Schrijf eens wat over Nederland. Dit is het antwoord van Brusselaar Nick Trachet op dat verzoek.
Nederland. Wij doen er graag lacherig over als het om de keuken gaat, maar toch kunnen we niet zonder hen. Ik heb er vaak verbleven en, wanneer het niet om culinaire reizen ging, inderdaad ook vaak slecht gegeten. Niet op restaurant, maar wanneer Nederlanders ‘gewoon’ eten.
Melk is niet voor volwassenen
Zo was ik ooit met visspecialisten uit heel Europa in een congrescentrum van Shell in Noordwijkerhout. Toen we de vergadering verlieten voor de lunch, zagen we achter elk bord op tafel een groot glas melk op ons wachten. Mijn Portugese en Italiaanse disgenoten keken ernaar als naar een put. Iemand vroeg dan toch aan mij: “Wat is hiervan de bedoeling?” Ik zei dat het een vergissing moest zijn en ging richting keuken, wetende dat aan volwassen mensen melk voorzetten overal elders in de wereld wordt gezien als een belediging, maar blijkbaar niet in Nederland. Ik vroeg: “Kunnen wij misschien koffie krijgen?” en kreeg tot mijn verbazing als antwoord: “Ja, als u uw melk op hebt.” Vervolgens verschenen er voor iedereen kroketten en bruin gekleurd brood, zo donker als chocolade. “Mijn landgenoten denken dat dat gezonder is,” gaf een Nederlander in de buurt toe. De Latijnen aan tafel konden er niet om lachen en stelden zichzelf gerust met de zekerheid dat de bijeenkomst maar twee dagen zou duren.
'The protestant approach to food'
Nederland is zo dichtbij en toch zo anders. Ik heb één en ander toegeschreven aan wat ik the protestant approach to food noem. Waar wij eten, zelfs tussen het werk door, zien als een manier om te genieten terwijl men desnoods de honger stilt, kan ik mij niet van de indruk ontdoen dat eten in Nederland altijd een hoger doel moet dienen en elke hap zowel voedzaam als verantwoord, eenvoudig, equitabel, gezond, solidair, klimaatneutraal, diervriendelijk, respectvol en ja, goedkoop moet zijn. “En doe maar gewoon,” wordt er dan bij gezegd.
Ondanks onze ‘Bourgondische’ overdaad hebben wij de gewoonte om ons eten met meer respect te benoemen. Nederlanders zijn neerbuigend over hun eten: zij schelden het uit. Wie noemt er lekker eten nu snert (erwtensoep), hete bliksem (puree met appelen), longhaas (onglet), zwartzuur (civet), raasdonders (velderwten), klapstuk (stoofvlees) of blote billetjes in het gras (witte en sperziebonen)?
Eten mag vooral niet te belangrijk zijn, men moet eten, maar men apprecieert het niet wanneer er te veel aandacht aan wordt besteed. “Bread is bread,” zei een Engelsman tegen mijn vader toen die kloeg dat het brood niet lekker was. Dat is waar de film Babettes Feest over gaat, maar dan in Denemarken. Ook stedelijk Groot-Brittannië, Noord-Duitsland en uiteraard de Verenigde Staten kennen dat fenomeen. Historica Rachel Laudan spreekt van een ‘republikeinse keuken’. Door frugaal te leven toont men zijn superioriteit tegenover de genotzuchtigen en katholieken.
Nederland handelt in wat lekker is, maar eet het zelf niet
Maar Nederland is een handelsland. Ze produceren en exporteren kwaliteit. Wat associëren wij met Nederland? Platvis (tong, pladijs), maatjesharing, oesters en mosselen, (bessen)jenever, advocaat en uiteraard kaas. En geef toe, daar is ronduit uitstekend spul bij. Het goede dat ze maken is voor de handel, niet om zelf op te eten.
Mosselmanna
Tweehonderd jaar geleden werden de Nederlanden één gemaakt. Het zou maar vijftien jaar duren, de mentaliteitsverschillen waren té groot. België was het eerste land op het Europese continent waar de Industriële Revolutie op gang kwam. De eerste stoommachine werd al in 1720 geïnstalleerd bij Luik. Onder Napoleon zou de industrialisatie fel toenemen. Met die omwenteling kwam een stroom van arbeiders naar de stad op gang en die moesten uiteraard gevoed worden. Omdat Nederland sinds 1801 ook een vazalstaat van Napoleon was, viel het oog op de Zeeuwse mosselvisserij. De mosselen konden via de rivieren snel in Luik, Brussel of Gent geleverd worden. Op die manier werden de Zeeuwse mosselen lievelingsvoedsel voor de werkman. In de ogen van de arbeiders werd de mossel, goedkoop en overvloedig, een manna, een feestdis bij uitstek. Groot was het aantal gezinnen waarin tijdens het seizoen van september tot maart éénmaal per week mosselen werden gegeten.
Het is opmerkelijk dat de eerste organisatie en reglementering van de mosselproductie in Nederland werd ingesteld in 1825, net in die korte periode! Na de onafhankelijkheid is de liefde voor mosselen bij de Belgische bevolking gebleven. In Nederland zelf, waar de mosselpercelen in topjaren tot 100.000 ton van het zwarte Zeeuwse goud konden leveren, worden nauwelijks mosselen gegeten. Slechts de laatste decennia zijn de Nederlanders schoorvoetend aan de mossel gegaan, na heel wat marketing effort van de grote Zeeuwse mosselhuizen.
Of u nu rattachist of orangist bent, Vlaming of Belg, het sneetje kaas op een boterham hebben wij van de Nederlanders overgehouden, de mosselfeesten ook. Smakelijk.
Fotocredits: Franklin Heijnen
Dit artikel afdrukken
Melk is niet voor volwassenen
Zo was ik ooit met visspecialisten uit heel Europa in een congrescentrum van Shell in Noordwijkerhout. Toen we de vergadering verlieten voor de lunch, zagen we achter elk bord op tafel een groot glas melk op ons wachten. Mijn Portugese en Italiaanse disgenoten keken ernaar als naar een put. Iemand vroeg dan toch aan mij: “Wat is hiervan de bedoeling?” Ik zei dat het een vergissing moest zijn en ging richting keuken, wetende dat aan volwassen mensen melk voorzetten overal elders in de wereld wordt gezien als een belediging, maar blijkbaar niet in Nederland. Ik vroeg: “Kunnen wij misschien koffie krijgen?” en kreeg tot mijn verbazing als antwoord: “Ja, als u uw melk op hebt.” Vervolgens verschenen er voor iedereen kroketten en bruin gekleurd brood, zo donker als chocolade. “Mijn landgenoten denken dat dat gezonder is,” gaf een Nederlander in de buurt toe. De Latijnen aan tafel konden er niet om lachen en stelden zichzelf gerust met de zekerheid dat de bijeenkomst maar twee dagen zou duren.
'The protestant approach to food'
Nederland is zo dichtbij en toch zo anders. Ik heb één en ander toegeschreven aan wat ik the protestant approach to food noem. Waar wij eten, zelfs tussen het werk door, zien als een manier om te genieten terwijl men desnoods de honger stilt, kan ik mij niet van de indruk ontdoen dat eten in Nederland altijd een hoger doel moet dienen en elke hap zowel voedzaam als verantwoord, eenvoudig, equitabel, gezond, solidair, klimaatneutraal, diervriendelijk, respectvol en ja, goedkoop moet zijn. “En doe maar gewoon,” wordt er dan bij gezegd.
Ondanks onze ‘Bourgondische’ overdaad hebben wij de gewoonte om ons eten met meer respect te benoemen. Nederlanders zijn neerbuigend over hun eten: zij schelden het uit. Wie noemt er lekker eten nu snert (erwtensoep), hete bliksem (puree met appelen), longhaas (onglet), zwartzuur (civet), raasdonders (velderwten), klapstuk (stoofvlees) of blote billetjes in het gras (witte en sperziebonen)?
Eten mag vooral niet te belangrijk zijn, men moet eten, maar men apprecieert het niet wanneer er te veel aandacht aan wordt besteed. “Bread is bread,” zei een Engelsman tegen mijn vader toen die kloeg dat het brood niet lekker was. Dat is waar de film Babettes Feest over gaat, maar dan in Denemarken. Ook stedelijk Groot-Brittannië, Noord-Duitsland en uiteraard de Verenigde Staten kennen dat fenomeen. Historica Rachel Laudan spreekt van een ‘republikeinse keuken’. Door frugaal te leven toont men zijn superioriteit tegenover de genotzuchtigen en katholieken.
Nederland handelt in wat lekker is, maar eet het zelf niet
Maar Nederland is een handelsland. Ze produceren en exporteren kwaliteit. Wat associëren wij met Nederland? Platvis (tong, pladijs), maatjesharing, oesters en mosselen, (bessen)jenever, advocaat en uiteraard kaas. En geef toe, daar is ronduit uitstekend spul bij. Het goede dat ze maken is voor de handel, niet om zelf op te eten.
Mosselmanna
Tweehonderd jaar geleden werden de Nederlanden één gemaakt. Het zou maar vijftien jaar duren, de mentaliteitsverschillen waren té groot. België was het eerste land op het Europese continent waar de Industriële Revolutie op gang kwam. De eerste stoommachine werd al in 1720 geïnstalleerd bij Luik. Onder Napoleon zou de industrialisatie fel toenemen. Met die omwenteling kwam een stroom van arbeiders naar de stad op gang en die moesten uiteraard gevoed worden. Omdat Nederland sinds 1801 ook een vazalstaat van Napoleon was, viel het oog op de Zeeuwse mosselvisserij. De mosselen konden via de rivieren snel in Luik, Brussel of Gent geleverd worden. Op die manier werden de Zeeuwse mosselen lievelingsvoedsel voor de werkman. In de ogen van de arbeiders werd de mossel, goedkoop en overvloedig, een manna, een feestdis bij uitstek. Groot was het aantal gezinnen waarin tijdens het seizoen van september tot maart éénmaal per week mosselen werden gegeten.
Het is opmerkelijk dat de eerste organisatie en reglementering van de mosselproductie in Nederland werd ingesteld in 1825, net in die korte periode! Na de onafhankelijkheid is de liefde voor mosselen bij de Belgische bevolking gebleven. In Nederland zelf, waar de mosselpercelen in topjaren tot 100.000 ton van het zwarte Zeeuwse goud konden leveren, worden nauwelijks mosselen gegeten. Slechts de laatste decennia zijn de Nederlanders schoorvoetend aan de mossel gegaan, na heel wat marketing effort van de grote Zeeuwse mosselhuizen.
Of u nu rattachist of orangist bent, Vlaming of Belg, het sneetje kaas op een boterham hebben wij van de Nederlanders overgehouden, de mosselfeesten ook. Smakelijk.
Fotocredits: Franklin Heijnen
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Het broodmes wouter, dan doemt er weer van alles bij me op, en meteen ook een gele broodtrommel, met beweegbare schuif van boven(open) naar beneden (dicht), er zat een zaagrand aan dat broodmes, en er werden in de keuken duizenden boterhammen mee gesneden (in mijn studententijd kon je dat brood door een machine laten snijden, 2 cent extra, geweldige vooruitgang!) die besmeerd en belegd werden voor naar school (om de een of andere reden hoefden wij dat als jongens niet zelf te doen, maar wel onze moeders, zussen, keukenmeiden), ochoch, das waren mal Zeiten!
Dordrecht. Hotel Villa Augustus. Geweldig brood. Culischrijfster en patebakker Diny Schouten te Amsterdam, bejubelde het brood dat ze aan het ontbijt in Dordrecht trof. En ze ontdekte er het broodmes. Volgens haar een geniale vondst. Je snijdt zelf je boterhammen af. Wat een goed idee van de chef daarzo, schreef ze.
Goh Florine, precies mijn ervaring, Spanje als grote uitzondering: in Sevilla begon ik elke dag (niet in hotel, maar op terrasje ergens in de straat) met tostada, licht geroosterd brood met daarop smeerseltje van gezeefde tomaat en olijfolie en plakje pata negraham, met thee (dat lukte niet altijd, thee? bij ontbijt?), en dan nam ik niet de hele portie maar de halve, genoeg voor mij, alles bij elkaar 1 euro per ontbijt (hebt U die thee er wel bij gerekend??, si senor, esta incluido!). ongelooflijke ervaring, alleen daarom al zou je erheen moeten, al die potsierlijke paleizen en kathedralen hoeven van mij niet zo (de parken weer wel). In de nieuwe landen van Oost Europa doen ze al hun best de slechte westerse ontbijt-gewoontes over te nemen, zal wel aan die hotelketens liggen. Tot in de Reigerstraat dan!
@Nick Trachet #18
Inderdaad Nick, ik ben het met je eens dat goed brood niet duur behoort te zijn. Maar wat is goed brood?
Ook in Nederland wordt bij 2 van de 3 maaltijden brood gegeten. Maar waar ging het om in deze draad? Het ging met name om dat vieze, drekbruin gekleurde brood dat die congresgangers voorgezet kregen. De vraag is, is dat illustratief voor het doorsnee Nederlandse brood? Ik denk het niet. Dat kleurtje wordt verkregen door gebrande mout door het deeg te doen om de illusie te wekken dat het volkorenbrood is en derhalve oer-gezond. Maar op de verpakking van volkorenbrood moet gewoon staan dat het van 100% tarwemeel is gebakken. Met zo'n brood is niets mis, het ene is lekkerder dan het andere, en dat is een kwestie van kennis van de bakker. Maar dat miezerige brood in dat dure congrescentrum is een centenkwestie waar de calculatie voor de prijs per lunch per congresganger aan onderhevig is. Die calculatie staat blijkbaar onder druk en laat niet toe dat er beter/lekkerder brood geserveerd wordt. En slecht opgeleid personeel in de bediening (ook een centenkwestie) dat niet begrijpt dat er mensen zijn die geen melk willen drinken.
Ik denk dat het beeld van eetgewoonten in Nederland juister wordt als je het brood dat hotels en restaurants hun gasten voorzetten niet laat meetellen. Laat je het wel meetellen, dan zou je de uitkomst moeten vergelijken met brood dat in andere Europese landen in Hotels geserveerd wordt. Ik ben niet een doorgewinterde hotelbezoeker, maar ik weet wel dat je in Italië voor ontbijt alleen mierzoete vieze cakejes in alle kleuren op het ontbijtbuffet treft, mierzoete croissants met suikerglazuur, smakeloze fabriekstoast en kuipjes met mierzoete jam, nutella en honing, mierzoete waterige yoghurtjes , en mierzoete rice crispies. Om gek van te worden. In Frankrijk krijg je als het meezit een goede croissant en een kwart stokbrood en wat jam. In Spanje (sherry-streek) herinner ik mij toast en een potje met heerlijke uitgesmolten reuzel! Dat was geweldig. In GB en Ierland is het toast van wit plakbrood, vette worstjes, eieren, bacon en een gegrild zuur tomaatje. Maar altijd marmelade voor op die toast. En gelukkig ook havermout, en daar weten ze hoe havermout moet worden gekookt. In USA heb ik vroeger heel veel gereisd en derhalve ontbeten en daar kreeg je in de ontbijtruimten van hotels en motels behalve een keur aan pancakes met bijlagen, de wereld aan hartige lekkernijen bij de eieren maar het brood was in die jaren altijd naar wit brood (zoals in GB) dat getoast werd zodat het nog enige weerstand kon bieden. Maar de koffie (te waterig) en donuts (dodelijk vies en zoet) die de gemiddelde Amerikaan langs de weg koopt om mee te nemen naar het werk zijn een dieptepunt. Over het algemeen zou ik durven zeggen dat brood in gemiddelde hotels en restaurants een item is waarop niet wordt ingezet om de klant te behagen. Behalve dan bij de Toekan-tent volgens heer Klootwijk. In ieder geval in die ontbijt-vergelijking komt Nederland er niet zo slecht af.
Geachte Nick, je zegt dat de Belgen meer respect hebben voor hun voedsel. Dat klopt. Het is zelfs zo dat dit de norm is in het grootste deel van West-Europa, B, F, D, AT. Dat hebben Hollanders veel minder (en Engelsen). Maar het is niet zozeer dat wij geen respect hebben voor voedsel. Je kunt ook zeggen: Nederlanders stellen bescheiden eisen aan hun eten. [kan men zich dat in B voorstellen, bescheiden Nederlanders?]
In deze lijn lopen enkele aspecten dooreen. Betreft het het eten van de gemiddelde Nler? Of in de horeca?
U en uw Portugese en Italiaanse disgenoten waren het eens dat het voorgeschotelde voedsel beneden peil was. Dat klinkt als een objectief oordeel.
Jos Hugense en ikzelf vinden het NL brood voortreffelijk. Dat klinkt als een subjectief oordeel.
In voedsel is veel kwaliteitsbeleving erfelijk. Dwz we vinden lekker wat we steeds voorgeschoteld krijgen van kindsaf aan. Als dat in een ander land per definitie anders is dan voelt dat als wezensvreemd. Dat alle niet-NL'ers het eens zijn dat wij hier eigen-aard-ige smaakbeleving hebben zegt dus niet alles.
Brood moet zo lekker zijn dat het geen zaadjes nodig heeft zeg je. Correct. Maar een kers kan bedoeld zijn om een smakeloze taart toch nog wat te laten lijken. Maar het kan ook "de" kers op de taart zijn. Zoals een Luikse wafel lekker kan zijn zonder slagroom, maar nóg lekkerder mét.
Vlees en groentes, hebben die veel smaak zonder toegevoegde kruiden?
Over smaak kun je wel twisten uiteraard. Maar als het bij welles/nietse blijft is dat vrij plat.Daarom de vraag: is er iets objectiefs waarop smaak en dus kwaliteit bepaald kan worden?
[Kleine voorzet: zelf vind ik wit brood 1-dimensionaal. Alleen wat zoet/weeïge smaak. Daarom mijn voorkeur voor zadenbrood: daarnaast ook bitter/nootachtig, etc.]