Onder luid applaus van buurtbewoners, familieleden, professionele betrokkenen en (agrarische) pers, zet de combine zijn tanden in de laatste kwart hectare lupineplanten. Het stralende nazomerweer geeft het gezelschap tussen de goudgele overgebleven resten plant en geblokte tafelkleedjes een Franse gloed. Het gros van de lupinen is vorige week al in alle rust geoogst, zonder pottenkijkers. Deze middag verdwijnen in razend tempo de planten van zo’n 70 cm hoog in de machine, waar een kwartiertje later een keurige bak witte erwten van zo’n 1800 kilo van overblijft. De stelen blijven in hoopjes achter. “Die drogen op de akker en worden later aan de varkens gevoerd”, licht prof. Rob van Haren van Kiemkracht toe. “Daar zitten nog verrassend veel bruikbare stoffen in.”

Varkens hebben eiwitten, energie, mineralen en micronutriënten nodig om te kunnen groeien. Het voer bestaat voor ongeveer 70% uit restproducten van de voedingsindustrie, zoals bierbostel, wei of gestoomde aardappelschillen. Daarnaast eten ze tarwe, gerst en mais, geewassen die de noodzakelijke energie maar nauwelijks eiwitten leveren. Die komen tegenwoordig voor een groot deel uit soja. Tot op heden was daarvoor geen serieuze vervanger die ook in Nederland geteeld kan worden, omdat we na de Tweede Wereldoorlog internationale afspraken maakten dat sojateelt niet in West-Europa plaats zou vinden. Lupine lijkt de eerste serieuze kanshebber om de concurrentie met dit eiwitrijke gewas wél aan te gaan, zowel voor menselijke consumptie als voor veevoer.

Daarmee maken we ons minder afhankelijk van soja-importen van buiten de EU, nu zo’n 10 miljoen ton per jaar. Van Haren: “Lupine verbetert ook nog eens de bodemvruchtbaarheid, het is een vlinderbloemige plant die stikstof bindt. In het geval van het lupinevarken gaat de lupine ook nog eens via de mest terug naar de akkers, waarmee je op regionaal niveau kringlopen sluit. Je bespaart er dus ook nog eens CO2 en foodmiles mee.” Van Haren ziet een mooie toekomst voor de Veenkoloniën in Noord-Drenthe en Groningen. “De grond hier én de schrale zandgronden in Brabant lenen zich prima voor dit gewas. In potentie kunnen we in Nederland zo’n 50.000 hectare lupinen telen, genoeg voor een kwart van onze sojaconsumptie. Van 1 hectare lupine, kun je 60 varkens voeren.”

Lupinevarken
Voor Annechien ten Have, het stralende middelpunt van dit oogstfeest, is het ‘lupinevarken’ in eerste instantie een manier om weg te komen van bulk, en een onderscheidend product in de markt te gaan zetten. “Dit lupinevarken past gewoon heel erg goed bij ons bedrijf”, meent zij. “Wij telen immers al maïs en tarwe om onze varkens mee te voeren. Ik vind het heel leuk om nu ook de benodigde eiwitten zelf te telen. Ik was al langere tijd op zoek naar iets nieuws, iets onderscheidends, waar ik mee verder zou kunnen. Het is een kans om uit de anonimiteit te komen.“

De voorvrouw van LTO varkenshouderij steekt met dit experiment behoorlijk haar nek uit. Brengt het telen van lupinen niet enorme risico’s met zich mee? “De risico’s van teelt zijn beperkt”, zegt Ten Have. “De eerste teelt is ook voorspoedig verlopen, al moet de opbrengst per hectare nog flink omhoog. Het voer is echter nog maar de eerste fase van het lupinevarken. In de volgende fase, bij de bouw van de dartelstal die nodig is om het lupinevarken aan 2 dierenwelzijnssterren te laten krijgen, nemen we veel meer risico. Door een goede verdeling van de marges willen we zorgen dat elke ketenpartner er voldoende aan overhoudt om duurzaam te kunnen innoveren. Daarnaast willen we een coöperatie oprichten. Er moet bovendien nog veel kennis worden opgedaan over hoe we lupineteelt kunnen optimaliseren.”

Dat klinkt allemaal geweldig. Een varken dat deel uitmaakt van de landbouwkringloop, dat een goed leven heeft en waaraan iedereen in de keten ook nog eens een goede prijs overhoudt. Maar smaakt het ook lekkerder? “Vorig jaar is ons vlees al uitgeprobeerd op de parlementaire barbecue”, zegt Rob van Haren. “Slagers vinden het echt lekkerder. Het is minder droog en eenvoudig te bereiden. Via een speciaal proces kun je het lekker sappig houden.” Volgens de hoogleraar is het vlees ook nog eens gezonder, omdat vanwege de gunstige darmwerking van lupinen de varkens minder antibiotica nodig hebben.

Een successtory dus op voorhand, dat lupinevarken? “Nou”, relativeert de Groningse Ten Have nuchter, “Met deze 8,5 hectare lupinen kunnen we nu 600 varkens voeren. Het duurt dus nog even voordat we heel Nederland kunnen voorzien.”

RTV Noord maakte een filmpje van het Lupine Oogstfeest.

Fotocredits: Dorine Ruter: Annechien Ten Have Mellema bij de bak lupine-erwten. Meer foto's hier
Dit artikel afdrukken