Moet je nou wel of niet ontbijten als je wilt afvallen? Die vraag levert meer schampere opmerkingen (‘nu is ontbijten weer niet goed!)’ dan zinnige antwoorden op. Er is veel onderzoek gedaan, vaak kortlopende interventies met weinig proefpersonen en een beperkte vraagstelling. Dan eens bleek ontbijten heel belangrijk, even later was niet ontbijten beter en daarna maakte het niet eens uit hoe je calorieën over de dag verdeelt.

Breakfast Club
Omdat de wetenschap het laat afweten en niet met een eensluidend oordeel komt, is het International Breakfast Research Initiative opgericht, waarbij ondermeer de Ierse voedingsdeskundige Michael Gibney betrokken is.

Deze ‘Breakfast Club’ schrijft in een zeer leesbare review uit 2018: “Het ontbijt wordt vaak gezien als de belangrijkste maaltijd van de dag en is de afgelopen jaren in verband gebracht met gewichtscontrole, cardio-metabolische risicofactoren en cognitieve prestaties, hoewel de literatuur op dit moment geen uitsluitsel geeft over de precieze gezondheidsvoordelen van het ontbijt.”

In het nieuwe tijdperk van de personalized nutrition is het antwoord hetzelfde als op vele andere vragen over wat wel of niet werkt. Namelijk dat het per mens verschilt omdat er grote individuele verschillen zijn in de manier waarop het lichaam voedsel in energie omzet.

DIT is tweemaal zo hoog na het ontbijt als na de avondmaaltijd en het maakt niet uit of dat maaltijden met veel of weinig calorieën zijn. DIT verstookt tussen de 5 en 15% van de dagelijkse energietoevoer, een aanzienlijk deel
Energieverbruik
In het onderzoek naar obesitas wordt een onderscheid gemaakt tussen de drie vormen van energieverbruik door het lichaam. Het grootste deel wordt gebruikt door lichamelijke inspanning, waarbij voedsel als brandstof voor de spieren dient. Een ander, kleiner deel wordt gebruikt voor allerlei basisfuncties van de organen, die ook in complete rust, als het ware op de achtergrond, actief zijn. Een derde portie energie komt direct na de maaltijd vrij als warmte, wordt gebruikt voor het verteren van het eten en voor het transport en de opname van voedingsstoffen.

Dat laatste heet ‘diet-induced thermogenesis’, (DIT) of warmte-ontwikkeling door voeding. Direct na een maaltijd ontwikkelt het lichaam warmte uit de aanvoer van energie, dit duurt enige uren. DIT verstookt tussen de 5 en 15% van de dagelijkse energietoevoer, een aanzienlijk deel.

Veel deskundigen zijn van mening dat obesitas (mede) ontstaat door een stoornis in het DIT-systeem. Maar de bewijzen zijn tegenstrijdig. Een onderzoeksgroep van de universiteit van Lübeck in Duitsland bestudeerde het verschijnsel en zag vele verschillende uitkomsten in eerdere studies over de timing van maaltijden over de dag en de pieken en dalen in energiegebruik.

Timing
In al die onderzoeken wordt gezocht wordt of er een optimale verdeling over de dag van energie-inname is. Dusdanig dat dezelfde hoeveelheid voeding door een andere timing tot een groter energieverbruik leidt. En dus zodanig dat het lichaam minder overtollige energie opslaat, hetgeen extra kilo’s lichaamsgewicht oplevert.

De Duitsers zeggen nu ontdekt te hebben dat DIT flink beïnvloedt wordt door de timing van de maaltijden. Hun bevindingen verschenen in het vakblad The Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism onder de veelzeggende titel ‘Twice as High Diet-Induced Thermogenesis After Breakfast vs Dinner On High-Calorie as Well as Low-Calorie Meals’.

DIT is tweemaal zo hoog na het ontbijt als na de avondmaaltijd en het maakt niet uit of dat maaltijden met veel of weinig calorieën zijn.

Het onderzoek werd gedaan met een gering aantal deelnemers, 16 mannen van normaal gewicht, in tweemaal 3 dagen. De mannen werden opgesloten in een kliniek en kregen eerst een stevig ontbijt, een normale lunch en een lichte avondmaaltijd. In de tweede periode kregen ze het omgekeerde. Dat werd geblindeerd bepaald. Het energieverbruik van de mannen werd gemeten met speciale apparatuur.

Zoetigheden
De onderzoekers uit Lübeck concluderen: “Identieke calorie-inname leidde tot een 2,5-maal grotere DIT-verhoging in de ochtend vergeleken met 's avonds na hoogcalorische en laagcalorische maaltijden. De door voedsel veroorzaakte verhoging van de bloedglucose- en insulineconcentraties nam na het ontbijt sterker af dan na het avondeten. Het caloriearme ontbijt verhoogde het hongergevoel, met name de eetlust voor zoetigheden, in de loop van de dag.”

Niet alleen wordt er meer energie verbrand na een stevig ontbijt door DIT, ook laten de metabole markers van glucose en insuline betere waarden zien. Dat allemaal is van belang bij het beheersen van het lichaamsgewicht. Bovendien heb je minder trek in zoetigheid verder op de dag. Althans, deze 16 mannen hadden dat volgens een vragenlijst die ze moesten invullen.

Berichtgeving
Opmerkelijk is dat in de studie zelf, en ook in de berichtgeving erover, niet of nauwelijks wordt uitgelegd dat het niet om een toename van het totale energieverbruik gaat, maar om een gering deel daarvan, de genoemde 5 à 15%. Toch kan verhoging van enkele procenten van het energieverbruik over een lange periode obesitas voorkomen.

De Duitse onderzoekers zijn stellig over hun bevindingen, ook al was de opzet van het veldwerk bescheiden en het gemeten effect in absolute zin gering. Het lijkt het Chinese spreekwoord te willen bewaarheiden dat zegt: ‘ontbijt als een keizer, lunch als een koning en dineer als een bedelaar’.
Dit artikel afdrukken