Dat concludeert The Economist in een artikel dat een lange aanloop neemt om een al vaak gemaakt punt te maken: de calorie moet worden weggestreept uit de dieetleer.
Het gerespecteerde Britse liberale blad verklaart de calorie dood. Het begint zijn onderbouwing met het verhaal van een Mexicaanse man die als adolescent tijdens een overval met de dood werd bedreigd. De angstpiek van het voorval zou een depressie hebben veroorzaakt die weer leidde tot een eetstoornis die zijn lichaamsgewicht op 103 kilo bracht. Net als iedereen die te zwaar is en daar hartklachten van krijgt, moest hij minder calorieën gaan eten van de dokter. Maar dat hielp hem niet.
In tegenstelling tot wat wetenschappers - en daarom nationale gezondheidsautoriteiten - een dikke honderd jaar hebben gedacht, is de ene calorie de andere niet. De gedachte dat alle calorieën hetzelfde zijn, is volgens The Economist een grove misvatting die tot het uitdijende probleem van obesitas heeft geleid. Dat ontdekte ook de man uit het ondersteunende verhaal van het blad. Hij viel pas af toen hij geen calorieën meer telde, maar weer vet en verzadigende producten ging eten.
Dik van een denkfoutje
In een korte video legt het blad, voor wie het nog niet wist, uit dat de consumptie van suikers is opgejaagd door een verkeerde gevolgtrekking uit de constatering dat eiwitten en koolhydraten per gram maar 4 calorieën leveren terwijl een gram vet goed is voor 9 calorieën. Vet werd in de ban gedaan vanuit de gedachte dat alle calorieën gelijk zijn; aangezien je ruim 2 gram suikers of eiwit kunt nemen tegen 1 gram vet was gauw bekeken welk van de drie zogeheten macronutriënten in het wetenschappelijke zwartboek van de diëtist kwam. Voortaan moest niet alleen de patiënt, maar ook de hele bevolking op vet letten. En omdat eiwitten te duur zijn als alternatief, werd de consumptie van koolhydraten (suikers) aangejaagd. Ook, en misschien wel juist, die van geraffineerde want die vinden we het lekkerst en verkopen daarom goed.
Te veel bemoeienis?
Zijn koolhydraten fout? Nee, ze leveren je van nature energie. Je moet letten op het soort koolhydraten dat je eet. Van de suiker in een appel heb je niet zo snel weer honger omdat de vrucht als geheel vult. Hetzelfde geldt voor een snee bruinbrood versus een wit kadetje. Dus: koolhydraten zoals suikers uit volle granen zijn niet per se ongezond voor dagelijks gebruik, maar de geraffineerde (zoals suiker uit biet en riet en geraffineerd meel voor witte kadetjes of croissants) moet je mijden.
Het moment van de demonisering van vet is rechtstreeks in de volksgezondheidsstatistieken terug te vinden, laat het blad in de video zien. Tijd om die ban en de resten die er nog van te vinden zijn uit de dieetleer te schrappen, concludeert The Economist. Corrigeren dus. Toch is nog menig officieel voedingadvies bang voor vet, zoals bleek nadat het Amerikaanse en eveneens gerespecteerde blad Time Magazine vet weer in ere herstelde op zijn voorpagina.
Terecht of niet? In de dieetleer en leefstijlcoaching is bitter weinig zeker, maar geldt domweg het volgende als gezond verstand: eet gevarieerd, niet te veel, niet te geraffineerd, beweeg veel en bezuinig niet op slaap. Ingewikkelder is het niet. Misschien moet de conclusie wel zijn dat wetenschappers zich veel te veel met voeding zijn gaan bemoeien.
Maar goed, hoe krijg je de geest weer in de fles, nu er een hele industrie op is gebouwd? Waar dat toe kan leiden, is inmiddels wel duidelijk gebleken.
Dit artikel afdrukken
In tegenstelling tot wat wetenschappers - en daarom nationale gezondheidsautoriteiten - een dikke honderd jaar hebben gedacht, is de ene calorie de andere niet. De gedachte dat alle calorieën hetzelfde zijn, is volgens The Economist een grove misvatting die tot het uitdijende probleem van obesitas heeft geleid. Dat ontdekte ook de man uit het ondersteunende verhaal van het blad. Hij viel pas af toen hij geen calorieën meer telde, maar weer vet en verzadigende producten ging eten.
Dik van een denkfoutje
In een korte video legt het blad, voor wie het nog niet wist, uit dat de consumptie van suikers is opgejaagd door een verkeerde gevolgtrekking uit de constatering dat eiwitten en koolhydraten per gram maar 4 calorieën leveren terwijl een gram vet goed is voor 9 calorieën. Vet werd in de ban gedaan vanuit de gedachte dat alle calorieën gelijk zijn; aangezien je ruim 2 gram suikers of eiwit kunt nemen tegen 1 gram vet was gauw bekeken welk van de drie zogeheten macronutriënten in het wetenschappelijke zwartboek van de diëtist kwam. Voortaan moest niet alleen de patiënt, maar ook de hele bevolking op vet letten. En omdat eiwitten te duur zijn als alternatief, werd de consumptie van koolhydraten (suikers) aangejaagd. Ook, en misschien wel juist, die van geraffineerde want die vinden we het lekkerst en verkopen daarom goed.
Misschien moet de conclusie wel zijn dat wetenschappers zich veel te veel met voeding zijn gaan bemoeienGeraffineerde suiker wordt snel in je bloed opgenomen en verdwijnt er weer even snel uit om als vet in je lichaam te worden opgeslagen als je niet genoeg beweegt. Van die verdwijning krijg je steeds opnieuw honger en dat stimuleert tot meer eten dan goed voor je is. Daarom maakte het denkfoutje ons wereldwijd steeds vetter. Dat kwam niet van het vet, maar van de suiker.
Te veel bemoeienis?
Zijn koolhydraten fout? Nee, ze leveren je van nature energie. Je moet letten op het soort koolhydraten dat je eet. Van de suiker in een appel heb je niet zo snel weer honger omdat de vrucht als geheel vult. Hetzelfde geldt voor een snee bruinbrood versus een wit kadetje. Dus: koolhydraten zoals suikers uit volle granen zijn niet per se ongezond voor dagelijks gebruik, maar de geraffineerde (zoals suiker uit biet en riet en geraffineerd meel voor witte kadetjes of croissants) moet je mijden.
Het moment van de demonisering van vet is rechtstreeks in de volksgezondheidsstatistieken terug te vinden, laat het blad in de video zien. Tijd om die ban en de resten die er nog van te vinden zijn uit de dieetleer te schrappen, concludeert The Economist. Corrigeren dus. Toch is nog menig officieel voedingadvies bang voor vet, zoals bleek nadat het Amerikaanse en eveneens gerespecteerde blad Time Magazine vet weer in ere herstelde op zijn voorpagina.
Terecht of niet? In de dieetleer en leefstijlcoaching is bitter weinig zeker, maar geldt domweg het volgende als gezond verstand: eet gevarieerd, niet te veel, niet te geraffineerd, beweeg veel en bezuinig niet op slaap. Ingewikkelder is het niet. Misschien moet de conclusie wel zijn dat wetenschappers zich veel te veel met voeding zijn gaan bemoeien.
Maar goed, hoe krijg je de geest weer in de fles, nu er een hele industrie op is gebouwd? Waar dat toe kan leiden, is inmiddels wel duidelijk gebleken.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Robert, het pessimisme wat ik meen te zien, is de suggestie dat wetenschappelijk onderzoekers die zich bezig houden met dingen die wij niet zelf kunnen waarnemen cq begrijpen "een loopje nemen met de feiten".
Bij alle vormen van wetenschap komt vertrouwen kijken om twee redenen. Ten eerste is er tijd. De tijd tussen het bedenken vd relativiteitstheorie en het moment dat de gewone mens te maken kreeg met iets dat ie zelf kon ervaren (vermoedelijk GPS, na vrijgave voor civiel gebruik in 1983), was ca. driekwart eeuw. Ten tweede, zelfs dan moeten we maar aannemen dat het werkt op basis van o.a. de relativiteitstheorie, echt controleren kunnen we niet.
Bovendien, de fysica is verre van gevrijwaard van aannames. De relativiteitstheorie gaat er vanuit dat de lichtsnelheid constant is. Newton's zwaartekrachtwet gaat ook uit van bepaalde aannames. Beiden blijken, binnen een bepaalde context te werken. Maar daarbuiten niet. Laatstgenoemde blijkt op kosmische schaal ernaast te zitten en is daar achterhaald door eerstgenoemde. Maar op aarde is de beschrijving afdoende. Beiden beschrijven de werkelijkheid op kleine schaal niet goed.
Observaties van mechanistische aard voelen wel lekker zeker, maar ook dat is slechts een illusie. De enige houvast is daarom de vraag of iets 'werkt', of, met andere woorden, iets de werkelijkheid voldoende goed beschrijft. De aardigheid is dat als je het zo bekijkt, het principe net zo goed van toepassing is op niet-mechanistische/niet-materiële fenomenen. Waar ligt voor jouw het punt dat je wetenschappelijke concepten al dan niet vertrouwt? Waar trek je de grens van waarneembaar?
Dennis, ik zie op geen enkele manier een pessimisme uitgaan van wat ik schrijf. Ik schrijf dat zekerheden voortkomen uit experimenteel onderzoek van mechanische/materiële aard. Bij overige wetenschappelijke “waarheden”, komen aannames om de hoek kijken. Wat ik schrijf, gaat op geen enkele manier in tegen wat we waarnemen. Alleen tegen wat we daaruit kunnen concluderen.
Een vliegtuig vliegt doordat iemand is gaan experimenteren. Niet doordat hij wiskundige formules is gaan schrijven. Een experiment van mechanische en materiële aard. Dat vliegtuigen vliegen, kunnen we allemaal zien. Dat wil niet zeggen dat wij als burger hoeven te weten hoe ze vliegen.
Je gaat naar een vliegveld en ziet vliegtuig na vliegtuig succesvol opstijgen. Dat is reproduceerbaar. Iedereen kan het waarnemen en daarom geloven we er in.
Ook het internet werkt doordat we allemaal kunnen waarnemen dat het werkt. Niet doordat ons wordt verteld dat het werkt. Ook volledig reproduceerbaar dus.
Wat reproduceerbaarheid is, is ons ingegeven door diezelfde wetenschap die we hier bekritiseren. Het zou kunnen betekenen dat een handvol wetenschappers in een afgesloten kamer tot dezelfde conclusie komt, over een vraagstuk, als een andere groep wetenschappers. Dat hoeft niets te maken te hebben met een objectieve werkelijkheid. Alleen met consensus. Mogelijk ook met belangen.
Waar = inderdaad wat werkt. Ik zie niet in hoe dat ingaat tegen wat ik schrijf.
Dat je met de theorie van zwarte gaten dingen kunt voorspellen, hoeft niets te zeggen. Laten we beginnen met de directe observatie van een zwart gat. Waar is die? Kunnen wij dat zien met onze eigen ogen door een publiekelijk toegankelijke telescoop. Kan de theorie van zwarte gaten een verklaring geven voor 100% van de daarmee samenhangende waarnemingen? Echt 100%?
Of is er veel discussie over?
Als je eerlijk bent, moet je toegeven dat wat wij over zwarte gaten denken te weten voor 100% uit de koker van derden komt. Daar komen aannames over betrouwbaarheid van observaties van anderen bij kijken. 1) Direct observaties van een zeer kleine groep mensen. 2) Daaruit voortvloeiende berekeningen. En 3) daaruit voortvloeiende conclusies.
Vertrouw jij deze wetenschappers voor 100% nadat je met je eigen ogen herhaaldelijk hebt waargenomen dat andere wetenschappers een loopje nemen met de feiten op gebieden waar je je persoonlijk in hebt verdiept?
Wetenschap begint bij directe observatie.
Geeft de wetenschap zelf niet aan dat 90-99% van het Universum niet door mensen kan worden waargenomen?
Het lijkt mij vrij lastig iets te verklaren dat je niet kunt waarnemen. En kom niet aan met indirecte metingen. Een meting is een waarneming en kan per definitie niet aantonen wat we niet waarnemen. Daarbij kan de waarneming van een mens of een apparaat komen. Het lijkt me zeer onwaarschijnlijk dat apparaten alles kunnen observeren dat wij als mens niet direct kunnen observeren. Dat zou een religieuze aanname zijn.
Onze nederigheid als onderzoeker kan inderdaad niet groot genoeg zijn.
Dat GPS werkt, komt doordat het werkt. De herhaalde waarneming dat het feitelijk werkt, toont aan dat het werkt. Mooi dat een theorie daar de basis voor was. Maar zonder het aantonen van een praktische werking, was deze theorie nutteloos geweest voor de gemiddelde mens.
Robert, dat is wat mij betreft een te pessimistische kijk op e.a. Bovendien staat reproduceerbaarheid niet gelijk aan begrijpelijkheid voor een breed publiek. Als dat de norm was, dan zouden vliegtuigen niet vliegen en internet niet bestaan. Reproduceerbaarheid heeft, net als de graad van zekerheid, betrekking op slechts één eenvoudig te begrijpen concept: waar = wat werkt. Voor het woord waar is misschien zelfs het woord waarde in the vullen, aangezien niet-werkende conclusies (zoals het idee dat we dik worden van vet) geen waarde voor de samenleving hebben.
Bovenstaande vuistregel betekent dat een een conclusie uit onderzoek een dusdanige voorspellende waarde heeft, dat herhaling van het toetsen daarvan hetzelfde resultaat oplevert. Als een conclusie uit bijvoorbeeld epidemiologisch onderzoek (bijvoorbeeld dat koffie beschermd tegen diabetes, ik verzin maar even wat) enkel van toepassing is op één cohort, met een specifieke set aannames in de modellen, dan is de voorspellende waarde nul. Zo'n resultaat is betekenisloos, want het voldoet niet aan de vuistregel. Zo'n conclusie toepassen op de algemene bevolking, zoals heel vaak gebeurt, is volstrekt ongeoorloofd. Hetzelfde geldt voor het vet verhaal.
Maar als Dijkgraaf een model van zwarte gaten ontwikkelt en daarmee succesvol bepaalde fenomenen voorspelt die vervolgens geobserveerd worden, dan raakt dat de kern van voorgenoemde vuistregel. Dat jij en ik dat model niet kunnen volgen is niet relevant voor de waarde ervan (zowel in inhoudelijke zin als in de zin van toepasbaarheid). En let wel, ook de relativiteitstheorie was in eerste instantie een abstracte model, met ogenschijnlijk nul relevantie voor de mens, en dat geen mens begreep. Ondertussen kunnen we op onze smartphone enkel en alleen precies zien waar we zijn, doordat GPS satellieten gebruik maken van de relativiteitstheorie. Het feit dat onze locatiebepaling telkens opnieuw succesvol werkt, is daarmee een voorbeeld van de vuistregel én van de reproduceerbaarheid van het model.
Naar mijn idee dient wetenschap inzicht te geven in ons leven. Onderzoek naar oorzaak en gevolg.
Wat mij betreft, kunnen oorzaak en gevolg slechts zelden worden aangetoond. Het gaan dan om de mechanische werking van dingen.
1) Als je met een zaag op een lichaamsdeel tekeer gaat, zul je het lichaamsdeel verliezen. Met geluk kan een goede chirurg herstelwerkzaamheden inzetten.
2) Als je met een lege tank langs de kant van de weg staat, zal benzine (gas/stroom) toevoegen ervoor zorgen dat je auto weer gaat rijden.
Dit zijn voorbeelden van wetenschap met een zeer hoge reproduceerbaarheid. Voorbeelden die voor iedereen te begrijpen zijn.
Als we de mechanische, materiële werking loslaten en verder kijken, komen we in sprookjesland terecht. In de wereld van onze eigen verbeelding en onze persoonlijke werkelijkheid.
Wouter, in #70, heb je het over Dijkgraaf en expertise over zwarte gaten. Gevoelsmatig begrijp ik wat je bedoelt. En ik zie/zag dit soort mensen ook altijd als expert. Misschien vooral ook doordat dit soort mensen zichzelf als zodanig presenteren of bewust zo worden gepresenteerd aan eenvoudige mensen als ik: Mensen zonder wiskundige, natuurkundige of astronomische kennis.
Toch zie ik zwarte gaten juist als een onderwerp waar we niets over weten. Dijkgraaf kan zijn informatie mogelijk deels overbrengen. Maar de basis van wiskundige berekeningen, aannames en literair vastgelegde observaties, kan niet worden overgedragen aan het gros van de mensen. Als ik zuiver probeer te redeneren, gaat dit dus per definitie volledig voorbij aan reproduceerbaarheid. Het gaat om een onderwerp van < 1% v.d. mensen ook maar iets van begrijpt.
Dit is dan ook een voorbeeld van een autoriteitsprincipe. We nemen de kennis aan omdat we denken dat Dijkgraaf zich er wel heel erg in verdiept zal hebben. En rationaliseren dit voor onszelf door te zeggen dat wij (in ieder geval wat betreft dit onderwerp) niet slim genoeg zijn.
Wat is er reproduceerbaar aan zwarte gaten? Als ik ’s nachts naar boven kijk, zie ik wat lichtjes aan de hemel. Met een amateuristische sterrenkijker, lijken de lichtjes wat dichterbij te zijn. Daar houdt onze gedeelde kennis op. De rest is wiskunde en zoveel aannames dat ze niet te beschrijven zijn.
Primaire observaties worden gedaan door professionele telescopen en heeele kleine groepjes mensen. Die moeten we maar vertrouwen. Vervolgens worden daar allerlei wiskundige berekeningen op losgelaten. Deze berekeningen zijn zo betrouwbaar als het kwadraat van de observaties waar ze op gebaseerd zijn. Indien er gerede twijfel bestaat over 1 observatie in een wiskundige keten van een tiental observaties, staat de hele berekening op drijfzand.
En wij als eenvoudige mensen maar denken dat we niet slim genoeg zijn voor deze kennis. Dat ben ik ook zeer zeker niet. Veel mensen zijn echter wel slim genoeg om de onzekerheden/aannames van een observatie als - oorzakelijk verband - te benoemen, indien ze zich in deze observatie hebben verdiept.
Dan rest de vraag wie er zuiverder redeneert: De wetenschapper die concludeert dat de ene observatie de oorzaak is van een andere observatie? Of de eenvoudige mens die niet wetenschappelijk geschoold is, maar ziet dat er veel meer oorzaken zouden kunnen zijn?
Verder ben ik het helemaal met je eens hoor. Hoe meer je je ergens in verdiept, hoe meer je onzekerheden tegenkomt. Waardoor je zelf ziet dat we nauwelijks iets echt weten.
#68 het gros van alle activiteiten die we doen heeft niks met de wetenschappelijke methode te maken. Vertrouwen en inuitie zijn veel grotere influencers. Niet alleen bij het kiezen van een president, maar ook bij tuinieren, de liefde bedrijven, schilderen en andere kunstvormen, schrijven, etc. Hoe ouder ik wordt hoe meer ik zelfs vind dat die betweterige wetenschappelijke methode (en mensen die daar voor gaan) twijfelachtig begin te vinden. Hoe meer je weet hoe minder je weet. Hoe meer expertise je hebt, hoe meer je je realiseert dat je nog veel te weinig weet. Rationaliteit en nederigheid zijn dan misschien de fundering om op terug te vallen.