Een vraag die in de eiwittransitie telkens opduikt, is of plantaardige eiwitten wel geschikt zijn om dierlijke eiwitten volledig te vervangen. Dat idee stamt uit wat wel genoemd wordt de eerste vegetarische golf van rond 1900. Het was vooral aan de Duitse biochemicus Justus von Liebig te danken, of te wijten, dat dierlijke eiwitten superieur aan plantaardige werden bevonden.

Groenten zouden niet genoeg voedingswaarde bevatten, fruit was een soort snoep. Liebig produceerde het vleesextract dat zijn naam droeg in fabrieken in Zuid-Amerika, waar honderdduizenden koeien werden ingekookt tot een drabje dat een geneeskrachtige werking zou hebben. Inmiddels weten we wel beter.

Over het algemeen wordt aangenomen dat eiwitten op plantaardige basis een geringere anabole stimulans geven na inname, in vergelijking met dierlijke eiwitten. Dit wordt vooral toegeschreven aan hun lagere verteerbaarheid en een onvolledig aminozuurprofiel
Aminozuurprofiel
Onderzoekers uit Maastricht onder leiding van hoogleraar Humane Biologie Luc van Loon formuleren de twijfel over de kwaliteit van plantaardige eiwitten zo: “Over het algemeen wordt aangenomen dat eiwitten op plantaardige basis een geringere anabole stimulans geven na inname, in vergelijking met dierlijke eiwitten. Dit wordt vooral toegeschreven aan hun lagere verteerbaarheid en een onvolledig aminozuurprofiel (AA), gekenmerkt door een laag leucine-, lysine- en/of methioninegehalte.” Dat schrijven ze in het verslag van een klein, doch voorbeeldig onderzoek. Daarin vergeleken ze het spieropbouwende (anabole) effect van eiwitten uit aardappelen met dat van eiwitten uit melk.

Spieropbouw
Het experimentele onderzoek was opgezet zoals ook veel andere kleine interventiestudies gedaan worden door de voeding-en-sport deskundigen van de Maastrichtse universiteit. Een groep van 24 jonge mannen kreeg een dosis van dertig gram aardappeleiwit of dertig gram melkeiwit toegediend. Ze werden onderworpen aan een inspanningstest, maar mochten ook rusten. In de vijf uur daarna werden bloedmonsters en spierweefselbiopten afgenomen. Analyse daarvan gaf inzicht in de ‘aminozuurprofielen in het plasma en de snelheid van de proteïnesynthese in de gemengde spieren in rust en tijdens het herstel na de inspanning.’

Aan het aminozuurprofiel is af te lezen wat de samenstelling van de eiwitten (opgebouwd uit aminozuren) was. Het plasma is het vloeistofbestanddeel van het bloed. Resultaat: de spieropbouw met aardappeleiwit gaat net zo goed als met melkeiwit.

Aardappelsap
Dat komt niet helemaal als een verrassing. De onderzoekers hadden namelijk al eerder vastgesteld dat ‘aardappelsap’ een vergelijkbaar aminozuurprofiel als melk heeft. Aardappelsap is het restmateriaal van een proces waarbij aardappelen verwerkt worden tot aardappelmeel. Voor de test werd het product Solanic 100 gebruikt, een concentraat van AVEBE uit Veendam. Het melkproduct MPC80 werd geleverd door Friesland Campina.

De deelnemers werden uiteraard keurig gerandomiseerd, opgedeeld in twee groepen van twaalf man. De deelnemers werden verzocht drie dagen voorafgaand aan de inspanningstest niet te sporten, geen alcohol te drinken en de avond voor de testdag eenzelfde avondmaaltijd te nuttigen. De inspanningstest bestond uit oefeningen op krachttrainingsapparaten met één been. Daardoor kon verschil gemeten worden in het anabole effect op een actieve, belaste spier en de rustende spier in het andere been.

‘De dranken werden bereid in niet-transparante eiwit-shakers’, vermeldt het onderzoekersverslag nog, zodat niemand kon zien of hij melk of aardappelsap kreeg, ook de begeleiders van het onderzoek niet.

De constatering dat spieropbouw na inspanning op aardappelsap even goed (niet even snel misschien) gaat als op een dierlijk eiwitproduct is zeer welkom. Met aardappelsap erbij komen zelfs topsporters echt niets tekort
Topsporters
‘In tegenstelling tot veel van planten afgeleide eiwitten stelden we vast dat van aardappelen afkomstig eiwit voldoende hoeveelheden levert van alle essentiële aminozuren volgens de WHO/FAO richtlijnen voor eiwitbehoefte’, schrijven de onderzoekers. Ook bevat het aardappelsap voldoende leucine, lysine en methionine, de drie aminozuren die in andere planten vaak in mindere mate aanwezig zijn, maar die voor de mens essentieel zijn. Wel viel op dat die drie minder snel beschikbaar kwamen (meetbaar in het plasma) uit aardappelsap dan uit het melkproduct. Ook dat was geen verrassing.

De constatering dat spieropbouw na inspanning op aardappelsap even goed (niet even snel misschien) gaat als op een dierlijk eiwitproduct is zeer welkom. Meer en meer sporters zoeken de hulp van herstelmiddelen van niet-dierlijke oorsprong of mijden alle dierlijke voeding. Topsporters als Lewis Hamilton, Novak Djokovic, Morgan Mitchel, Venus Williams en destijds wielrenner Maarten Tjallingii eten veganistisch of vegetarisch. Met aardappelsap erbij komen ze echt niets tekort.
Dit artikel afdrukken