Je bent gek als je geld hebt en niet in een grote boerderij en land investeert. Dat zegt met zoveel woorden een analyse van The Economist die deze week verscheen.

Het befaamde blad dat de wereld vanuit economisch perspectief analyseert, ziet boeren als een activiteit die weinig volatiel is en het hoogste rendement oplevert dat op dit moment maar haalbaar is. Boerenland doet het beter dan goud, de beursindex, de handel in grondstoffen en onroerend goed. Niet een beetje zelfs, maar echt duidelijk. Dat moet blijken uit het grafiekje dat een artikel op de site van het blad siert.

Boer moet investeerders binnenhalen
Toch blijken de grote investeerders nog maar weinig in boerenland te investeren. Volgens The Economist komt dat omdat ze het te ingewikkeld vinden. Ze snappen de boereneconomie niet. Landbouw is afhankelijk van het weer, wat consumenten willen eten en dan weer niet, wat ze vinden van dierenwelzijn en hoe de politiek omgaat met subsidies. Er zijn geen goede indices en geen trackrecords van bedrijven.
Daarom komen de investeringen niet los, zegt The Economist, die los zouden moeten komen om de boerenstand te laten investeren in zijn toekomst. Die heeft het geld immers niet en zal moeten groeien, alweer volgens het blad, om de mensheid te kunnen voeden. Aangezien iedereen moet eten, zou dat een investering moeten zijn die je met je ogen dicht en een goede nachtrust kunt doen.

En toch gebeurt het niet. The Economist concludeert daarom dat de boerenstand er zelf aan zal moeten werken om investeerders binnen te halen. Het geld hebben ze immers nodig om hun bedrijven te kunnen laten groeien en van kostbaar materieel te voorzien om de wereld te voeden.

Boer af
Er zit iets vreemds in die analyse. Als boeren zo rendabel is, dan kunnen boeren en hun banken dat geld zelf toch wel losmaken als ook zij zien dat het nuttig is om dat te doen? Niet helemaal natuurlijk, want banken verschaffen werkkapitaal en geen vermogen. Maar dan nog. Boeren hebben inmiddels juist de grootste moeite om geld los te krijgen van hun banken. Als boeren zo rendabel was, dan hadden banken hen allang geholpen om de investeerders de weg naar boerenerven te laten vinden. Welk erf moet je hebben? Dat lijkt de vraag.

Daarmee is tevens een antwoord gegeven: The Economist vergeet voor het gemak even dat er een heel forse reductie van het aantal bedrijven nodig is voor er investeerders in het bestaande boerenbedrijf zullen stappen. Er zijn immers veel te veel losse bedrijven die allemaal anders presteren. De reductie die nodig is om er gesmeerd gemanagede units van te maken waar je als investeerder wat mee kunt, zal alleen gebeuren als boeren door een crisis noodgedwongen hun vrijheid als individuele eigen baas op moeten geven. Als dat gebeurt, zijn de mensen die nu boer zijn boer af.

Markt nog niet rijp
Op Boerderij schreef gisteren de anonieme columnist Vergaderboer een overweging bij de winstgevendheid van het boerenbedrijf. Gemiddeld goede vooruitzichten in Europa voor de boerenstand zijn de hond in de pot voor boeren in de oude rijke landen van Europa en zeker die in Nederland.
Zij teren de komende jaar gemiddeld 6% in op hun inkomensstroom. In de nieuwe Europese staten in het Oosten bedraagt de groei, op veelal megabedrijven, 33%. Zowel de crisis als de gewenste concentratie komen er dus aan. Het moment is alleen nog niet rijp en zou weleens wat minder door boeren bepaald gaan worden.

McKinsey
De Nederlandse tuinbouw zou er niettemin nu reeds een eerste voorbeeld van kunnen blijken. Die verkeert in een vergaand stilzwijgend stadium van failliet zodat een belangrijk deel van de bedrijven de facto in handen van de bank is gekomen. Die bank zou er prima investeerders voor grote pakketten vanuit één hand te managen bedrijven voor kunnen vinden. De Nederlandse tak van het internationaal opererende consultantsburo McKinsey zou weleens kunnen zijn ingehuurd door Rabobank om dat voor te bereiden, ook al weet de bank op dit moment nog niet zeker of ze dat scenario echt moet inroepen.

Fotocredits: Harvesting near Wooton, David Wright
Dit artikel afdrukken