image

Naar aanleiding van mijn posting gisteren over de relatie tussen voeding en gedragsstoornissen, ontving ik van Melchior Meijer, de kritische Nederlandse wetenschapsjournalist op het gebied van food & health, een artikel dat eerder is verschenen in Men's Health.

Om het ook online beschikbaar te stellen, bood Melchior het aan - in lichte bewerking - ter publicatie hier. Daar ben ik dankbaar op ingegaan.

Hij leidt dieetprincipes af uit onze evolutie. Het lijkt erop dat we 'terug naar de kust' moeten. In tegenstelling tot de schoolboekjeskennis die zegt dat we afstammen van landapen uit de Afrikaanse Savanne, leefden onze voorouders waarschijnlijk aan visrijke kusten. Het waren geen jagers, maar strandjutters.

Onder wetenschappers heeft deze theorie inmiddels flink school gemaakt.

Het artikel verzamelt op een prettig leesbare manier de evidence voor mensen als nazaten van de eerste jutters. Alleen dát verklaart waarom we als mensen zulke enorme hersenen - in relatie tot andere dieren - hebben kunnen ontwikkelen. Het verklaart ook waarom die Omega-3 vetzuren die nu helemaal in de mode zijn, zo belangrijk voor ons zijn.

Spannende lectuur, waarin Meijer ook zijn eigen dieet-principes prijsgeeft!
Survival of the Fattest: was ‘Man the Hunter’ eigenlijk een strandjutter?
- door Melchior Meijer

Steeds meer vondsten duiden erop dat wij niet op de kurkdroge savanne mens zijn geworden, maar in een kustlandschap en deels zelfs in het water. Ons verstand danken we aan onze speklaag. Dat heeft verregaande consequenties!

Zeebioloog Alister Hardy kreeg in 1929 een dijk van een ingeving toen een bevriende patholoog zich in de kroeg afvroeg waarom mensen, in tegenstelling tot andere apen, veel onderhuids vet hebben. Hardy had genoeg robben en dolfijnen opengesneden om te weten dat een onderhuidse vetlaag kenmerkend is voor zeezoogdieren. Weer nuchter, bedacht de bioloog meer menselijke kenmerken die een verleden als ‘wateraap’ suggereren (zie verderop). Hij veronderstelde dat we ergens in onze geschiedenis plotseling werden geïsoleerd in een waterrijk milieu en dus onder een extreme ‘evolutionaire druk’ kwamen te staan. Het was aanpassen of verzuipen dan wel verhongeren. Het evolutionaire product van die confrontatie tussen aap en zee: Homo sapiens. Hardy hield zijn hypothese ruim dertig jaar voor zich, vermoedend dat hij zijn carrière kon vergeten als hij er ook maar over zou beginnen. De heersende opvatting was immers dat wij afstammen van apen die het oerwoud verruilden voor het open grasland, de savenne. Pas na zijn pensionering en gelauwerd met de hoogste Britse wetenschappelijke onderscheidingen, durfde hij zijn gewaagde ideeën naar buiten te brengen. Zijn intuïtie bleek te hebben geklopt. Na de presentatie van zijn voordracht (Was man more aquatic in the past?) buitelden alle vooraanstaande antropologen over hem heen. Wat een charlatan! Hij zet de wetenschap voor gek! Ontneem deze clown zijn onderscheidingen!

Die ophef trok - we schrijven eind jaren ‘60 - ook de aandacht van BBC-journaliste Elaine Morgan. Morgan werkte Hardy’s hypothese gedurende dertig jaar uit in haar klassiekers ‘The Descent of Women’, ‘The Aquatic Ape’ en ‘Scars of Evolution’. Maar hoewel ze volledig volgens de regelen der kunst argumenteert en een schat aan bewijs aandraagt, weigerde ‘de wetenschap’ haar serieus te nemen. Tot in 2003.

Toen sprak op een deftig congres van de Royal Academy in Londen Prof Dr Phillip Tobias, emeritus hoogleraar paleoantropologie aan de Witwatersrand Universiteit in Pretoria. Tobias geldt als de grondlegger van het idee dat wij mensen zijn geëvolueerd op het open grasland (de savanne) van Afrika en is zijn kringen een soort godheid. Tot ontzetting van de verzamelde antropologen verklaarde hij zijn eigen Savanne Theorie dood. ‘Gezien de overweldigende hoeveelheid fossiele aanwijzingen die pleiten voor een marien verleden is het schandelijk dat de huidige theorie nog steeds als waarheid wordt gedoceerd op onze universiteiten,’ sprak de oude meester. En gaf ook aan daar allerminst verbaasd over te zijn. ‘Op die ‘waarheid’ zijn indrukwekkende carrières gebouwd. De hele paleoantropologische wereld gaat uit van dat model en wie een andere mogelijkheid oppert, wordt zorgvuldig buitengesloten. Plotseling komt een zekere Elaine Morgan, niet eens een ‘echte’ wetenschapster en een feministe bovendien, met een extreem goed onderbouwde hypothese waarin alle puzzelstukjes op hun plaats vallen en die ook nog eens voorspellende kracht bezit. Dat kan niet. Dat mag niet. Het roept een formidabele weerstand op. Toen het niet lukte om haar argumenten te weerleggen, koos de gemeenschap ervoor haar en haar theorie dood te zwijgen. Inmiddels zijn we dertig jaar verder en is de wetenschappelijke bewijslast zo topzwaar, dat negeren ridicuul wordt.’

Waarvan akte. Sinds Tobias’ coming out zit er schot in de zaak. Zo schreef de Canadese antropoloog en vetzuurdeskundige Dr Stephen Cunnane onlangs de bestseller The Survival of The Fattest; The Key to Human Brain Evolution. Daarin legt hij overtuigend uit dat onze grote, slimme hersenen alleen konden ontstaan in een kustlandschap. Tijd dus voor een grondig overzicht. Allereerst de vraag: Wat onderscheidt jou van andere apen?

Je hebt ‘idioot’ grote hersens
‘Onze ‘belachelijk’ grote hersens konden uitsluitend ontstaan in een milieu met plenty omega-3 vetzuren, choline en jodium, ofwel in een kust- of waddenlandschap,’ aldus Stephen Cunnane. Ook professor Tobias ziet geen andere bakermat. Vrijwel alle vroege mensachtigen werden gevonden tussen even oude resten van krabben en zeeschildpadden, in gebieden die miljoenen jaren geleden aan zee lagen.

Je bent relatief ‘vet’
Mensen worden, in tegenstelling tot chimpansees, ‘moddervet’ geboren. In de laatste weken van de zwangerschap bouwt de foetus een dikke speklaag op. Volgens Dr Cunnane maakt dat vet ons mens. ‘Zonder die reserve is het onmogelijk om het enorme, energievretende mensenbrein te kunnen laten groeien,’ zegt hij. ‘De soort mens heeft geinvesteerd in zijn kwetsbare hersenen. Gedurende onze evolutie goldt daarom: hoe vetter het kind, hoe beter zijn kansen.’ Naarmate we ouder worden neemt ons vetpercentage af, maar zelfs de magersten onder ons hebben veel meer onderhuids vet dan andere apen. Elaine Morgan ziet duidelijk mariene verklaringen. ‘Vet isoleert en geeft drijfvermogen.’

Je kunt zwemmen bij de geboorte
Een mensenbaby is volkomen thuis onder water, een chimpanseebaby verdrinkt onmiddellijk. Veel traditionele volkeren bevallen bij voorkeur in het water. Kinderen tuimelen uit de baarmoeder, zwemmen dicht tegen de moeder aan naar de oppervlakte en nemen dan pas hun eerste ademteug. Wetenschappers stelden verbijsterd vast dat zuigelingen in water van een graad of 20 niet onderkoeld raken, ondanks hun relatief grote huidoppervlak. Mensen zijn de enige ‘landzoogdieren’ die bij de geboorte zijn overdekt met een laag wasachtige smurrie: het vernix. Overigens kan een enkele mensenbaby zijn oren afsluiten. En met een zekere regelmaat komt er een ter wereld met vliezen tussen tenen en vingers.

Je loopt op twee benen
De Savanne Theorie dicteert dat we rechtop gingen lopen toen we de bomen verruilden voor het open savannelandschap. Dit om verder te kunnen kijken, sneller te kunnen lopen en overtollige warmte makkelijker kwijt te raken. Morgan en geestverwanten voeren echter aan dat de noodzaak tot waden de sterkst denkbare prikkel is om je op te richten. Onlangs werd op Sumatra een geïsoleerde groep bavianen ontdekt, die deels van de zee leeft. Deze apen lopen tijdens het vissen op twee poten. Omgekeerd is waargenomen dat apen die in een kaal landschap terecht komen, zich juist minder vaak oprichten dan in de jungle. In Scars of evolution stelt Morgan dat wij landrotten voor dit rechtop lopen ook een prijs betalen: rugklachten, hernia’s en spataderen.

Je bent kaal
De mens is de enige ‘naakte’ aap. Waarom beharing in tropisch water (onze wieg stond in Kenia) een nadeel is? Vraag Inge de Bruin waarom ze haar toch al gladde benen scheert. De orthodoxe verklaring luidt dat we onze pels verloren om op de zinderend hete savanne onze lichaamstemperatuur beter te kunnen reguleren. Professor Phillip Tobias: ‘Ook ik heb dat decennia lang geloofd, maar het argument is met één simpele tegenvraag te ontkrachten: waarom hebben alle andere savanne-dieren hun vacht behouden? Het is niet logisch.’

Je beheerst je ademhaling
In het Schotse Inverness leefde tot enkele jaren geleden Hoova, een zeehond die na een opvangperiode niet meer naar zee wilde en spontaan is gaan ‘praten’. Als Hoova op dreef was, klonk hij als een ouwe man die in het IJslands staat te vloeken (luister naar geluidsfragment van de BBC). Hoova en alle andere zeezoogdieren hebben een ingedaald strottehoofd. Dat maakt het mogelijk dat ze ook via de mond kunnen inademen, handig voor wie soms plotseling een flinke teug lucht moet happen. Een ingedaald strottehoofd is ook nodig als je door je mond wilt uitademen en dus om klanken te kunnen uitstoten. Alleen mensen en zeezoogdieren hebben bewuste controle over hun ademhaling. In tegenstelling tot de chimpansee houden wij zelfs onze adem in als we schrikken. Een vitale reflex als je tijdens een zwemtochtje plotseling onder water wordt getrokken.

Je hebt een erg brede voorvoet
Een aap zakt weg in de slik (en vindt nattigheid helemaal niks), wij waden rustig naar Schiermonnikoog (en vinden dat helemaal te gek).

Je hebt relatief zwakke kaken
Het verorberen van vis, schelpdieren en zeegroenten vereist beduidend minder kracht dan de consumptie van een typisch apenmenu.


Dikke kans dat je nu zegt ‘leuk, maar so what!’ Wat kan ik hier mee, hier en nu? Meer dan je wellicht denkt. Onlangs opperde de Groningse klinisch chemicus Dr Frits Muskiet dat de mens het best functioneert in een omgeving die niet te zeer afwijkt van de omgeving waarin hij evolueerde. Steeds meer wetenschappers omarmen die logische gedachte. Hoe boots jij je achtergrond als strandjutter het best na vanuit je flat in Buitenveldert? Volg deze tips op en je komt een heel eind!


Eet een Shore Based Diet
Zelfs de meest rabiate tegenstanders van het idee dat wij strandjutters zijn, geven toe dat onze grote hersenen uitsluitend konden ontstaan in een milieu waar omega-3 vetzuren, vooral DHA, overvloedig aanwezig waren. Zonder kant en klare DHA geen neurologische evolutie. Voorstanders van de Savanne-hypothese beroepen zich op het ‘Man the Hunter’ concept. Primitieve jager-verzamelaars sloegen de schedel van hun prooi of van door roofdieren achtergelaten karkassen kapot en deden zich tegoed aan de DHA-rijke hersenen. Volgens professor Cunnane is het echter onwaarschijnlijk dat onze voorouders zoveel hersenweefsel (en dus DHA) konden bemachtigen om hun hersenen te laten groeien. ‘Het is erg vergezocht, vooral als je bedenkt hoe gemakkelijk zulk kostbaar ‘breinvoer’ in een kustlandschap verzameld kon worden.’ Cunnane rekent voor dat de voeding waarop we evolueerden lang niet zo heftig op vlees leunde als andere evolutiegeneeskundigen suggereren. ‘De mariene oervoeding was beslist niet koolhydraat-arm,’ stelt hij. Jij haalt je dagelijkse portie gezondheid uit de zee natuurlijk gewoon bij de visspecialist.

Ga zwemmen
Je gladde, talg producerende huid. Je flippervoeten. Je voor apen unieke vermogen om je adem in te houden. Je fascinatie voor water. Het kapitaal dat je op tafel legt voor een jacht of een optrekje aan zee. Kom op kerel, heb je nog meer hints nodig om te beseffen dat er onder je Armani-pak een wateraap schuil gaat? Hoewel een paar verre voorouders zo stom waren om de kust te verlaten (en daarvoor moesten betalen met een weer afnemende hersenomvang), is wetenschappelijk bewezen dat we nog steeds afhankelijk zijn van mariene voedingsmiddelen. Onze genetische make up verwacht een minimale hoeveelheid typisch mariene micronutriënten en als we die niet krijgen, functioneren we minder of worden ziek. Ligt het niet voor de hand dat diezelfde genetische make up ook andere aspecten van dat mariene milieu verwacht? ‘Natuurlijk,’ zei Elaine Morgan onlangs op een lezing. ‘De behoefte om het water in te gaan is universeel. Kinderen die vanaf de geboorte mogen zwemmen, ontwikkelen zich sneller dan andere kinderen. Er zijn nauwelijks activiteiten die mensen een groter gevoel van ontspanning en voldoening geven dan door een branding banjeren en zwemmen. Alleen al een douche lokt positieve fysiologische reacties uit.’ Naar het zwembad dus. Koudwatervrees? Neem een voorbeeld aan Edith van Dijk. Die zwemt op een achternamiddag 15 kilometer in het IJsselmeer. Nog een graadje heftiger is de Amerikaanse langeafstandzwemster Lynne Cox. Zij bedwong zonder wetsuit aanlokkelijke wateren als de Beringstraat (van Alaska naar Rusland), de Straat van Maegelhaen (Chili), de Öresund (Denemarken-Zweden), de Straat van Cook (van noordelijk naar zuidelijk Nieuw Zeeland) en natuurlijk Het Kanaal. In haar boek Swimming to Antarctica (jawel, ook daar crawlde ze) zegt ze over haar eerste lange zwemtocht in open water (50 km, op 14-jarige leeftijd): ‘De wereld ging open. De sprankelende kou, de eenzaamheid en het vrijheidsgevoel pakten me totaal. Dit was mijn element. Ik had het gevoel te zijn ontsnapt uit een kooi.’

Ga hardlopen
Zeebioloog Sir Alister Hardy had het destijds over ‘coastal dwellers’. Hij heeft nooit gesuggereerd dat we volledig van en in het water hebben geleefd. Het achterland was wel degelijk interessant, zeker toen onze hersenen groot genoeg waren om jachtwerktuigen te maken. Onze niche daar? Hardlopen. In 2004 stelden fysisch antropoloog Daniel Lieberman en biomechanicus Dennis Bramble in een klassiek geworden verhandeling dat mensen door in groepen te jagen sublieme langeafstandlopers zijn geworden. We zijn niet extreem snel, maar hebben letterlijk de conditie van een paard en kunnen uren achter elkaar rennen. We gaan zo efficient met onze energie om, dat we gemakkelijk in staat zijn een bison uit te putten. Andere apen kunnen voor geen meter lopen. De twee wetenschappers vonden een aantal opmerkelijke aanpassingen in onze spieren, pezen en skelet. Zo beschikken we over een dikke, elastische band tussen de schedelbasis en de onderkant van de nek, die voorkomt dat ons hoofd tijdens het hardlopen bij elke landing naar voren knalt. Die band is uniek voor hardlopende soorten. En we hebben erg lange pezen in onze benen (inclusief de achillespees) die de energie van de landing opvangen en deze als een soort veer omzetten in extra kracht voor de afzet. ‘Kijk naar de honderdduizenden mensen die jaarlijks deelnemen aan prestatielopen,’ zegt Lieberman. ‘Dat is echt geen modegril. Daar zit een diepgewortelde evolutionaire drive achter.’

Blijf levenslang spelen
Dr Stephen Cunnane geeft in Survival of the Fattest een onweerstaanbare dimensie aan ons verleden als ‘wateraap’. Hij maakt aannemelijk dat wij niet evolueerden onder een enorme druk om voedsel te bemachtigen, maar juist als gevolg van de voortdurende aanwezigheid van een tot dan toe ongekend riant buffet. ‘Er is op aarde geen voedselrijker milieu dan een kust- of waddenlandschap,’ zegt hij. ‘Zodra we enigszins geacclimatiseerd waren aan onze nieuwe habitat, hoefden we ons niet langer erg druk te maken over ons eten. Enkele uurtjes per dag waren genoeg om een royaal, voedingsrijk maal bij elkaar te scharrelen. Van doorgaans waterschuwe roofdieren hadden we betrekkelijk weinig meer te duchten. Plotseling beschikten we over zoiets ongekends als ‘vrije tijd’. Het lijkt me uiterst voor de hand liggend dat we gingen spelen. We verfijnden onze zwem- en duiktechniek, gingen experimenteren met onze zich ontwikkelende stem, begonnen werktuigjes te maken... niet omdat het moest, maar omdat we het leuker vonden dan wat in het zand te liggen. Tegelijkertijd kregen onze hersenen de gelegenheid om, in die zee van omega-3 en jodium, te groeien. We waren in alle opzichten te vergelijken met lerende kinderen van nu. We speelden eindeloze spelletjes van trial and error en gaandeweg verwierven we allerlei vaardigheden.’ Volgens Cunnane was die mogelijkheid tot ongedwongen spelen en leren cruciaal voor onze ontwikkelng tot mens. En hij is er van overtuigd dat dit Homo ludens-aspect verregaande consequenties heeft voor ons eigen welbevinden en succes. ‘Als je alleen maar werkt, haal je niet uit je leven wat er in zit, tenzij je een supercreatief of afwisselend beroep uitoefent. Daarom raad ik alle mannen aan om het jochie in ze diep te respecteren en iedere mogelijkheid tot ongedwongen spel aan te grijpen.’ Les: leef je uit. Ga voetballen, squashen, kajakken, skiën, zeilen, pianospelen, dammen, zwemmen natuurlijk, whatever. Spel is de motor van de menselijke evolutie en we zijn nog lang niet uitgeëvolueerd!

Doe niet hysterisch over wat ‘overgewicht’
Tja, deze moeten we natuurlijk wel even goed onderbouwen. Superzwemster Lynne Cox heeft een vetpercentage van 36 procent (‘normaal’ voor een vrouw is 18 tot 25 procent). Dat geeft haar dezelfde soortelijke massa als zeewater, waardoor ze geen energie hoeft te verspillen om haar hoofd boven water te houden; al haar kracht gaat naar de voortstuwing. Is Lynne – die voor de Beringstraat iets meer dan twee uur nodig had – te vet? ‘Are you kidding?’ vraagt Dr Barbara Drinkwater, de inspanningsfysiologe die haar ondermeer tijdens een zwemtocht naar Antarctica bestudeerde. ‘Lynne benadert in fysiologisch opzicht de absolute perfectie. Ze is optimaal aangepast aan een normale habitat van Homo sapiens, zeewater. Lynne is extreem gezond. Ze heeft een lage bloeddruk, uitstekende cholesterolwaarden en een erg efficiënte bloedsuikerhuishouding. Menig ‘gortdroge’ bodybuilder kan jaloers zijn op haar labwaarden.’ De crux zit hem volgens Drinkwater in de verdeling van het vet. Lynne heeft een onderhuidse speklaag, egaal verdeeld over haar lijf. Zulk vet wordt, zowel bij mannen als vrouwen, in verband gebracht met een grote insulinegevoeligheid en dus met een sterk gereduceerd risico op diabetes en hart- en vaatziekten. Drinkwater: ‘Overgewicht wordt pas gevaarlijk wanneer het vet zich concentreert rond de organen in de buik, dus onder de buikspieren.’ Steeds meer artsen en wetenschappers beginnen te morrelen aan het toch wel wat hysterische dogma dat dun per definitie gezonder is dan dik. ‘Ik zie bijvoorbeeld geen verhoging van de bloeddruk bij zware jongeren, toch geen onbeduidende parameter voor gezondheid,’ schrijft de Zweedse arts Björn Hammarskjöld in een discussie in het British Medical Journal.

Koester de missionarishouding
Een enkele uitzondering daargelaten bedrijven mensen de liefde het liefst vis à vis. Alle aansporingen tot sexuele extravagantie ten spijt, wiegt 90 procent van ons ook vanavond weer gezellig op en neer in de missionarishouding. Je kijkt haar namelijk graag aan en zij jou. Schaam je er niet voor. Het is een evolutionaire verworvenheid van alle aan een zeemilieu aangepaste zoogdieren – en daarmee net zo ‘burgerlijk’ als rechtop lopen.


Heel af en toe heeft een oude, door de wol geverfde en alom gerespecteerde wetenschapper de guts om afstand te nemen van een algemeen aanvaard idee dat hij zelf gestalte gaf. Hij staat op en zegt tot ontzetting van het establishment: ‘We zitten er naast, face it, mijn theorie is onhoudbaar.’ Niet zelden markeert zo’n ommezwaai van een eminence grise het begin van een wetenschappelijke aardverschuiving.

Bravo, want je plaatst je ermee buiten de 'wetenschap' en beland in de filosofie! Daar kun je tenministe over praten

Dit artikel afdrukken