De Nederlandse overheid stevent met open ogen op de volgende crisis af. Uiterlijk in 2027 moet Nederland aan de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) voldoen. Hoewel de overheid zich daarvan bewust is, trekt het kabinet onvoldoende consequenties uit dat besef. Maatregelen blijven uit en het waterbeleid is "vrijblijvend geformuleerd, namelijk in termen van 'aandacht geven aan' en 'rekening houden met'. Dat is verre van genoeg, stelt de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur in het donderdag verschenen rapport 'Goed water goed geregeld'.
De kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater in Nederland heet het slechtst van heel Europa. Bovendien voldoet ons land niet aan nationale en internationale voorschriften en dreigt Nederland de normen voor de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) in 2027 niet te halen. Overbemesting, pesticidengebruik door de landbouw en (deels illegale) lozingen door de industrie, maar ook toenemend medicijngebruik en waterverbruik van consumenten liggen daaraan ten grondslag.

De KRW is in 2000 vastgesteld en heeft in Europa dezelfde status als de Vogel- en Habitatrichtlijnen. Dat zijn de Europese regels waar in 2019 de Nederlandse overheid op vastliep met het stikstofbeleid. De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) voorziet een zelfde rampscenario - een milieucrisis die het hele land op slot gooit - voor de KRW-doelen en verwijt minister Mark Harbers een "veel te optimistische boodschap" aan de Tweede Kamer gegeven te hebben.

Harbers schreef op 11 april in een Kamerbrief: "Als alle afgesproken maatregelen tijdig worden uitgevoerd, als de transitie in het landelijk gebied en de overige aanvullende maatregelen tijdig gerealiseerd worden, en als we in staat zijn afwijkingen te motiveren binnen de ruimte die de KRW biedt, kan Nederland naar verwachting in 2027 aan de KRW voldoen."

Dat is vier keer 'als'. `De Rli heeft er geen goed woord voor over. "Wij concluderen dat met het huidige Nederlandse beleid de KRW-doelen in 2027 redelijkerwijs niet meer kunnen worden gehaald. Wij signaleren bovendien dat de uitvoering van dat beleid zodanig wordt belemmerd, dat de doelen ook na 2027 waarschijnlijk niet realiseerbaar zijn zonder aangescherpte beleidsaanpak."

Volgens de Rli is de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater zo slecht doordat de overheid nalatig is geweest. Brussel heeft geen enkel begrip voor laks gedrag. De Rli wijst op het gebrekkig toezicht op lozingsvergunningen in ons land, en het feit dat veel vervuilende bedrijven over permanente vergunningen beschikken die ook bij overtredingen niet zomaar ingetrokken kunnen worden. Ook heeft de overheid weinig tot geen zicht op wateronttrekkingen door de landbouw. Boeren hoeven alleen te melden als ze water oppompen, maar of ze dat ook doen wordt nauwelijks gecontroleerd. De Volkskrant kopt dan ook: "Na stikstof lijkt het kabinet nu nat te gaan op watervervuiling".

In een eerste reactie zegt minister Harbers dat hij 'alles op alles' gaat zetten om de Europese eisen over waterkwaliteit toch te halen, aldus Nieuwe Oogst. Harbers erkent de "urgentie om hard aan de slag te gaan". Zo gaat hij iedere twee maanden de voortgang monitoren met alle waterbestuurders en "waar mogelijk de KRW doelen beter verankeren in de regelgeving."