Afgelopen maandag werd er in de Rabobank Amerstreek te Oosterhout twee uur lang levendig gediscussieerd onder leiding van Dick Veerman. De deelnemers aan het debat waren Patricia Brunklaus (GroenLinks), Gijsbrecht Gunter (CU-SGP), Helma Lodders (VVD, verving Jan Huitema) en Henk Jan Ormel (CDA). SP en Volt konden op het laatste moment niet. Andere partijen (zoals PvdA, Fvd en PvdD) waren uitgenodigd maar niet in staat aan het debat deel te nemen. Veel voorbereidend werk was gedaan door Piet Hermus (voorzitter ZLTO Drimmelen). Het debat werd ingeleid op de klanken van Beethoven’s ‘Ode an die Freude’.

Kringloop
Het lijkt op het eerste gezicht makkelijk. Moet de kringloop beperkt blijven tot Europa? De Europese Commissie heeft bij monde van Frans Timmermans een circulaire agenda gelanceerd, denk aan het komende verbod op niet-herbruikbare plastics. De ruim 60 aanwezigen lijken er wel voor te voelen. Er worden veel groene kaarten opgestoken als Dick Veerman vraagt om kleur te bekennen. Maar bij doorvragen blijkt het vaak te gaan om het gebruik van opgewerkte organische mest (mineralenconcentraat) en eigen teelt van eiwit. Gunter heeft veel verstand van uien en begint over de afzet. We exporteren uien naar 130 landen. Dat moet straks nog wel kunnen. En dan hebben we de varkenshouders en melkveehouders nog niet eens gehoord, voor wie Oost-Azië (China) een belangrijke afzetmarkt is. Hoezo circulaire landbouw?

Henk Jan Ormel noemt het gebruik van bietenblad voor eiwitrijk veevoer als een voorbeeld. Lodders: “Als het kan, ja, maar we kunnen niet alles binnen Europa houden”. Gunter is vóór slim hergebruik van stoffen, maar per geval kan de uitwerking verschillen. Hij wil geen hek rond Europa. Brunklaus en Gunter vliegen elkaar vervolgens even in de haren over de export van uien naar Afrika. Moet de Afrikaanse boer niet zelf uien gaan telen? Gunter: “Een deel van het jaar sluit Senegal de grens voor onze uien zodat ze die zelf kunnen telen en afzetten. Daar werken wij aan mee.” Brunklaus wil in ieder geval geen rozen uit Afrika maar liever rozen uit eigen tuin.

Over de kringloop valt in Brussel nog veel meer te zeggen. Bijvoorbeeld: moet je land- en tuinbouw dan straks uitsluiten van de handelsverdragen die de EU afsluit? Gebeurt wat de EU betreft in de onderhandelingen met Trump. Nee, vindt de meerderheid. Je moet het van geval tot geval bekijken. Maar kan dat? Het blijft een beetje onduidelijk. Brunklaus wil in ieder geval het aantal vervoersbewegingen beperken. Lodders is vóór vrijhandel: “Geïmporteerde soja is met name bestemd voor humane consumptie. Het zijn vooral de afvalproducten die in het veevoer belanden”.

Gaandeweg ontdekken de kandidaten waar ze het over eens zouden kunnen worden. Niemand zit te bijvoorbeeld wachten op eieren uit legbatterijen in de Oekraïne. Maar, zo zegt Lodders, in ieder handelsverdrag moet er een plek zijn voor de land- en tuinbouw. Ormel: “de EU heeft veel onderhandelingsmacht en kan dus andere landen dwingen te voldoen aan EU-kwaliteitseisen. Maar dat moeten we wel als Europa doen.”

De ‘eerlijke prijs’
In de discussies over het Europese landbouwbeleid blijft het ‘verdienmodel’ vanavond onderbelicht. Debatleider Dick Veerman zwaait nog wel met een pak melk van de Jumbo (Planet Proof weidemelk, maar toch ‘altijd lage prijs’). Brunklaus zegt: “wij zijn niet tegen boeren, maar het moet niet industrieel worden”. Zij spreekt over ‘natuurinclusief’ en gezinsbedrijven.

Eigenlijk had de door Osinga en Hermus voorbereide stelling over grondgebondenheid (als uitwerking van de kringloop) daarná gepresenteerd moeten worden en niet als eerste. Iemand zal er voor moeten betalen, en als de markt dat niet doet, wie dan? De politici worstelen daarom met het begrip grondgebonden. Kan LTO niet eerst met een heldere definitie komen? En dan nog: moet je dit koppelen aan het nieuwe GLB? De zaal krijgt eerst even uitleg: de komende twee jaar moet duidelijk worden aan welke nieuwe eisen boeren moeten voldoen willen ze aan een deel (mogelijk 25%) van de basisbetaling kunnen komen, de zogenaamde ‘eco-regelingen’. Dit komt straks in het Nationaal Strategisch Plan (NSP) dat Nederland aan Brussel gaat voorleggen.

Het wordt al iedereen snel duidelijk dat dit geen populair thema is: nee, GLB-gelden moeten niet worden ingezet voor een overgang richting die kringlooplandbouw. Lodders: “Niet gebruiken voor wensdenken”. Alleen bij GroenLinks is er steun voor te vinden. VVD, CDA en CU-SGP zien veel in gebruik van GLB-gelden voor slimme technieken en niet zozeer voor grondgebonden maatregelen.

GLB (Gemeenschappelijk Landbouw Beleid)
In Brussel wordt driftig gewerkt aan het nieuwe GLB (2021-2027). Het nieuwe Europese Parlement en de Europese landbouwministers moeten er straks nog een klap op geven. Het is daarom een belangrijk verkiezingsthema. Het nieuwe EU-budget is cruciaal. Onderbelicht blijft vanavond dan toch wel dat Nederland wil bezuinigen op het GLB. In de voorstellen krijgt Nederland 5% minder GLB-geld. Lodders raakt aan het thema als ze zegt: “als het budget naar beneden gaat, moet het beleid bijgesteld worden. Dus wees zorgvuldig. Het geld moet zoveel mogelijk naar het boerenerf.” Ormel: “het GLB-budget moet dienen als steun aan de boeren, want een derde zit onder het bestaansminimum. Geen nationale koppen op EU-wetgeving”.

Ook hier is de discussie vooral tussen GroenLinks en de drie andere partijen. Maar ze lijken het eens te zijn over het aspect ‘gelijk speelveld’. Als Nederland de eco-regelingen straks ‘donkergroen’ (biodiversiteit, klimaat) in gaat vullen, doen de andere EU-lidstaten dat dan ook?

Napraten
Door de samenstelling van het forum zat GroenLinks vanavond vaak in de verdrukking, maar deze partij vertegenwoordigde waarschijnlijk de stem van een breder publiek dan van boeren alleen. Hadden bijvoorbeeld PvdA, SP en PvdD vanavond wel meegedaan, dan was dat wel duidelijk geworden. Voor de boerenstem in Brussel was het belangrijk om te zien dat deze vier partijen wel met elkaar kunnen praten over bijvoorbeeld gelijk speelveld en Europese eisen aan importproducten. De toekomst van de Nederlandse land- en tuinbouw is voor deze partijen belangrijk, en dat is wat waard, de komende vijf jaar in het Europees Parlement.
Dit artikel afdrukken