Uit nieuw onderzoek door wetenschappers van de Universiteit van Minnesota blijkt dat apen in gevangenschap een groot deel van de oorspronkelijke diversiteit van hun microbioom kwijtraken. Hun microbioom (het geheel van micro-organismen in het spijsverteringskanaal) gaat lijken op het menselijke microbioom.

Het lijkt er op dat de overstap op een 'westers' eetpatroon met minder vezels de normale, diverse darmbacteriesamenstelling van de apen verarmt waardoor een minder diverse bacteriesamenstelling de overhand krijgt. Een verstoord (verarmd) microbioom wordt in verband gebracht met de metabole en auto-immuunziekten waar met name mensen met een Westers voedingspatroon last van hebben.

Planten-DNA
De wetenschappers waren op zoek naar een model om de effecten van migratie en leefstijlverandering te kunnen bestuderen. Ze vergeleken met behulp van DNA-sequencing het microbioom van twee soorten apen, de roodscheendoek en de mantelbrulaap, in dierentuinen met dat van hun wilde soortgenoten. Ook vergeleken ze het apenmicrobioom met de de bacteriën in het spijsverteringskanaal van mensen in ontwikkelde landen.
Door het DNA uit de uitwerpselen te vergelijken met het genoom van planten, konden de wetenschappers precies meten hoeveel en welke diversiteit van planten de apen gegeten hadden. Het verschil was groot. In de wilde uitwerpselen werd tot wel 40% planten-DNA aangetroffen. In de dierentuinpoep vrijwel geen.

De onderzoekers denken met hun onderzoek de verklaring op het spoor te zijn voor de verarming van het menselijk microbioom. Ze denken dat dit onderzoek het verband tussen een vezelrijk dieet en een divers microbioom onderstreept
De onderzoekers ontdekten dat apen in gevangenschap het leeuwendeel van hun 'wilde' (diverse) darmbioom kwijtraken in vergelijking met hun wilde soortgenoten. Ook stelden ze vast dat de apen in alle deelnemende dierentuinen op 3 continenten consistent dezelfde, veel minder diverse darmbacteriesamenstelling hebben met bovendien dezelfde bacteriën als mensen (Bacteroides en Prevotella-soorten).

Diversiteit plantaardig voedselaanbod
De wetenschappers corrigeerden vervolgens voor confounding factoren zoals genetica, geografie en antibioticagebruik. Volgens mag geconcludeerd worden dat de apen in dierentuinen te weinig en te weinig verschillende planten eten.

Om te testen of inderdaad minder variëteit in het voedselaanbod tot een minder divers microbioom leidt, onderzochten de wetenschappers ook de uitwerpselen van een groep 'halfwilde' roodscheendoeken die in een reservaat leven. Het menu van deze half-wilde apen was ongeveer half zo gevarieerd als dat van wilde roodscheendoeken. Het microbioom van de half-wilde populatie bleek ook precies tussen de 2 uitersten van hun wilde en dierentuin-genoten te vallen.

Vezelrijk
De onderzoekers denken met hun onderzoek de verklaring op het spoor te zijn voor de verarming van het menselijk microbioom. "We denken dat dit onderzoek het verband tussen een vezelrijk dieet en een divers microbioom onderstreept", zegt hoofdonderzoeker Dan Knights.
Dit artikel afdrukken