imageDe Partij voor Dieren wordt inmiddels aangemerkt als een geduchte tegenstander . De Productschappen Vee, Vlees en Eieren beginnen de lakmoestest via de portemonnee van de consument.

Als de plannen van de Partij voor de Dieren worden gerealiseerd, is de consument 100 euro per maand meer kwijt aan zijn boodschappen. Dat stelt voorzitter Jos Ramekers van de Productschappen Vee, Vlees en Eieren. Ramekers zei tijdens zijn oudejaarstoespraak, dinsdagavond in Den Haag, bezorgd te zijn over de ontwikkelingen van de laatste tijd. Hij doelde hiermee onder meer op de komst van de PvdD in het Parlement. Gevolgen
Worden alle plannen van de partij uitgevoerd, dan zal dit grote gevolgen hebben voor de sector en de consument. ‘We hebben het dan over een banenverlies van 75.000 mensen, een paar miljard verlies aan productiewaarde, Nederland zou uit de EU moeten stappen en de grenzen sluiten voor im- en export en de consument betaalt 100 euro meer voor zijn boodschappen en geen dier wordt er beter van.’

Realistisch
‘We lijken het tij tegen te hebben’, aldus Ramekers. ‘De bio-industrie moet van een aantal mensen verdwijnen. Vroeger werd de naam bio-industrie gebruikt door een handjevol dierenactivisten, tegenwoordig is deze term in alle uithoeken, tot en met de grachtengordel in Amsterdam helemaal bon ton.’

De mening van de PvdD en haar aanhang is echter verre van realistisch, stelde Ramekers. ‘Moeten we weer terug naar de tijd van Ot en Sien, waar de koeien met de hand gemolken werden?’

Volgens Ramekers speelt de dierenwelzijnsbeweging meer in op emotie dan op realiteit. ‘Alsof kleine bedrijven, betere producten maken. Levert een kleine brouwerij beter bier, of een kleine fabriek betere hagelslag? En zijn kleinere partijen betere politici?’

Ramekers riep de politiek op om geen besluitvorming de plegen op incidenten en electoraal gewin, maar om realistisch te blijven kijken naar de feiten. ‘En die zijn bijvoorbeeld dat wij in Nederland voorloper zijn op dierenwelzijnsgebied'

bron: Meat&Meal
Dit artikel afdrukken