We worden ontvangen op de werkkamer van Kees Lever, directeur Plantaardige Agroketens en Voedselkwaliteit van het Ministerie van Economische Zaken. Ika van de Pas is clustermanager van het cluster Voedselkwaliteit is aangeschoven.

Net als ieder ander die wij in deze reeks spraken vragen wij hen hoe zij het huidige debat over de verduurzaming van het voedselsysteem zien. Zelf laten wij ons de term ‘gepolariseerd’ ontvallen, maar dat wordt door hen resoluut van de hand gedaan. Van de Pas: "Dat helpt niet om verder te komen. Er is niet zozeer sprake van polarisatie, want iedereen is het er wel over eens dat er verduurzaamd moet worden en dat de voedselzekerheid gegarandeerd moet worden en dat het veilig moet. De vraag is: wie doet wat, hoe ver ga je daarin, wat is je ambitie en wat is de rolverdeling?" Lever: "Het is ook helder dat we het over een breed vraagstuk hebben, wanneer we over duurzaamheid spreken. Er is steeds grotere consensus dat we op alle duurzaamheidsaspecten van milieu en energie tot mensenrechten, dierenwelzijn en transport vooruit moeten."

'Wispelturige keten'
We vragen hen het heel praktisch te maken. We vertellen over een van onze projecten, dat er op is gericht om de catering voor studenten te verduurzamen en vragen hen wat zij ons zouden adviseren. Wat zouden we de studenten voor moeten schotelen? Lever: "Volgens mij moet je niets gaan voorschrijven. Ik denk dat het helpt als je niet one-size-fits-all in de kantine legt, maar juist duidelijk verschillende dingen naast elkaar legt zodat zij zelf over die dilemma’s gaan nadenken." Van de Pas vult aan: "Je kunt wel een beetje sturen door duurzame alternatieven aan te bieden. De vraag is dan wel: hoe doe je dat? Wat communiceer je er vervolgens over? Ik weet dat er bij veel partijen angst is om betuttelend over te komen, maar uit onderzoek is inmiddels gebleken dat dit wel meevalt. Consumenten vinden dat helemaal niet zo snel storend en hebben er ook niet altijd problemen mee als bepaalde keuzes voor hen worden ingevuld." Lever: "De vraag hoe je het beste kunt communiceren raakt ook aan de discussie over keurmerken. Een vraag die bijvoorbeeld weleens gesteld wordt, is of er niet gewoon één duurzaamheidskeurmerk kan komen? Dat blijkt onmogelijk. Je kunt niet op alle aspecten even sterk scoren. Het gaat erom dat je onder elk van die aspecten een bodem legt en dat je vervolgens die bodem langzaam op gaat tillen.’ Als voorbeeld noemt hij de discussie over ‘de kip van morgen’. ‘Dan wordt er gezegd, dat stelt toch niks voor die paar centimeter extra ruimte. Maar tegelijkertijd is dat wel een beweging om de gehele sector weer een stap in de goede richting te laten zetten." Van de Pas: ‘Waar ik wel moeite mee heb is dat de keten een jaar geleden eigenlijk al verder was. De huidige ambitie ligt lager dan toen het Beter Leven kenmerk werd gelanceerd. Daarin vind ik de keten nog wel wispelturig."

Onze kwaliteit doet het goed in China
Als verklaring voor deze wispelturigheid noemt zij de financiële gevolgen van omschakelingen in de productiewijze voor de keten en het feit dat het merendeel wordt geproduceerd voor de export en dat er afnemers zijn die daar minder op zitten te wachten. Volgens Lever is dat geen reden om stil te blijven zitten. "Ja, het klopt dat de Chinese consument een andere is dan de Nederlandse, maar je ziet nu al dat Chinese consumenten bepaalde kwaliteitsaspecten die aan duurzaamheid zijn verbonden weten te waarderen en liever voor Nederlandse producten kiezen." Hij noemt de grote Chinese vraag naar Nederlandse babymelkpoeder als gevolg van wantrouwen in de eigen producten als voorbeeld. Van de Pas: "De consument ziet voedsel als een holistisch vraagstuk. Zodra de veiligheid in het geding is, zie je dat mensen zich ook vragen gaan stellen bij de duurzaamheid. Mensen gaan zich dan afvragen, waar komt het eigenlijk vandaan, hoe wordt het geproduceerd en welke grondstoffen worden daarvoor gebruikt?"

'Slager moet zijn eigen vlees keuren'
Die vraag hebben veel mensen zich de afgelopen tijd ook gesteld terwijl ze de gehaktbal op hun bord eens goed bekeken. Rund of paard? Het gesprek scheert kort langs de recente fraude met paardenvlees. Lever: "De incidenten zijn primair een zorg van het bedrijfsleven zelf. Die gaan het voelen als de consument het niet meer vertrouwt. Maar ook als overheid hebben wij met de industrie om tafel gezeten naar aanleiding van de incidenten met voedselfraude en voedselveiligheid. Supermarkten zullen er niet meer mee weg komen door te zeggen 'wij weten niet precies wat er met de producten gebeurt voordat ze in de schappen liggen'. Nee, het is hun verantwoordelijkheid. Ze moeten zelf hun kwaliteitssystemen opzetten. De slager moet zijn eigen vlees keuren." Volgens van de Pas moet er nog veel beter gekeken worden in de overdracht van verantwoordelijkheden binnen de keten. "Daarbij moeten we ook horizontaal gaan kijken. Wat gebeurt er in de handel?"

Inzetten op voedselverspilling, ook al ontbreken de cijfers
We vragen Lever en Van de Pas wat we op korte termijn zouden kunnen doen om het voedselsysteem duurzamer te maken. Als voorbeeld van ‘laaghangend fruit’ noemen zij voedselverspilling. Een onderwerp dat enkele maanden geleden op de agenda werd geplaatst toen staatssecretaris Dijksma aankondigde te werken aan een actieplan tegen voedselverspilling. Minder verspillen is per definitie duurzamer. Dus, waarom beginnen we daar niet mee?
Van de Pas: "Wat wij missen zijn verspillingscijfers van bedrijven. Daardoor hebben we geen zicht op welke schakels en bedrijven het meest verspillen. Niet om ze aan de schandpaal te nagelen. Desnoods werken we met anonieme of geaggregeerde gegevens. Maar nu moeten we het doen met schattingen op basis van afvalstromen." Lever: "Er is nog wat koudwatervrees, maar gelukkig zijn er al bedrijven zoals Tesco die deze cijfers publiceren. Ook Ahold heeft al stappen gezet in het reduceren van verspilling. En niet onbelangrijk: zij hebben daarmee ook veel geld bespaard."

We ronden het gesprek af met onze gebruikelijke slotvraag. Wat zouden overheid, consument en bedrijfsleven morgen moeten doen om een bijdrage te leveren aan een duurzamer voedselsysteem. Lever: ‘Voedselverspilling is een voorbeeld waar alle partijen snel mee aan de slag kunnen en moeten.’ Van de Pas: ‘De overheid is zelf ook een inkoper van voedsel en kan daar dus zelf ook werk van maken.’

Samuel Levie en Sebastiaan Aalst van FoodCabinet.org voeren ongeveer eens per twee weken een gesprek dat zij op Foodlog publiceren. We publiceren de interviews afwisselend onder de namen van Sebastiaan en Samuel. In hun gesprekken gaan ze op zoek naar het wat en hoe van de transitie naar een duurzaam voedselsysteem. Door prominente denkers en doeners over en binnen het voedselsysteem aan het woord te laten, hopen ze inzicht te krijgen in de heersende opvattingen, blinde vlekken, kansen en uitdagingen voor het zetten van beslissende stappen naar een duurzamer voedselsysteem.

Het eerste interview in deze serie, met Aalt Dijkhuizen, verscheen op 2 maart 2013, het tweede, met Jan-Douwe van der Ploeg, verscheen op 19 maart 2013, het derde, met Hans Blonk, op 29 maart 2013. Het vierde, met Simone Hertzberger verscheen op 16 april.


Fotocredits: Out of control, uitsnede, m. for matthijs
Dit artikel afdrukken