In Engeland zou het gebruik ook bestaan hebben, maar ik heb het er nooit ontmoet. Verder naar het Zuiden, in Italië, spreken ze van gnocchi. Eigenlijk zijn dat ook knoedels, maar dan kleintjes. Het is een grote familie van bereidingen die van Scandinavië (komperduse) tot in de dim sum van China voorkomen, alleen niet in de Belgische keuken. Vreemd, toch?
Deegballen in de grote deegwaren-familie
Knoedels zijn in de eerste plaats deegballen in de grote familie van deegwaren. Deeg wordt gebakken in ovens, gekookt in water of gefrituurd als smoutebollen. Allemaal variaties op hetzelfde thema. Knoedels worden zelden puur bereid, er gaat bijna altijd iets bij: aardappelen, bijvoorbeeld, of oud brood, of pompoen.
De Engelse versie waarover ik het hierboven had bestaat uit tweemaal zoveel zelfrijzende bloem als gehakt niervet. Dat is ongeveer het puurste recept dat ik kon vinden. En dat wordt dan grondig gemengd en in de soep gekookt en zo ook geserveerd. Lepel per lepel gaat het deeg in de kokende soep. De ballen zwellen door het koolzuurgas dat bij de verhitting wordt geproduceerd.
Recept: Böhmische Knödel
Ik probeerde een recept van Tsjechische knoedels (Böhmische Knödel). Ik vond het in een Bayrisches Kochbuch dat ik ooit kocht in de kloosterwinkel van de abdij van Benediktbeuern, weet u wel? Waar de Carmina Burana vandaan kwamen. Het zijn knoedels op basis van brood. De meeste lezers weten wel dat ik iets heb met oud brood. Ik vind het heel erg dat er zoveel brood wordt weggegooid en ik zoek dus allerhande toepassingen: paneermeelrecepten, broodsoepen, bread and butter cake, en bodding in al zijn vormen zijn hier al geprobeerd, maar de knoedels zelf nog niet.
Die had ik niet, dus heb ik maar gewoon oud brood gebruiktHet recept vraagt om 6-8 semmeln. Dat heb ik moeten opzoeken. Het blijkt Duits te zijn voor broodjes, pistolets. De Duitsers kennen wat van brood: niet dat zware zure desembrood van rogge, maar hun kleine witte broodjes zijn uitstekend. Naar het schijnt heeft het iets te maken met lange rijstijden op lagere temperatuur. Zulke broodjes moeten het zijn.
Die had ik niet, dus heb ik maar gewoon oud brood gebruikt. Nu vermoed ik dat knoedels maar zo lekker zijn als het brood dat erin gaat. Of op zijn minst: hoe beter het brood, hoe beter de knoedels. Ik nam 200 gram brood en evenveel bloem (geen zelfrijzende, dat stond niet vermeld) daar dan 125 centiliter melk bij en 60 gram boter en drie eieren, gehakte peterselie. Daar de klopper door. Het wordt een stug deeg dat mijn elektrische klopper deed hijgen.
In een pan werden ajuinringetjes uitgezweet en licht gekleurd in wat boter, daarop gingen dan het oude brood dat in kleine dobbelsteentjes (Würfel) was gesneden om kort te bakken, peper en zout bij, wat tijm... Wanneer alles gebakken en weer afgekoeld was, ging dit bij het deeg. Goed mengen en kneden en dan een uur laten rusten.
Superknoedel
Volgens de Duitse instructies moet al het deeg dan tot één of twee ballen worden gerold, die dan vijftig minuten in ruim gezouten water moeten worden gekookt. Het is de bedoeling dat deze superknoedel dan in schijven wordt gesneden. Dat vond ik overdreven groot, dus maakte ik een zestal kleinere ballen.
Het deeg was nog behoorlijk kleverig en wou niet zo goed van mijn handen. In het ziedende water zakten ze eerst naar de bodem, maar al spoedig gingen ze drijven. Net zoals met vleesballetjes die gekookt worden draait de massa zich vanzelf om tijdens het koken. Ze tollen bij wijze van spreken in het water. Eénmaal goed op gang kon het vuur wat lager en kookte ik deze ballen gedurende ongeveer een half uur.
Zulke knoedels kunnen worden opgediend in een bouillon, als einlage, maar ook in en rond stoofschotels zoals gulash of sauerbraten. Of, zo schrijven ze in het kookboek, in stukjes door de sla of bij de groenten.
'Vleesvervanger'
Het resultaat leek op een ‘vleesvervanger’. Door de ajuin en kruiding kregen de ballen een vleessmaak.
Knoedels koken is een heerlijke kliederende bezigheidOok koud vond ik ze wel lekker. Er was nog een klein beetje broodstructuur in het midden, verder proefden ze als ‘boddingballen’, maar dan hartig, niet zoet.
Er bestaan tientallen en tientallen recepten voor knoedels. Ik ga er in de toekomst nog een paar proberen, met gekookte aardappel erdoor, of met meer groenten, er kan ook vlees bij, restjes van het avondeten van gisteren, bijvoorbeeld.
Maar ik ga zeker opteren voor nog kleinere balletjes, meer zoals gnocchi dus. De Italianen hebben niet altijd ongelijk. En zoete versies behoren ook tot de mogelijkheden. Als er over zijn, kunnen ze in stukjes gebakken worden en dan met groenten worden opgediend. En daarenboven: knoedels koken is een heerlijke kliederende bezigheid. Smakelijk.
Fotocredits: 'Semmelknödel nach "Art des Hauses Labormikro"', labormikro
Op 10 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Semmelknödel, Leberknödel, Leberknödelsuppe..
Als aanstormende alpinistische familie met kinderen (NBV/ŒAV: Fels, Schnee und Eis für Fortgeschrittenen) zum Kotzen Knödel gefressen. Zelfs gesmeekt om eens wat anders te krijgen in de Berghütte.
Tot ik een grapje uithaalde.
“Jongens ! In de keuken zit er hier een heel oud, bijna tandeloos wijfje, en die kauwt oud brood en rauwe lever en rolt dat dan in vieze handjes tot balletjes !”
“Getsie ! Dat vreten we niet meer..”
Dankzij onze Bergführer werd na lang soebatten het menu veranderd.
Niet dat het menu minder eentonig werd.
Goulashsuppe mit Kartoffeln. Kartoffeln mit Goulash, Kartoffelgoulashsuppe mit Brot und so weiter....
Nog altijd leidt de opmerking ‘Knödel’ onder vrienden tot hilarisch afkeurend gehinnik..
Pollemans roept mogelijk meer herinneringen op aan narigheid uit midden-europese keukens. De knoedel staat symbool.
Toch heel raar, want de ingredienten zijn op zich prima om mee te klooien. Ik zou graag met Nick Trachet (de beste culinaire publicist in de Lage Landen) in een keukentje ballen willen verzinnen waar Oostenrijk van op kijkt.
Overigens. Gehaktballen zonder vlees maar met louter oud brood en eieren, ik maakte ze en het jodelen verstomde: wat lekker!
Ik heb naar aanleiding van een vorig stukje van Trachet, pasta gemaakt van 1 deel boetweitmeel, 1 deel tarwebloem en 1 deel gekookte aardappelen. De aardappelen waren het enige bindende middel. Lukte goed (in een pastamachine, niet met een walsje met een slinger). Maar gekookt in zout water en gekookt in bouillon, het leek wel of we bij Pollemans in Oostenrijk mee moesten eten. Er moet meer in zitten, maar wat?
Knoedel horen bij de bergen, en bij uitputtende lange bergwandelingen, je moet het dus niet gaan zitten schransen nadat je heel simpelweg met een kabelbaantje tot op 2000 meter hoog bent beland en daar dan op een terras iets bestelt, dan kun je het beter laten bij een kartoffelsalat en een obstler. Er is ook nog zoiets als marillenknoedel, ook erg machtig, het water loopt me in de mond (als ik het verdiend heb dan, na een halve dag sjouwen, anders gewoon eine frittatensuppe)!
En nog aan Hans: Das leben im Bergen ist schon aber hart, dus geen sushi, sashimi, rucola, oesters,cassoulet, bouillabaisse, eendenborst , amuses en andere grappen daarzo, dat is dan weer voor thuis (ik krijg de umlaut niet op mijn toetsenbord, daar moet toch iets op te vinden zijn?) Waar je weer wel naar kunt vragen en wat je bij ons niet ziet: Steinpils- en Eierschwammerlnsuppe, alles gewoon uit het bos vlak in de buurt, waar ook Otzi op leefde, 3000 jr geleden! Ausgezeichnet!
Dirk@
Buiten de standaard aftakeling geen problemen met ouder worden, maar dat ik niet meer 'naar boven' kan, vind ik heel erg. Als oud seminarist nu een verstokt atheïst.., maar als je op een top staat en je kijkt honderden kilometers ver, dan komt er een diep religieus (daar is geen god voor nodig..) in je... Ik mis het.
‘Vanavond Bergsteigeressen !’, zei onze Bergführer en kliminstructeur Hansl Rezinger.
‘Zijn het ouwe of jonge ?’, vroegen we nieuwsgiering, terwijl we ons afvroegen hoe we die dames het Matrazzenlager binnen zouden moeten smokkelen.
Het bleek helaas een spraakverwarring.
Hansl bedoelde Bergsteiger-Essen.
Ter afwisseling dus Knödel…und leider kein Mädel..
Semmelknödel is eigenlijk ‘duurzame’ armeluiskost gemaakt van (oud) brood. Wie z’n ogen de kost geeft, kan zich nog steeds voorstellen wat het levenspeil in de dalen was voor de bussen met toeristen met Tirolerhoedjes op arriveerden en afterski er een cultuurnorm werd..
De gebondenheid aan het dal blijkt ook uit het feit dat nog steeds vrijwel elk doodlopend dal zijn eigen inteelttrekjes heeft.
Analoog aan de Semmelknödel is er een Vlaams gerecht, dat beter smaakt, maar een gelijke kleffe structuur heeft.
Mijn schoonouders hadden het niet breed. Pa loodgieter, ma veel kuisen thuis met 5 studerende kinderen en op een gegeven moment er nog wat vrijers in het weekend bij.
Oud brood gaat hier naar de vliegende stadsratten, of wordt soms met halve pakken bij pony’s, ezeltjes en schapen gegooid tot zeer terechte ergernis van de eigenaar.
Het gerecht heet ‘broodpudding’, maar werd door mijn lieve schoonmama in Knokke (waar niet iedereen in ‘t Zoute resideert..) ‘kastekoeke’ genoemd. ‘Kasten’, zijn in het Westvlaams ‘korsten’, want ook die gingen zeker het bijzonder mooie gerecht in.
Het gerecht is zeer eenvoudig, wat het dus zeker voor de Hollandse keuken uitermate geschikt maakt ! :
- 300 gr oud brood
- 0,5 liter melk
- 200 gr. kristalsuiker
- 3-4 eieren
- 100 gram rozijnen (hoeven niet voorgeweekt)
- beetje kaneel
- wij doen er ook wat citroenrasp door
- 1 soeplepel custard
Productieproces:
- doe brood in een kom en giet er lauwe, gesuikerde melk op
- laat weken
- plet het met een vork tot een brei
- voeg er de rozijnen, kaneel, custardpoeder, citroenrasp en de geklutste eieren bij
- giet alles in een beboterde vuurvaste vorm
- 45 minuten op 200 deg. C bakken
- je kunt er een vruchtensaus over doen, wij niet, wel af laten koelen voordat je het aansnijdt
- wij serveren het in plakken als cake
Afbeelding HIER