Minister Schouten en het RIVM reageerden kalm en zakelijk en ik begrijp heel goed waarom. Niemand is gebaat bij angst en paniek en over het coronavirus is nog heel veel niet bekend.

Maar ik begrijp de geschrokken bestuurders, huisartsen en GGD'ers in de omgeving óók maar al te goed, want de uitbraken van varkenspest, vogelgriep en Q-koorts (ook allemaal in Brabant) liggen nog vers in het geheugen. En wat we wél weten over corona rechtvaardigt op zijn minst de vraag of we - met de uitbraak op 2 van de 128 nertsenhouderijen in Nederland - geen potentiële tijdbom in huis hebben.

Dat kippen en varkens niet vatbaar blijken te zijn voor de coronavariant die de ziekte COVID19 veroorzaakt, wil niet zeggen dat ze geen gevaar lopen op andere – ook voor de mens gevaarlijke – ziektes
Zorgen zijn terecht
Het coronavirus sprong van dier (waarschijnlijk een vleermuis of een schubdier) naar mens, van mens naar mens, en nu via besmette medewerkers van de nertsenbedrijven weer van mens naar dier. Zou het dan niet opnieuw, vanuit de nertsenstallen, mensen kunnen besmetten? En hoe zit het met de nertsen die het niet overleefden: kunnen zij veilig worden geborgen, zonder een gevaar voor verdere besmetting te vormen? Dit zijn maar een paar voor de hand liggende vragen die duidelijk maken hoe terecht de vragen en de zorgen van de omwonenden zijn.

Varkens en kippen
Met de angstaanjagende coronabesmetting van de nertsenhouderij komt dit virus nu wel heel dicht bij het hart van de Nederlandse vee-industrie. Het gemak waarmee het virus de nertsenstallen binnen kon komen, laat zien hoe groot de risico's voor grootschalige dierhouderij zijn. Dat kippen en varkens niet vatbaar blijken te zijn voor de coronavariant die de ziekte COVID19 veroorzaakt, wil niet zeggen dat ze geen gevaar lopen op andere – ook voor de mens gevaarlijke – ziektes. Ze zijn namelijk wel bevattelijk voor andere virusziekten, zoals hoogpathogene vogelgriep, die ook voor mensen dodelijk kan zijn en voor de snel oprukkende en zeer besmettelijke Afrikaanse varkensgriep die mensen niet treft, maar waar geen medicijn of vaccin tegen bestaat.

Naar een gezond voedselsysteem
In de gesloten en volle stallen van de vee-industrie leven miljoenen dieren dicht op elkaar. Door genetische selectie hebben die dieren weinig weerstand en kunnen ze snel besmet raken. En de wetenschap dat virussen onder dergelijke omstandigheden snel kunnen muteren tot varianten die levensgevaarlijk zijn voor mensen dwingt ons tot de conclusie dat het de hoogste tijd is te stoppen met de grootschalige vee-industrie.

De oplossing moeten we zoeken in een gezond voedselsysteem dat dieren, de natuur en de aarde respecteert: door de leefgebieden van wilde dieren intact te laten, veel minder dieren te houden, een hoog dierenwelzijn te garanderen en gezond en voedzaam plantaardig voedsel bereikbaar te maken voor iedereen.

Geert Laugs is directeur van Compassion in World Farming (CIWF) Nederland. CIWF is een internationale organisatie die opkomt voor dieren in de veehouderij. Zij streeft naar een diervriendelijkere en duurzame veehouderij, voor dieren, mensen en de aarde.
Dit artikel afdrukken