De pers staat vol ronkende koppen over (on)gezond voedingsnieuws. De kritiek daarop is niet van de lucht. Professor Jaap Seidell haalde gisteren per tweet een oldie boven water waarin staat hoe over voeding en gezondheid geschreven zou moeten worden.
De honger naar nieuws over voeding en gezondheid lijkt onbegrensd. Zowel wetenschappers als journalisten struikelen regelmatig over hun wens om met baanbrekend nieuws te komen over al die functional foods, bio-activa en micronutriënten en hun relatie tot onze gezondheid. De Amerikaanse Purdue University, University of Illinois en University of Missouri. Professionals uit de journalistieke en voedingswetenschappelijke richtingen werkten - begin deze eeuw - samen aan het opstellen van de Guidelines for Communicating the Emerging Science of Dietary Components for Health. Het blijken nuttige richtlijnen, die nog altijd heel actueel zouden moeten zijn.
Een Advisory Committee gaf de voorzet voor de richtlijnen, waarna in twee bijeenkomsten met vertegenwoordigers uit de media, zorgprofessies, wetenschap, voedingsmiddelenindustrie, consumentenorganisaties en de overheid de richtlijnen afgetimmerd werden. Met de tijd zal de communicatie-strategie weer aangepast worden aan nieuwe ontwikkelingen. Het IFIC (nternational Food Information Council Foundation) en IFT (Institute of Food Technologists) publiceerden de Guideline al in 2005.
De richtlijnen zijn bedoeld om een brug te slaan tussen de verschillende communicatoren die ze gebruiken: tussen de journalist en de onderzoeker, of tussen de gezondheidsdeskundige en de ambtenaar. Het zijn een soort checklists. Het doel is een consistentere boodschap richting consument, waarbij de richtlijnen de verbindende factor kunnen zijn in de waarde van de informatie die eenieder bijdraagt, het begrip voor elkaars beperkingen en het respect voor de verschillen in communicatiestijl.
Het zijn in totaal 7 hoofdrichtlijnen:
1. Vergroot het publieke begrip van voedsel, voedingscomponenten en/of voedingssupplementen en hun rol in een gezonde leefstijl.
Gebruik gewone taal over voeding en gezondheid. Vertel consumenten dat voedingscomponenten geen 'magic bullets' zijn met een eigen werking, maar als onderdeel van een gezond dieet en leefstijl bij kunnen dragen aan een goede gezondheid.
2. Maak duidelijk onderscheid tussen wetenschappelijke consensus en nieuwe wetenschappelijke inzichten.
Wetenschappelijk onderzoek is evolutionair, niet revolutionair. Vertel consumenten waar nieuwe bevindingen te plaatsen zijn in het continuüm van onderzoek en binnen het geheel aan wetenschappelijk bewijs.
3. Communiceer evenwichtig en accuraat.
Geef je communicatie zorgvuldig vorm. Leg een gezond skepticisme aan de dag voor mogelijk misleidende fraseringen zoals 'medisch wonder' of 'wetenschappelijke doorbraak'. Moedig aan om tussen regels vol drama het volledige verhaal boven water te halen. Leg uit dat feiten feiten zijn, maar dat experts over de interpretatie ervan van mening kunnen verschillen. Presenteer een volledig overzicht van de resultaten van een onderzoek in plaats van een paar opvallende bevindingen.
4. Plaats nieuwe bevindingen in de context die een individu nodig heeft om beslissingen over zijn voeding te nemen.
Zorg voor zinvolle berichten. Vertaal de nieuwste onderzoeken naar wat de consument op zijn bord legt. Maak heel duidelijk voor wie de nieuwe inzichten van toepassing zijn en welke impact die zouden kunnen hebben op hún eetgewoonten.
5. Maak alle relevante details van een specifiek onderzoek bekend
Benoem de onderzoekskenmerken. Bespreek de onderzoeksopzet (zoals de selectiecriteria voor de proefpersonen en de hoeveelheid van de geconsumeerde voedingscomponenten) zodat het publiek de resultaten en de validiteit daarvan begrijpt
6. Kijk hoe het zit met de peer-review-status.
Een peer-review is een belangrijke indicatie voor de geloofwaardigheid van een onderzoek, maar is het niet de enige indicatie. Of een onderzoek aan een peer-review onderworpen is geweest, hoeft nog geen garantie te zijn voor eenduidige resultaten - het is een stukje in de grotere puzzle waaruit het overall bewijsmateriaal bestaat
7. Beoordeel de objectiviteit van onderzoek.
Kijk bij het beoordelen van de objectiviteit van een onderzoek naar alle feiten - niet alleen de disclosure van de financiers van het onderzoek, maar ook het peer-review proces, de gebruikte methodologie en de conclusies.
Er is in de jaren sinds de publicatie van de richtlijnen veel gebeurd. Social media hebben het communicatielandschap verrijkt en voorzien van nog veel meer mogelijke valkuilen. Des te belangrijker om deze richtlijnen nog eens rustig onder de aandacht te brengen.
Is iedereen het eens met deze richtlijnen?
Fotocredits: titelpagina Guidelines
Dit artikel afdrukken
Een Advisory Committee gaf de voorzet voor de richtlijnen, waarna in twee bijeenkomsten met vertegenwoordigers uit de media, zorgprofessies, wetenschap, voedingsmiddelenindustrie, consumentenorganisaties en de overheid de richtlijnen afgetimmerd werden. Met de tijd zal de communicatie-strategie weer aangepast worden aan nieuwe ontwikkelingen. Het IFIC (nternational Food Information Council Foundation) en IFT (Institute of Food Technologists) publiceerden de Guideline al in 2005.
De richtlijnen zijn bedoeld om een brug te slaan tussen de verschillende communicatoren die ze gebruiken: tussen de journalist en de onderzoeker, of tussen de gezondheidsdeskundige en de ambtenaar. Het zijn een soort checklists. Het doel is een consistentere boodschap richting consument, waarbij de richtlijnen de verbindende factor kunnen zijn in de waarde van de informatie die eenieder bijdraagt, het begrip voor elkaars beperkingen en het respect voor de verschillen in communicatiestijl.
Het zijn in totaal 7 hoofdrichtlijnen:
1. Vergroot het publieke begrip van voedsel, voedingscomponenten en/of voedingssupplementen en hun rol in een gezonde leefstijl.
Gebruik gewone taal over voeding en gezondheid. Vertel consumenten dat voedingscomponenten geen 'magic bullets' zijn met een eigen werking, maar als onderdeel van een gezond dieet en leefstijl bij kunnen dragen aan een goede gezondheid.
2. Maak duidelijk onderscheid tussen wetenschappelijke consensus en nieuwe wetenschappelijke inzichten.
Wetenschappelijk onderzoek is evolutionair, niet revolutionair. Vertel consumenten waar nieuwe bevindingen te plaatsen zijn in het continuüm van onderzoek en binnen het geheel aan wetenschappelijk bewijs.
3. Communiceer evenwichtig en accuraat.
Geef je communicatie zorgvuldig vorm. Leg een gezond skepticisme aan de dag voor mogelijk misleidende fraseringen zoals 'medisch wonder' of 'wetenschappelijke doorbraak'. Moedig aan om tussen regels vol drama het volledige verhaal boven water te halen. Leg uit dat feiten feiten zijn, maar dat experts over de interpretatie ervan van mening kunnen verschillen. Presenteer een volledig overzicht van de resultaten van een onderzoek in plaats van een paar opvallende bevindingen.
4. Plaats nieuwe bevindingen in de context die een individu nodig heeft om beslissingen over zijn voeding te nemen.
Zorg voor zinvolle berichten. Vertaal de nieuwste onderzoeken naar wat de consument op zijn bord legt. Maak heel duidelijk voor wie de nieuwe inzichten van toepassing zijn en welke impact die zouden kunnen hebben op hún eetgewoonten.
5. Maak alle relevante details van een specifiek onderzoek bekend
Benoem de onderzoekskenmerken. Bespreek de onderzoeksopzet (zoals de selectiecriteria voor de proefpersonen en de hoeveelheid van de geconsumeerde voedingscomponenten) zodat het publiek de resultaten en de validiteit daarvan begrijpt
6. Kijk hoe het zit met de peer-review-status.
Een peer-review is een belangrijke indicatie voor de geloofwaardigheid van een onderzoek, maar is het niet de enige indicatie. Of een onderzoek aan een peer-review onderworpen is geweest, hoeft nog geen garantie te zijn voor eenduidige resultaten - het is een stukje in de grotere puzzle waaruit het overall bewijsmateriaal bestaat
7. Beoordeel de objectiviteit van onderzoek.
Kijk bij het beoordelen van de objectiviteit van een onderzoek naar alle feiten - niet alleen de disclosure van de financiers van het onderzoek, maar ook het peer-review proces, de gebruikte methodologie en de conclusies.
Er is in de jaren sinds de publicatie van de richtlijnen veel gebeurd. Social media hebben het communicatielandschap verrijkt en voorzien van nog veel meer mogelijke valkuilen. Des te belangrijker om deze richtlijnen nog eens rustig onder de aandacht te brengen.
Is iedereen het eens met deze richtlijnen?
Fotocredits: titelpagina Guidelines
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Goed stuk, redactie!
Juist op het punt van statistiek wordt er in onderzoek regelmatig (soms bewust) gerommeld. Als schrijver zou je naar dat 'gerommel' moeten zoeken. Ik zie o.a. op twitter dat zelfs wetenschappers (ook gepromoveerde) hiermee de mist in gaan. Het streven is uitstekend, de uitvoering lijkt me helaas zo goed als onmogelijk.
Kun je wat voorbeelden geven, Liesbeth?
De geboden 1, 4 en 5 lijken me vooral voor wetenschappers bestemd.
@Dick, terechte vraag maar die kan ik helaas deels beantwoorden. Was ik met mijn studie epidemiologie maar zover dat ik dit al helemaal uit kon pluizen :-)
Ik ben wel bezig met een voorbeeld voor mijn blog. Dat gaat over het 'suikeronderzoek' van o.a. Jaap Seidell en Martijn Katan. Dat omarmde zo goed als iedereen, hoewel je toch echt wel vragen kunt stellen over het onderzoek. In plaats van intention to treat is er per protocol gerapporteerd. Dat is ongebruikelijk en kan een vergroot contrast van het resultaat geven. De kans dat hier is gebeurd is, is best groot. De uitval is in de 'suikergroep' 29% en in de 'suikervrije groep' 22%. Diegene die stopten hadden een hoger BMI en hun ouders hadden minder opleiding genoten. Door deze weg te laten (en dat doe je als je kiest voor per protocol) krijg je een vertekening van je resultaat. Ik zou daarom daarnaast graag de resultaten zien van 'intention to treat'.
(Voor diegene die nooit onderzoek lezen: intention to treat is deelnemers worden geanalyseerd zoals je vooraf hebt bepaald ongeacht de daadwerkelijke behandeling die ze ontvangen en of ze die wel of niet hebben voltooid, per protocol is deelnemers in je onderzoek meenemen zoals ze daadwerkelijk behandeld zijn en dus niet meeneemt als ze uitvallen)
Dit is een voorbeeld waarin ik me heb verdiept. Het gaat me niet direct om dit voorbeeld (hoewel het prima is als iemand daar op wil reageren, maar dat mag ook privé naar mij als het deze lijn anders verstoort), maar om het feit dat je je om een onderzoek te kunnen beoordelen de diepte in moet. Dat kost veel tijd en die tijd neme de meeste mensen niet. Het zou fantastisch zijn als meer journalisten dat wel zouden doen.