Een derde van de volwassen epilepsiepatiënten reageert niet goed op anti-epilepsiemedicijnen. Zij kunnen gebaat zijn bij een dieet met extreem veel vet en weinig koolhydraten, een zogenaamd ketogeen dieet. Dergelijke diëten worden al toegepast in de behandeling van kinderen met epilepsie.

Maar ook bij volwassen patiënten helpt het. Dat concludeert Pavel Klein, onderzoeker aan het Mid-Atlantic Epilepsy and Sleep Center in Bethesda, Verenigde Staten. Hij legde de belangrijkste literatuur over ketogene diëten en epilepsie naast elkaar. Het succes was al bekend van persoonlijke ervaringen, maar miste een wetenschappelijke beschrijving.

30% heeft de helft minder last van aanvallen
Een ketogeen dieet bevat tot 90% vet, en de rest eiwitten en koolhydraten. Bij Kleins onderzoek werden ook aangepaste Atkins diëten betrokken, met 50% vet en veel eiwitten. Het vet komt vooral van boter, spek, eieren, room, avocado’s, noten en vis.

Bij gebrek aan glucose uit koolhydraten maakt het lichaam ter vervanging als brandstof zogenaamde ketogene deeltjes aan, die - meestal na enige gewenning - prima door het lichaam verwerkt worden. Ook door de hersenen. Dit in tegenstelling tot de algemene aanname dat hersenen alleen op glucose kunnen functioneren.

Klein berekende hoeveel minder aanvallen de patiënten kregen bij welke samenstelling van het dieet. Ongeveer 30% van de behandelde patiënten kreeg de helft minder aanvallen te verduren en 9% kwam zelfs tot 90% minder. Het dieet is door zijn extreme samenstelling echter lastig vol te houden, zodat veel patiënten afhaken.

Ketogene diëten worden ook in Nederlandse behandelcentra al op grote schaal toegepast bij de behandeling van jonge epileptici. Naast het klassieke (1921) ketogene dieet, met langeketenvetzuren van dierlijke herkomst, worden er ook goede resultaten bereikt met het MCT-dieet. Dat bestaat vooral uit plantaardige middenlangeketenvetzuren, onder meer uit kokosolie.

Fotocredits: Mornin', gebakken spek, Robert S. Donovan
Dit artikel afdrukken