Hoe het precies in elkaar steekt, weet epidemioloog Dick Heederik nog niet. Er zijn sterke vermoedens dat het immuunsysteem zich anders ontwikkelt als het regelmatig in contact komt met micro-organismen van dieren en in rauw, onbewerkt voedsel (rauwe melk). In Nieuwe Oogst zegt hij: 'Het mechanisme is nog niet ontrafeld. Veel factoren die zorgen voor een hogere resistentie hangen samen. Het lijkt niet één 'beestje' dat het doet. Bijzonder is dat kinderen die maar enkele keren, bijvoorbeeld in de vakantie, tijd op een boerderij doorbrengen, al minder kans op astma heben. Eenmaal ouder blijven ze die bescherming houden.'

Heederik, die zich als hoogleraar in Utrecht al jaren bezighoudt met onderzoek naar de beschermingsmechanismen tegen allergieën en ziekten, gelooft dat het samenspel tussen alle micro-organismen in ons lichaam, het microbioom, en ons lichaam zelf de grootste impact heeft. 'Op de boerderij ontwikkelt het bioom zich mogelijk anders dan in een stadse omgeving. De inwendige darmflora moet de goede samenstelling hebben, anders kun je aandoeningen ontwikkelen als astma en allergie, maar mogelijk ook andere ziekten.'

Heederik verwacht dat er de komende jaren meer duidelijk gaat worden over de relatie tussen gezondheid en omgeving. Boeren zijn over het algemeen goed gezond, hun kinderen bouwen meer weerstand op, maar er is door de dagelijkse omgang met wel meer risico van dier-op-mens infecties. Hij besluit daarom met een warme aanbeveling voor boeren en tuinders: 'je planten en dieren gezond houden is ook beter voor de mensen die ze verzorgen en er omheen leven.'

Fotocredits: apparena
Dit artikel afdrukken