Onlangs kwam het nieuws naar buiten dat vlees dat behandeld is met de als groeibevorderaar gebruikte beta-antagonist Zilmax (van het farmaceutische concern Merck) niet meer welkom is in de slachterijen die werken voor Tyson, 's werelds grootste rundvleesverwerker en -verkoper. Het middel zou zorgen voor dierwelzijnsproblemen.

Reuters laat in een bericht over tegenmaatregelen van Merck om het vertrouwen van de markt te behouden doorschemeren dat Tyson weleens geheel andere motieven kan hebben. Ook in de VS en daarbuiten willen afnemers geen kunstgrepen meer die dieren snel groot jagen. Tyson blijkt een hogere prijs te betalen voor onbehandeld, natuurlijk vlees. Ook door schandalen geteisterde Chinese afnemers en de rijke Arabische wereld stellen dat op prijs.

Het gevolg is wel dat de groeiende vraag naar vlees te maken krijgt met een nog smaller aanbod. Tyson lijkt dat niet te deren en geeft daarmee aan een nieuwe weg in te slaan: bij minder aanbod tegen een hogere prijs vallen ook goede zaken te doen. Het heeft de consequentie die de dierenwelzijnsbeweging graag wil. We gaan minder vlees eten, tegen een aanmerkelijk hogere prijs. Het motief van Tyson is echter louter commercieel. Althans dat begint de markt zich af te vragen: is Tyson de spelregels in 'vlees' aan het veranderen, minder maar beter en vooral veel rendabeler per kilo?
Dit artikel afdrukken