Online supermarkt Picnic heeft €600 miljoen aan investeringskapitaal binnengehaald. De investeringsronde werd geleid door de Bill & Melinda Gates Foundation Trust. Niet dat er contact is geweest met Bill en Melinda Gates zelf, zegt medeoprichter Michiel Muller in het AD, maar de medewerkers van het miljarden euro's beherende fonds zagen voldoende potentie in het Picnicmodel dat stoelt op gratis bezorgen van boodschappen volgens een geoptimaliseerde bezorgroute met volle wagens in plaats van op afroep.
Met het opgehaalde kapitaal wil Picnic zijn expansie in Europa versnellen, vooral in Duitsland en Frankrijk. De grens naar Duitsland stak Picnic over in 2018. Afgelopen voorjaar ging de websuper in het noorden van Frankrijk van start.
Picnic groeit al vanaf de oprichting, in 2015, als kool. De coronacrisis versterkte de groei, vertelde mede-oprichter Michiel Muller eind 2020 op Foodlog. "E-commerce is binnenkort de grootste retailsector van Nederland!", voorspelde hij.
Maar zo'n snelle groei brengt ook de nodige kosten met zich mee. Daarom trok Picnic in 2017 al €100 miljoen aan bij investeerders als NPM Capital, het investeringsbedrijf van de familie Fentener van Vlissingen, en ABN AMRO. In 2019 werd nog eens €250 miljoen opgehaald. Ook het Duitse supermarktconcern Edeka, waar Picnic in Duitsland mee samenwerkt, heeft een belang in het bedrijf.
Medeoprichter Joris Beckers is "ontzettend trots" op de samenwerking. "We gaan Picnic simpelweg naar heel veel nieuwe steden brengen," zegt hij in het Financieele Dagblad. "In Nederland kan 50% van de mensen bij ons bestellen. In Duitsland is dat 5%, en in Frankrijk minder dan 1%."
Het kapitaal gaat Picnic gebruiken voor gerobotiseerde distributiecentra, elektrische voertuigen en vooral het aantrekken van veel softwareontwikkelaars, die nodig zijn omdat het bedrijf vrijwel alles in eigen huis ontwikkelt, van de bestelsoftware tot de nieuwe huismerkproducten. Volgens Muller gaat de investering, het op-één-na grootste in een Nederlands niet-beursgenoteerd bedrijf aller tijden (de grootste was de €665 miljoen die betaaldienstverlener Mollie in juni ophaalde), minstens tienduizend banen opleveren, zegt hij in het AD.
De kapitaalinjectie toont de bewezen belofte van Picnic. Op basis van een uitgekiende analyse van klantgedrag en bestelling combineert het bedrijf een zo beperkt mogelijke voorraad aan een superieure toeleverings- en bezorgingsefficiency. Door de producten van derden af te leveren en retour te nemen kan het de winnende formule worden in het post-coronatijdperk waarin grote aantallen huishoudens hebben leren bestellen en het gemak daarvan zijn gaan waarderen. Met het substantiële bedrag aan nieuw geld kan Picnic de bezorgdiensten van conventionele supermarkten verder aanvallen en op achterstand zetten.
Met het opgehaalde kapitaal wil Picnic zijn expansie in Europa versnellen, vooral in Duitsland en Frankrijk. De grens naar Duitsland stak Picnic over in 2018. Afgelopen voorjaar ging de websuper in het noorden van Frankrijk van start.
Picnic groeit al vanaf de oprichting, in 2015, als kool. De coronacrisis versterkte de groei, vertelde mede-oprichter Michiel Muller eind 2020 op Foodlog. "E-commerce is binnenkort de grootste retailsector van Nederland!", voorspelde hij.
Maar zo'n snelle groei brengt ook de nodige kosten met zich mee. Daarom trok Picnic in 2017 al €100 miljoen aan bij investeerders als NPM Capital, het investeringsbedrijf van de familie Fentener van Vlissingen, en ABN AMRO. In 2019 werd nog eens €250 miljoen opgehaald. Ook het Duitse supermarktconcern Edeka, waar Picnic in Duitsland mee samenwerkt, heeft een belang in het bedrijf.
Medeoprichter Joris Beckers is "ontzettend trots" op de samenwerking. "We gaan Picnic simpelweg naar heel veel nieuwe steden brengen," zegt hij in het Financieele Dagblad. "In Nederland kan 50% van de mensen bij ons bestellen. In Duitsland is dat 5%, en in Frankrijk minder dan 1%."
Het kapitaal gaat Picnic gebruiken voor gerobotiseerde distributiecentra, elektrische voertuigen en vooral het aantrekken van veel softwareontwikkelaars, die nodig zijn omdat het bedrijf vrijwel alles in eigen huis ontwikkelt, van de bestelsoftware tot de nieuwe huismerkproducten. Volgens Muller gaat de investering, het op-één-na grootste in een Nederlands niet-beursgenoteerd bedrijf aller tijden (de grootste was de €665 miljoen die betaaldienstverlener Mollie in juni ophaalde), minstens tienduizend banen opleveren, zegt hij in het AD.
De kapitaalinjectie toont de bewezen belofte van Picnic. Op basis van een uitgekiende analyse van klantgedrag en bestelling combineert het bedrijf een zo beperkt mogelijke voorraad aan een superieure toeleverings- en bezorgingsefficiency. Door de producten van derden af te leveren en retour te nemen kan het de winnende formule worden in het post-coronatijdperk waarin grote aantallen huishoudens hebben leren bestellen en het gemak daarvan zijn gaan waarderen. Met het substantiële bedrag aan nieuw geld kan Picnic de bezorgdiensten van conventionele supermarkten verder aanvallen en op achterstand zetten.
Interessant om de totaal uiteenlopende meningen te lezen, her en der. Bijvoorbeeld: Distrifood suggereert een bubbel a la World on Line ( https://www.distrifood.nl/opinie/blog/2021/09/waar-gaat-dat-heen-met-die-websupers-en-flitsbezorgers-101150460 ) ,
terwijl Foodlog een 'bewezen belofte' ziet. Het commentaar van Foodlog lijkt overigens meer op een persbericht van Picnic zelf, maar dat terzijde.
Gisteren zat ik op een terrasje in het centrum van A'dam. Schuin tegenover me stopt een Picnicbusje op een lege parkeerplek. Ik kijk op m'n horloge. De chauffeur stapt uit, en combineert uit diverse kratten enkele plastic zakken. Hij blijkt bij het huis precies voor de parkeerplek te moeten zijn - wat in A'dam al een wonder op zich is. Belt aan en verdwijnt. Enkele minuten later keert hij zonder zakken terug, rommelt wat in z'n bus en vertrekt.
Totale tijd van aankomst tot vertrek: 5 min. 15 sec.
Als we mee-rekenen: de helft van de aanrij-tijd vanaf het vorige adres, en de helt van de rij-tijd tot aan het volgende adres (ik zag hem niet ook ergens anders stoppen in dezelfde straat), plus de afschrijving voor de bus, dan vraag ik me af of hier iets verdiend wordt, laat staan dat er winst gemaakt wordt. De marges zijn immers laag op boodschappen.