, en juridische beperkingen maken het lastig om door te pakken. “Of het lukt, hangt volledig af van het politieke klimaat”, zei Poelman.

'Snackwet'
Ook Iris Kramer, senior beleidsmedewerker bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, deelde haar perspectief. Het kabinet werkt al jaren aan een wet die gemeenten de mogelijkheid moet geven nieuwe fastfoodzaken in bepaalde gebieden, zoals rond scholen, te weren. Deze ‘Snackwet’ staat gepland voor implementatie in het eerste kwartaal van 2025. Maar Kramer heeft er nog niet zoveel vertrouwen in. “De Dienstenrichtlijn, die bedrijven binnen de EU het recht geeft zich vrij te vestigen, vormt een groot obstakel. Ik doe er alles aan om de wet erdoor te krijgen, maar extra druk vanuit gemeenten zou helpen om het proces te versnellen.”

Het is inmiddels een bekend verhaal: breed gevoelde urgentie, stevige intenties, maar weinig concrete stappen. De suikertaks, 0% btw op groente en fruit, en beperkingen op kindermarketing van ongezonde voeding zijn nog altijd papieren tijgers. De boodschap? Het Rijk beweegt niet snel genoeg, dus misschien moeten gemeenten zelf actie ondernemen.

Woorden
Die gedachte kreeg halverwege de middag gewicht dankzij Nikki van Kuijk en Meintje van Dijk van Greendish. Zij lieten praktische voorbeelden zien van gemeentelijke initiatieven om de voedselomgeving gezonder te maken. Zo organiseerden sommige gemeenten bijeenkomsten met horecaondernemers over het toevoegen van meer plantaardige opties aan hun menu’s. Andere gemeenten bieden kookworkshops aan buurtbewoners aan. En dat blijkt aanstekelijk te werken.

Tijdens de paneldiscussie tot slot van de bijeenkomst deelden Lara Sibbing, impactmaker landbouw- en voedseltransitie en een jong politiek talent, en Ziggy Klazes, raadslid in Haarlem, inspirerende voorbeelden. Klazes vertelde hoe zij het initiatief nam voor het verbod op vleesreclames in de openbare ruimte van Haarlem waarmee ze zelfs de Amerikaanse Daily Show haalde. “Het idee kwam oorspronkelijk van de Actiepartij en richtte zich op het weren van klimaatschadelijke reclames,” legde ze uit. “Op het laatste moment voegde ik daar een verbod op vleesreclames aan toe. Ik deed het gewoon – en ineens was het er. De aandacht, zelfs internationaal, was enorm. Het laat zien: gewoon doen werkt.”



Sibbing onderstreepte dat gemeenten meer invloed hebben dan ze zich realiseren. “De overheid voelt zich op dit moment niet verantwoordelijk om iets te doen aan de ongezonde voedselomgeving. Daarom moeten we niet blijven praten over de ‘beste’ oplossing, maar kijken hoe we mensen overtuigen om voor gezond en duurzaam te kiezen.” Ze viel over de negatieve koosnaam 'Snackwet', die een verbod op snacks communiceert. Niet zo handig, zei Sibbing, want daarmee zeg je mensen dat je hen iets afneemt en dan zijn ze meteen tegen. Kies een naam die bijvoorbeeld duidelijk maakt dat het een wet voor gezonde kinderen is in plaats van tegen snacks die je best af en toe kunt eten. Als snack dan, want voor je kind wil je een gezonde maaltijd.

Wat doen we toch ingewikkeld door wetten te eisen als communicatie zo eenvoudig kan zijn en enthousiasme losmaakt? Ondanks die rethorische wijsheid sloot de bijeenkomst toch af met een serieus bedoelde vraag: “Wat heb jij nodig van de Rijksoverheid om jouw gemeente gezonder en duurzamer te maken?” De bijeenkomst was zelf het antwoord: niets, want het draait om mensen die samen iets willen in hun buurt.

Op de website Gemeente Plant Vooruit kun je zien wat gemeentes doen om die energie los te maken.
Dit artikel afdrukken