Het lijkt een beetje wereldvreemd van de redactie van het gezaghebbende blad Nature om midden in de coronacrisis met een special over antibioticaresistentie te komen. We hebben te maken met een vreselijk virus en antibiotica doodt geen virussen, maar bacteriën. Dus die moeten even wachten, zou je denken.

Maar we kunnen niet langer wachten, is de teneur van de auteurs in Nature. “Het probleem is verschrikkelijk en ik denk dat veel overheden en instituties nog niet begrepen hebben wat de omvang is,” aldus een Indiase microbioloog die aan het woord komt.

Urgentie
Jaarlijks overlijden wereldwijd 700.000 mensen aan de gevolgen van tegen antibiotica resistent geworden bacteriën. Het bekende 'kuurtje' werkt al te vaak niet meer. Een operatie kan fatale gevolgen hebben als tijdens de operatie opgelopen infecties zich vrij kunnen ontwikkelen. Het aantal slachtoffers overstijgt het aantal kankerdoden. In 2050 zal het jaarlijkse aantal doden ten gevolge van het niet meer aanslaan van antibiotica gestegen zijn tot 10 miljoen als er geen actie wordt ondernomen, aldus een commentaar in Nature.

In 2050 zal het jaarlijkse aantal doden ten gevolge van het niet meer aanslaan van antibiotica gestegen zijn tot 10 miljoen als er geen actie wordt ondernomen, aldus een commentaar in Nature
Net als virussen groeien bacteriën exponentieel. Ter illustratie van de urgentie: de resistentie van een groot aantal bacteriën tegen het krachtige middel levofloxacine is in Azië toegenomen van 2% in het jaar 2000 tot 27% tussen 2011 en 2015.
Resistentie van ziekmakende bacteriën tegen de anders zo effectieve geneesmiddelen is bepaald geen nieuw fenomeen. De medische wereld waarschuwt er al lang voor, de media geven het voldoende aandacht. Foodlog schreef er in de loop der jaren geregeld over. Maar die bewustwording uit zich niet in actie, die de omvang van een reddingsplan moet hebben. Waarom wordt er zo weinig gedaan aan de ontwikkeling van nieuwe antibiotica?

Terughoudendheid
Bacteriën worden resistent door veelvuldig gebruik van antibiotica omdat ze zich snel aan kunnen passen door blootstelling aan die middelen. Op het risico dat bacteriële infecties daardoor weer onbehandelbaar worden, wees Alexander Fleming, de ontdekker van het breed werkende antibioticum penicilline, al in 1945.

“We weten dat steeds meer bacteriën niet meer goed reageren op antibiotica. Dit komt doordat er in de wereld veel te vaak antibiotica gebruikt worden als het eigenlijk niet nodig is,” schrijft het RIVM op de website.
In Nederland zijn artsen terughoudend geworden met het voorschrijven van antibiotica. In het buitenland is dat anders. Bekend zijn de verhalen dat je in Spanje bij de apotheek alle mogelijke middelen meekreeg zonder recept. In andere buitenlanden, zoals België en Frankrijk, schrijft de dokter antibiotica voor bij het minste of geringste kwaaltje waarbij ongewenste bacteriestammen vermoed worden.

Veehouderij
De Nederlandse veehouderij was niet zo terughoudend. Tot het verbod in 2006 werden antibiotica als groeimiddel toegepast. Inmiddels is het dierlijk gebruik van antibiotica in ons land sterk teruggedrongen.

Een artikel in de Nature-special beschrijft hoe ook China het gebruik van veterinaire antibiotica wist terug te dringen. In 2013 verbruikte China, mensen en dieren samen, nog de helft van de mondiale antibioticavoorraad, 162.000 ton. Daarvan ging de helft naar de veeteelt. Vorig jaar maakte het Chinese ministerie van landbouw bekend dat tussen 2014 en 2018 het gebruik is teruggebracht tot 30.000 ton. "Voorheen", schrijft Nature, "was Nederland het meest succesvolle land, dat het gebruik in vijf jaar (tussen 2007 en 2012) terugbracht met 56%. China deed het in vier jaar.”

Angstwekkend
Maar het kwaad is al geschied. Terughoudendheid in het gebruik en wisselgebruik van verschillende soorten hebben maar een beperkt effect op de groeiende resistentie, aldus Nature. In de medische en academische wereld is de bezorgdheid groot en dat heeft ook wel tot actie geleid. Alleen met te weinig resultaat, constateren de auteurs van Nature.

Het Netherlands Antibiotic Development Platform (NADP), dat door de Nederlands en de Britse overheid werd opgericht, kreeg als taak de R&D-activiteiten van nieuwe antibiotica en alternatieven te inventariseren en te bevorderen. Met de ‘AMR Benchmark’ monitort de in Amsterdam gevestigde instelling de activiteiten van alle farmaceutische bedrijven.

De grote farmaceuten zien geen handel in antibiotica. De R&D kosten, die volgens Nature 1,5 miljard dollar kunnen belopen, zijn niet terug te verdienen. De handel in één merk antibiotica levert een bedrijf gemiddeld 46 miljoen dollar per jaar op
In de recente rapportage staat: “De noodzaak van strikte regels om de markt te controleren betekent dat er waarschijnlijk geen markt zal ontstaan voor grote volumes en grote winsten. Farmaceutische bedrijven krijgen daarom geen commerciële prikkel zich te verbinden aan de markt voor antibiotica. Ons rapport laat zien dat de wereld beangstigend afhankelijk is van slechts een handvol bedrijven die antibiotica ontwikkelen en produceren.”

Kuurtje
De alarmistische toon van de Nederlandse en Britse rapporteurs is ook te vinden in de bijdragen in Nature. In het artikel met de titel ‘Waarom big pharma antibiotica heeft verlaten’ wordt herhaald wat het NADP zegt. De grote farmaceuten zien geen handel in antibiotica. De R&D kosten, die volgens Nature 1,5 miljard dollar kunnen belopen, zijn niet terug te verdienen. De handel in één merk antibiotica levert een bedrijf gemiddeld 46 miljoen dollar per jaar op.

Van antibiotica zijn, in tegenstelling tot veel andere medicijnen, maar geringe hoeveelheden nodig. Met een enkel kuurtje moet een infectie over zijn. Andere medicijnen slik je levenslang en zijn daarom commercieel interessanter. Patenten lopen na vijf of tien jaar af, waarna iedereen die niet de ontwikkelingskosten heeft gedragen het spul mag namaken. En dan zijn er ook nog overheden die zich met de prijs bemoeien.

Sanofi, AstraZeneca en Novartis, de Franse, Britse en Zwitserse farmaceuten, zijn tussen 2016 en 2018 gestopt met hun onderzoekswerk aan antibiotica en richten zich vooral op kankermedicijnen, waar veel meer geld mee te verdienen valt. Behalve dat handjevol grote farmaceuten zijn er kleinere bedrijven en ideële initiatieven die de R&D van antibiotica levend houden. Maar geld is en blijft de beperkende factor en Bill en Melissa Gates blijven niet eindeloos Microsoftdollars pompen in moeizame research.

Netflix
Er zijn lichtpuntjes, ofschoon niet veel. Met kunstmatige intelligentie, AI, is betrekkelijk snel (in één jaar waar het voorheen gemiddeld 4,5 jaar duurde) uit te vogelen welk bestaand middel een effect zou kunnen hebben op een bepaalde kwalijke bacterie. Zo is het veelbelovende halacin in beeld gekomen.

Nog een mogelijke redding is het op grote schaal vaccineren van de bevolking tegen alle bekende ziekten en jaarlijks ook tegen de griep. Uit onderzoek blijkt dat in populaties waar de vaccinatiegraad hoog is, het antibioticagebruik laag is. Omdat mensen minder ziek worden door virussen en dus minder bacteriële infecties krijgen die het gevolg zijn van griep en verkoudheid, zoals holte- en longontstekingen. En wie niet ziek is, grijpt niet naar antibiotica.

Een even eenvoudig als disruptief plan is het ‘Netflix-model’. Farmaceuten zijn mogelijk te verleiden weer te investeren in onderzoekswerk als toekomstige afnemers (landen en internationale organisaties) een abonnement nemen op nieuw te ontwikkelen medicijnen. En dus van tevoren betalen en niet achteraf. Dat zou de markt voor dit soort medicijnen op een positieve manier op z’n kop zetten. Misschien geen gek idee, want het is de markt die bepaalt of de noodzakelijke nieuwe antibiotica er komen.
Dit artikel afdrukken