Boefjes
Bestuurders reageerden verbaasd, onthutst en boos. De media waren er snel klaar mee: bestuurders zijn naïef, boeren zijn boefjes en als de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) het zegt, is het waar. Boerenbestuurders zeiden dat de ‘rotte appels’ in hun ledenbestanden moeten worden geroyeerd. In eerste instantie leek de houding van het ministerie op de aanpak van de mestfraude en kreeg de sector de opdracht om haar bijdrage te leveren aan de oplossing van het probleem.
Welke informatie en argumentatie hebben de NVWA doen besluiten om dit probleem van fraude - die er ongetwijfeld ook is - zo grootschalig te maken?Op vrijdag 27 januari schreven Frits van de Schans en Wouter van der Weijden op Foodlog een oplossingsgerichte bijdrage om snel schoon schip te krijgen. In het draadje dat door dit bericht ontstond reageerde ik op maandag 30 januari dat er al een gerucht rondging dat fraudeurs dat al op geheel eigen wijze deden.
Beland in beklaagdenbankje
Het bleef twee weken stil. Op de achtergrond zochten bestuurders naar de hiaten en informatie. Die kregen ze niet omdat bedrijven met toegang tot deze I&R data dat niet mochten delen. Dat was de sector die normaliter een goede verstandhouding heeft met het ministerie van LNV niet gewend. Zij hadden toen nog niet door dat ze inmiddels in het beklaagdenbankje beland waren. De NVWA zocht ondertussen naar bewijslast door gegevens van de melkproductiecontrole (veel boeren laten de melkproductie van hun individuele koeien vastleggen in een database) te koppelen aan de data in het I&R. Fysieke controles op een dergelijk groot aantal bedrijven is onmogelijk.
De uitkomsten van het recherchewerk van de NVWA kwamen naar buiten op 8 februari. Toen werd medegedeeld dat uit onderzoek bleek dat er sprake was van overtredingen op minimaal 2.100 bedrijven, met daarbij vermoedens van fraude. Deze bedrijven werden per direct geblokkeerd. Vanaf die datum was af- of aanvoer van dieren niet meer toegestaan.
Vanaf dat moment kon de informatievoorziening vanuit de sector op gang komen. Boeren die overtuigd waren van de integriteit van hun handelen, meldden zich bij hun belangenbehartigers en deelden hun ‘overtredingen’. Ze voelden zich door de overheid onrechtvaardig behandeld; in de grote meerderheid van de gevallen was hun gevoel terecht. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) moest de weekendverloven intrekken om de grote stroom van bellers te verwerken.
Bok geschoten
Inmiddels lijkt het erop dat de NVWA een enorme bok geschoten heeft. Dat mag gerust gezegd worden op basis van de meldingen die binnenkomen, met de kanttekening dat bedrijven die echt fout zitten zich tot nu toe niet hebben gemeld.
De NVWA heeft dus met hagel in plaats van met scherp geschoten. Ze heeft alle ‘onregelmatigheden’ in het systeem op tafel gelegd en wel zodanig dat de omvang van de werkelijke fraude nooit boven tafel zal komenWelke informatie en argumentatie hebben de NVWA doen besluiten om dit probleem van fraude - die er ongetwijfeld ook is - zo grootschalig te maken?
De directe aanleiding tot deze rel was het hoge percentage tweeling-geboorten. De NVWA stelt dat 3-4% normaal is en alles boven de 5% verdacht. Met andere woorden er is niet gekeken naar de spreiding. Uit onderzoek blijkt dat dit gemiddelde de afgelopen decennia oploopt en inmiddels al op 5,6% zit; er zijn zelfs uitschieters tot boven de 10%. Met andere woorden, wie het selectiecriterium instelt op 5%, maakt per definitie de helft van de sector bij voorbaat onterecht al verdacht.
Net zo’n probleem speelt rond de leeftijd waarop een koe voor de eerste keer een kalf krijgt. Die is in Nederland al jaren gemiddeld 26 maanden. De overheid heeft die 26 maanden als zoekcriterium voor mogelijke verdachten gebruikt. Heb je als boer op jouw bedrijf vaarzen ouder dan 27 maanden zonder een geregistreerde afkalfdatum, dan ben je verdacht en liep je grote kans geblokkeerd te worden. Maar als het gemiddelde 26 maanden is, dan is er ook nog een aanzienlijk aantal dieren dat ouder dan 27 maanden is.
Daar komt nog eens bij dat er dieren ingevoerd worden vanuit het buitenland die dáár al gekalfd hebben. Met die data weet het I&R systeem blijkbaar geen raad waardoor de koe formeel nog steeds geen melk geeft. Bedrijven die daarom geblokkeerd werden, werden al snel vrijgegeven want hier speelde de boer geen enkele rol in. Het vreemde is dat de melkveehouderijsector RvO op deze fout heeft gewezen, maar de overheid daar blijkbaar niets mee heeft gedaan.
Tot slot schuilt er een manco in de registratie van doodgeboren dieren of vroeggeboorten. Het I&R houdt de levensweg bij van geboorte tot sterfte van een dier. Wie heeft het dier in zijn stal of weide staan en op welk moment. Dode dieren worden niet geregistreerd in het systeem. Daardoor weet het I&R ook niet of een kalf een koe wordt in het geval dat er een dood kalfje geboren wordt.
Een ‘nee’ voor de derogatie vanuit Brussel zal de boerencrisis doen ontaarden in een boerenopstand. Boeren hebben immers niets meer te verliezen, als ze straks alles verloren hebben. Schouten staat voor een uitdagingDat kán wel, maar dat is afhankelijk van de keuze die de veehouder heeft op het moment dat hij daar een melding voor doet bij de kadaververwerking. Als er tenminste een kadaver te vinden is. Dat is bij vroeggeboorten niet altijd het geval.
Werkelijke fraude zal nooit boven tafel komen
De NVWA heeft dus met hagel in plaats van met scherp geschoten. Ze heeft alle ‘onregelmatigheden’ in het systeem op tafel gelegd en wel zodanig dat de omvang van de werkelijke fraude nooit boven tafel zal komen. Dat laatste moet geconstateerd worden omdat in die gevallen het bewijsmateriaal al verdwenen is óf de fraude grondig is doorgevoerd in de administratie. Met andere woorden een bewuste fraudeur kijkt wel uit om een vaars die op papier nooit gekalfd heeft wél als melkproducent in de overige administratie te laten landen. Ondertussen gaat de NVWA onverstoorbaar door in de hoop voldoende fraudeurs te vinden om zich niet helemaal belachelijk te maken. Stond de rol van de NVWA eerder al ter discussie tijdens de fipronilcrisis, het optreden in de kalverfraude-zaak doet er nog een flinke schep bovenop.
Vrees voor boerenopstand
De grote aantallen fraudeurs die nu in de pers rondgaan, zijn ook in het buitenland niet onopgemerkt gebleken. Een scenario voor de derogatie zoals dat ook rond de pulsvisserij zich afspeelde, is daarom niet ondenkbaar en dat hebben we dan mooi aan de NVWA te danken.
Minister Carola Schouten heeft maar één kans. Ze zal alle energie moeten inzetten om de werkelijke fraudeurs uit deze 2.100 bedrijven te filteren. Niet zozeer omdat het I&R dat vraagt, want het I&R heeft helemaal niet als taak om vast te stellen of een koe een kalf krijgt. Ook niet om de NVWA ten dienste te zijn. Maar omdat het noodzakelijk zal zijn om de schade die nu veroorzaakt is te herstellen in binnen én buitenland. Dat word een zware opgave met de wetenschap dat een ‘nee’ voor de derogatie vanuit Brussel de boerencrises zal doen ontaarden in een boerenopstand. Boeren hebben immers niets meer te verliezen, als ze straks alles verloren hebben. Schouten staat voor een uitdaging.
Op 11 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Ach de LTO-brutalen maken gewoon een hoop heisa om voortijdig, preventief de schuld van het eventueel niet verlengen van de derogatie (of een veel minder gunstige derogatie) in de schoenen van de overheid (of in ieder geval iedereen behalve zijzelf of een "collega", want zij zijn allemaal misdienaar geweest) te schuiven.
Dergelijk gedrag doet het goed bij de achterban. Het is iedere keer hetzelfde, woede als er schade is dan moet iedereen meebetalen voor degene die zich niet verzekerd heeft, woede als blijkt dat je als boer toch echt zelf een verantwoordelijkheid hebt m.b.t. welke "middelen" in je stal gebruikt worden en nu feitelijk preventief woede over een vrijstelling die eventueel niet verlengd gaat worden.
Omgekeerd is het natuurlijk ook waar, waar boeren hevig verontwaardigt zijn om als fraudeur bestempeld te worden (of in ieder geval dat toneelstukje opvoeren) is er ook geen bewijs dat het allemaal vergissingen waren, wel vergissingen in het voordeel van de boer maar dat zal wel toevallig/kan gebeuren zijn! Degene (650) die zich nadien vrijwillig gemeld hebben krijgen overigens wel een naheffing vanuit het fosfaatreductieplan.
Sterker nog het I&R syteem de schuld geven dat een koe als nog niet gekalfd in I&R staat is wel heel kort door de bocht, iedereen die dieren importeert weet van de "fouten" en bovendien dient I&R niet om GVE te berekenen. Feitelijk zegt zo'n boer ik heb geen flauw idee hoeveel koeien ik dagelijks melk, ik (of mijn adviseur) vaar(t) blind op I&R. Hetzelfde voor de kennelijk niet altijd juiste koppeling tussen Rendac en i&R (hier werkt het overigens wel), hoeft voor GVE berekening geen probleem te zijn.
Nog vreemder is de reactie van de melkveehoudersboerenbestuurdersvoormannen omdat melkveehouders vrijwel allemaal gemengd voeren en er regelmatig een voeradviseur tot enkele cijfers achter de komma het rantsoen berekent, het zou heel vreemd zijn als een boer pas na afloop van een periode van twee maanden te weten zou komen maal hoeveel koeien hij het rantsoen samen had moet stellen??.
Daarbij komt nog dat vanuit de boerenvoormannen zelf is aangegeven dat er sporen gewist zijn.
De schade is overigens gering of niet aanwezig, melk mocht gewoon weg (had ook door de overheid geblokkerd kunnen worden, RFC maakt het kennelijk niet uit waar de melk vandaan komt?). Dus totdat I&R in orde was even geen dieren aan- en afvoeren, meer niet.
Dus Carola laat je niet van de wijs brengen! (en laat a.u.b dat hardwerkende weg als het over boeren gaat, als je dat te vaak zegt gelooft niemand het meer).
Ik vind dat Frans Aarts een heel relevant punt maakt. Eigenlijk zegt hij: de minister is beschadigd geraakt door deze affaire. Is dat wel terecht? Er mag nog een vraag gesteld worden: hoe gaat ze van hier af verder en durft ze los te komen van de adviezen die haar in de ontstane situatie hebben gemanoeuvreerd?
Ik ben, bijvoorbeeld, nog steeds niet los van dit stuk. De media wel. En daarom moet de minister nu min of meer haar macht opgeven nadat ze die gebruikt heeft en niet verder durft te legitimeren. Dat laatste is nl. wat in de Volkskrant gebeurt.
Dank, Frits, je hebt de terechte vraag van Frans aan mij m.i. adequaat beantwoord.
Ik wil daar nog twee dingen aan toevoegen:
1. Ben het helemaal met Frans eens dat de overheid de taak heeft om de naleving van haar regels te controleren. Die regels heeft ze niet voor niets ingesteld. Daarna wel verschil maken, ook in de communicatie, tussen zondigen tegen de letter en tegen de geest van de wet.
2. Wat Jos Verstraten in zijn artikel schreef over het percentage tweelingen dat al jaren was gestegen, vond ik steekhoudende kritiek. Maar dat is kritiek op de NVWA, niet op de minister.
Allereerst Frans Aarts waardeer ik het dat ik je de laatste tijd hier op dit forum tegenkom. Ik ken namelijk veel medewerkers van WUR met een uitgesproken mening, die zelden (openlijk) wordt uitgesproken. Kennelijk heb je na je pensionering wel de tijd om jouw mening die ik al bijna 25 jaar ken, 'aan het papier toe te vertrouwen'. Blijf dat aub doen!
Van mijn kant een reactie op #84. Ronduit ben ik het met je eens dat fraude, fraude is. Groot of klein maakt in essentie niet uit. Wel lijkt het me redelijk om na ontdekking anders te reageren op kleine en kleinschalige fraude dan op grote en grootschalige fraude. En dan lees ik in de latere brieven en het interview met Schouten, dat op dit moment de fraude minder groot en grootschalig ís dan deze in januari léék. De reactie van januari paste bij grote en grootschalige fraude, maar nu het fraude op (veel) kleinere schaal is, zou een andere reactie passender zijn geweest.
De reactie dient nog steeds net zo hard te zijn tegen diegenen die daadwerkelijk hebben gefraudeerd. Maar het was (achteraf bezien) niet nodig de indruk te wekken en het beeld te schetsen dat een groot deel van de melkveehouders fraudeert.
Dit alles gezegd hebbend, zijn er naast fraude nog wel serieuze andere problemen met I&R die nu boven tafel zijn gekomen. Dat gaat om onder andere:
- vrijelijk interpreteren van de I&R-regels;
- onbekendheid met de (on)mogelijkheden van de registratie systemen;
- niet geheel goed functionerende koppelingen tussen systemen;
- onvoldoende automatische checks in het systeem om foutjes en slordigheden te voorkomen.
Als je alle melkveebedrijven administratief en fysiek zou controleren op I&R en de achterliggende regels, dan zal blijken dat er op vrijwel elk bedrijf iets is aan te merken. (Die steen zal ik niet werpen, want ook ik ben niet zonder zonden.) Het is dus belangrijk dat met de ervaringen van de afgelopen maanden, partijen aan tafel gaan en werken aan vereenvoudigingen die leiden tot robuuste systemen. Dat geldt overigens niet alleen voor I&R, maar ook voor de regulering, de administratie en de verantwoording van mest, productierechten, etc. etc.
Beste Wouter van der Weijden,
Deze zaterdagochtend las ik op Boerderij.nl een column van jouw hand. Je meldt dat de kalverfraude (ik citeer) “een stuk kleiner lijkt te zijn dan de minister op basis van NVWA-cijfers had gezegd, maar het fijne weten we er nog niet van. Ik kan me de verontwaardiging van veel melkveehouders best voorstellen, want een deel van de fraude was kruimelwerk of had te maken met fouten in de datasystemen“.
Wouter, wat heb ik gemist? Ik weet dat er 2000 bedrijven bij controle door NVWA zodanig verkeerd bleken te hebben geregistreerd dat ze daar financieel voordeel bij hadden. Fouten in de datasystemen waren daar slechts bij uitzondering voor verantwoordelijk. Toen bekend werd dat de NVWA de melklijsten van CRV naast de I&R-data ging leggen (verrassing) melden zich nog eens 700 bedrijven aan voor datacorrectie. Het aantal foute bedrijven is dus alleen maar groter geworden en fraude die slechts enkele honderden euro’s oplevert is echt ook fraude. Leg me eens uit waarom je denkt dat de fraude nu een stuk kleiner lijkt, en waarom veehouders verontwaardigd mogen zijn als de overheid actie onderneemt bij sterke vermoedens van fraude op grote schaal (gelijkblijvende nationale melkproductie met veel minder koeien, veel meer tweelingkalveren, melkgevende vaarzen) en daar ook open over communiceert naar de samenleving.
Nog niet helemaal van jouw column bekomen lees ik in de Volkskrant van dezelfde ochtend dat de minister “betreurt dat zij het beeld heeft laten ontstaan dat er sprake was van grootschalige administratieve fraude onder melkveehouders”. Ze heeft zich aan de wet moeten houden, door diertransporten voorlopig te verbieden bij foute bedrijven, en had dat liever niet gedaan. Als burger heb ik toch echt liever dat een minister vol overtuiging de wet respecteert. Aan het slot van het stuk komt dan ook nog een LTO-woordvoerder aan het woord. Hij vindt dat de bewindsvrouw er beter aan gedaan had samen iets te ritselen: “Als we elkaar even diep in de ogen hadden gekeken, had ze ook op een andere manier kunnen reageren”. Zo kennen we de LTO-bestuurders weer.
In tranen, maar je zeker hoogachtend,
Frans