De Volkskrant besteedt aandacht aan 'singles' in een reeks artikelen. Vandaag: de eenzaamheid in het boerenbestaan.

In de aanloop naar het 15e seizoen van 'Boer Zoekt Vrouw', waar de romantiek van het boerenbestaan breeduit over de buis komt, schrijft de Volkskrant over de keerzijde ervan. Want waarom hebben al die boeren - al veertien seizoenen lang - hulp nodig om aan de vrouw te komen? Boer Zoekt Vrouw slaagde er in z'n eentje in (met hulp van Yvon Jaspers natuurlijk) het imago van het platteland op te krikken. Maar dat andere verhaal, van 'geldzorgen, eenzaamheid, en zelfmoord', wordt niet verteld.

Veranderende rol van de boerin
Het boerenbestaan wordt gekenmerkt door vele problemen, en niet alleen in Nederland. Begin vorig jaar schreef antropologe Lizzy van Leeuwen een boek waarin ze de 'boerenmythe' binnenstebuiten keerde: De Hanenbalken. Zelfmoord blijkt de uitweg die boeren kiezen als ze de problemen niet langer het hoofd kunnen bieden.

Van Leeuwen werd op het spoor gezet van de agrosuicide door een veelheid aan documentaires, films en reportages over de eenzaamheid van de moderne boer, een schrille tegenstelling tot het romantische beeld van Boer Zoekt Vrouw. Het leidde tot een boek dat 'enerzijds ingaat op de psychische nood bij boeren, en anderzijds op de taboes en mythes waarmee het boerenbedrijf is omgeven', schrijft De Volkskrant.
Die problemen vinden - in Nederland - hun oorsprong in de opkomst van de boerencoöperaties vanaf het begin van de 20e eeuw, stelt Van Leeuwen. Daarmee veranderde de rol van de boerin van meewerkend of zelfwerkend en medeverantwoordelijk naar ondersteunend en veelal administratief. Geen wonder dus dat vele boerenvrouwen vanaf de jaren '50 en '60 voor een eigen werkkring buiten de boerderij kozen. Tel daarbij op dat de landbouwsector vanaf de jaren '80 ('de tijd van milieuwetgeving, epidemieën, ruimingen') nog meer onder druk kwam, de boer nog vaker alleen ging werken als gevolg van de steeds verdergaande mechanisering en hij zich ook nog eens verder in de schulden moest steken om te kunnen blijven voortbestaan. Dat moest hij wel in een sector waar schaalvergroting de norm is. Vanuit die factoren verklaart Van Leeuwen het touw aan de hanenbalken.

Van Leeuwen: "Een boer denkt dat hij niets anders kan doen om in zijn onderhoud te voorzien. Het boeren is zulk eervol werk: ze hoeven niet goed betaald te worden, ze moeten dankbaar zijn dat ze in de aarde mogen wroeten. Het is zo verbonden met hun identiteit: als dat ophoudt, houden ze op te bestaan." Dan resteert de weg naar de hanebalken.

Geen baan, maar een bestemming
Het is nog altijd een met veel taboes en stilzwijgen omgeven onderwerp. In Frankrijk verscheen vorige maand de eerste officiële zelfmoordstatistiek. In dit land is de beroepsgroep met het hoogste aantal zelfmoorden de boerenstand. In de VS overleden er in 2013 meer mensen door zelfmoord dan door verkeersongevallen en is zelfmoord historisch gezien de meest frequente doodsoorzaak onder boeren.
In België maakt boerenvoorman Piet Vanthemsche zich er ook zorgen over, al noemt hij het woord zelfmoord niet. Maar de forse terugloop van het aantal boeren (van 100.000 in 1980 naar 24.000 nu) en het geringe aantal jonge starters (200 per jaar) zijn voor hem tekens aan de wand. "De blijvers nemen de plaats in van de wijkers zodat de productie blijft stijgen. Minder boeren die samen meer produceren”, vat Vanthemsche in Vilt de mechaniseringstrend bij lage marges en oplopende schulden samen. Het is een trend die niet te stoppen lijkt. De hanenbalken zullen in dat proces een rol houden omdat boeren geen baan, maar een bestemming is.

Fotocredits: 'Death Noose', Fraser Mummery
Dit artikel afdrukken