"Het is de dure plicht van boeren en tuinders en hun overheden om verantwoordelijk om te gaan met hun grond, hun gewassen en hun dieren. Tegelijk moeten ze alles aanwenden om zoveel te produceren, dat de wereldbevolking in 2050 genoeg te eten heeft. De landbouw staat aan de vooravond van een grote ontwikkeling en verandering, aldus de Duitse bondskanselier Angela Merkel tijdens het Global Forum for Food and Agriculture, dat zaterdag in Berlijn werd afgesloten. Merkel sprak de ongeveer 70 internationale landbouwministers toe, die deelnamen aan de conferentie. Ook minister Carola Schouten was daarbij."

Dat schrijft Boerderij naar aanleiding van de afsluiting van de grote landbouwbeurs Grüne Woche in Berlijn. Merkel wees op het belang van digitalisering voor de bedrijfsvoering van de moderne boer om mee te kunnen in de economische strijd om het bestaan. Ze vindt het de taak van de overheid om de infrastructuur aan te leggen die nodig is om dataverkeer op het boerenbedrijf mogelijk te maken. Haar landbouwminister Julia Klöckner wees op het belang van precisielandbouw.

Stad en land samen
De minister wees, net als de Nederlandse minister Schouten in haar landbouwvisie, op de rol die consumenten hebben in de boereneconomie van haar land. Volgens Klöckner hebben boeren de plicht om goede producten te maken. Daar staat tegenover dat consumenten de plicht hebben om zich te informeren over de manier waarop hun voedsel gemaakt is. “Stad en land moeten samen optrekken”, vindt Klöckner. Schouten vindt dat de consument de verantwoordelijkheid heeft om de wat duurdere, maar betere producten van eigen boeren te kopen. In haar landbouwvisie gebruikte Schouten woorden die veel lijken op die van Klöckner: "Boeren, tuinders en vissers zijn hardwerkende ondernemers en zij verdienen een solide positie in de keten. Er moet een goed inkomen voor hen zijn en een vooruitzicht dat zij hun bedrijf aan een volgende generatie kunnen overdragen. Consumenten die weten waar hun voedsel vandaan komt en daardoor respect hebben voor producent en product, kunnen hieraan bijdragen. [...] Korte ketens brengen boeren en burgers dichter bij elkaar."

Een groeiende professionele landbouw in het oosten van Europa is ook voor Nederlandse boeren slecht nieuws
Protesten
Onderwijl vonden in Berlijn protesten plaats. Enerzijds stonden volgens Die Zeit burgers tegen boeren op; zij houden boeren en Europese subsidies verantwoordelijk voor overproductie en ecologisch schade. Anderzijds lieten Duitse boeren van zich horen in protesten tegen de Oost-Europese landbouw die - met precisielandbouw en even grote verantwoordelijkheid - aanmerkelijk goedkoper kan produceren dan zij.

Goedkopere importen
Het begrijpen en correct besturen van landbouwvraagstukken is voor regeringsleiders en boerenministers een uitdaging. Kritische consumenten zeggen een ongesubsidieerd product met een eigen verhaal te willen. Als dat duurder wordt dan wat zij kunnen betalen, dan kiezen zij en de veel bredere groep 'gewone consumenten' voor producten uit landen om de hoek. Die bieden ook goede landbouwgrondstoffen om worst, brood, pasta en aardappel- en tomatensalade van te maken.

Niet voor niets geven ook Duitse biologische boeren de pijp aan Maarten: ook in de dure segmenten van de markt kunnen hun oostelijke collega's aanmerkelijk goedkoper produceren
Met precisielandbouw heeft die keuze weinig te maken. Die ontwikkelt zich aan weerszijden van de grens. In het oosten zelfs sneller dan in het westen omdat de grote bedrijven die zich daar ontwikkelen het voordeel hebben van een nieuwe start met de modernste apparatuur. Bedrijven daar weten bovendien dat ze het westen goedkoper kunnen bedienen, dan onze boeren. Niet voor niets geven ook Duitse biologische boeren de pijp aan Maarten: ook in de dure segmenten van de markt kunnen hun oostelijke collega's aanmerkelijk goedkoper produceren.

Alles draait om kostprijzen. Die liggen in het oosten van Europa significant lager en vormen daarom een bedreiging voor het westen van de Europese Unie. Bovendien zien supermarkten zich in hun slag om de consument gedwongen tot het verlagen van hun inkoopprijzen om de winkelprijzen die zij aan consumenten vragen scherp te kunnen houden.

Duitse boeren snappen dat ze er niet zijn met data en meer precisie; daarom protesteerden ze afgelopen weekend in Berlijn met 35.000 man tegen goedkopere importen op hun markten. Nederlandse boeren kunnen dat niet hardop zeggen omdat ze veruit het grootste deel van hun productie in het buitenland afzetten. Een groot deel daarvan gaat van oudsher naar Duitsland; in 2018 bedroeg het Duitse aandeel in onze export 25%. Een groeiende professionele landbouw in het oosten van Europa is ook voor Nederlandse boeren slecht nieuws.
Dit artikel afdrukken