Begin 2015 verbood de Autoriteit Consument & Markt de Kip en het Varken van Morgen die door de samenwerkende supermarkten waren bedacht om de plofkip uit hun winkels te verjagen. Het mocht niet van de mededingingsautoriteit omdat het de keuzevrijheid van consumenten zou beperken. De overheid is nu aan zet, schreef Geert Laughs van Compassion in World Farming destijds. Die heeft inmiddels de bakens verzet. Nu kan ook de Autoriteit van mening veranderen.
Boeren, de voedselverwerkende industrie en de detailhandel moeten juist meer onderlinge prijsafspraken maken als die in het algemeen belang zijn en boeren in staat stellen meer te verdienen om meer voor milieu, mens en dier te kunnen doen.
Dat zei bestuursvoorzitter Martijn Snoep van de Autoriteit Consument & Markt woensdag jongstleden in Den Haag tijdens een door Natuurmonumenten, de Vogelbescherming en de Dierenbescherming georganiseerd symposium.
Boeren mogen nu nog geen prijzen afspreken waaronder ze niet verkopen. Met een ecologisch of ethisch doel mag dat wel en moeten ze dat ook vooral doen. De kartelautoriteit moedigt hen aan om te doen wat ze nog niet zo lang geleden zou hebben verboden.
Dat lijkt een mooie en eenvoudige ommezwaai. De vraag is echter waar die ethiek en ecologie kunnen worden onderscheiden van eigenbelang om de prijzen iets hoger te houden en welke ingewikkelde juridisch discussies daar weer uit zullen volgen. Het verbod op de Kip en het Varkens van morgen uit 2015 door de ACM heeft boeren, bedrijven en milieugroepen sceptisch gemaakt over de ruimte voor brede ketenafspraken. "We hebben daarvan geleerd", zegt Snoep in het FD.
Toch blijft de onzekerheid.
Ketenaanpak
In Nieuwe Oogst bepleitte directeur Constantijn Ninck Blok van Albert Heijn de ketenaanpak. Daarin hoeven boeren geen blok te vormen tegenover hun afnemers, maar werken ze met hen samen om een onderscheidend eindproduct te maken waarvoor ze extra beloond worden. AH-boeren tonen zich daar al jaren dik tevreden over.
Omdat boer, verwerker en detaillist van elkaar afhankelijk zijn om hun gezamenlijke product overeind te houden, zullen ze elkaar in evenwicht hun deel van de marge gunnen. Die wederzijdse afhankelijkheid kan zich uitstrekken tot de toeleveranciers van de boer. Zij leveren zaad, gewasbescherming, voer en meststoffen. Gezamenlijk kunnen ze extra waarde en efficiencies realiseren die ze binnen de keten naar rato van hun inspanningen en mate van afhankelijkheid transparant kunnen herverdelen. Dergelijke verhoudingen vermijden het juridische grijze gebied waar de EC en de ACM nu ruimte voor geven. Ze beteugelen het risico van over de rug van consumenten verdiende luie marges zonder ethische of ecologische meerwaarde en nieuwe ontwikkelingen. En ze motiveren de partners om steeds nieuwe stappen te zetten en verder te komen op het pad van verduurzaming.
De ketenaanpak lijkt nog een blinde vlek voor de autoriteit. Met name in Frankrijk heeft die aanpak niettemin tot spectaculaire resultaten geleid: Lidl betaalt boeren bijvoorbeeld maar liefst 25% meer voor melk dan hun coöperatie. Onderwijl wil de Franse overheid de wet Egalim maatregelen doordrukken die de boer betere prijzen moeten opleveren zonder hem te motiveren tot extra stappen en de doorontwikkeling daarvan. Ketenverhoudingen gericht op doorontwikkeling van duurzaamheid worden er juist door stilgezet.
Ster-kip versus ECC
De ironie wil dat de gehele supermarktbranche in Nederland inmiddels heeft aangekondigd minimaal 1-ster kip te gaan voeren. Toen dat gebeurde, aarzelden de kippenboeren omdat ze liever voor de lagere standaard van het European Chicken Commitment gaan; boerenstandsorganisaties adviseerden hun leden zachtjes niet voor ster-kip te gaan, maar uit te kijken naar de ECC.
Met het nieuwe onderscheid tussen terechte en onterechte kartels zal de ACM moeten leren beoordelen of bijvoorbeeld zo'n ECC groen en diervriendelijk genoeg is om een kartel te mogen vormen. Om de twijfels aan de eenduidigheid waarmee de autoriteit dat kan niet omfloerst te formuleren: zoals de ster-kip laat zien, zou de kip er met een ECC-kartel bekaaid afkomen. De boer komt vermoedelijk stukken beter weg. Het was echter de bedoeling om beiden er beter van af te laten komen én de consument waar voor haar geld te geven. Consumeren moet immers duurzaam investeren worden en niet ergens onderaan de ladder van een-beetje-beter-doen blijven hangen wegens gebrek aan motivatie om het steeds opnieuw veel beter te doen.
Dit artikel afdrukken
Dat zei bestuursvoorzitter Martijn Snoep van de Autoriteit Consument & Markt woensdag jongstleden in Den Haag tijdens een door Natuurmonumenten, de Vogelbescherming en de Dierenbescherming georganiseerd symposium.
Hoe onderscheid je goede ethische en ecologische motieven van eigenbelang om de prijzen iets hoger te houden?Hoewel Snoep moet toezien op het tegengaan van kartelvorming, zei hij dat voor prijsverhogende afspraken van ketenpartijen met een goed doel "heel veel mogelijk" is en dat er "onvoldoende" gebruik van wordt gemaakt. Hij verwees naar de Europese Commissie die sinds kort milieuvriendelijke uitzonderingen op het kartelverbod mogelijk maakt. Dat schrijft het Financieele Dagblad.
Boeren mogen nu nog geen prijzen afspreken waaronder ze niet verkopen. Met een ecologisch of ethisch doel mag dat wel en moeten ze dat ook vooral doen. De kartelautoriteit moedigt hen aan om te doen wat ze nog niet zo lang geleden zou hebben verboden.
Dat lijkt een mooie en eenvoudige ommezwaai. De vraag is echter waar die ethiek en ecologie kunnen worden onderscheiden van eigenbelang om de prijzen iets hoger te houden en welke ingewikkelde juridisch discussies daar weer uit zullen volgen. Het verbod op de Kip en het Varkens van morgen uit 2015 door de ACM heeft boeren, bedrijven en milieugroepen sceptisch gemaakt over de ruimte voor brede ketenafspraken. "We hebben daarvan geleerd", zegt Snoep in het FD.
Toch blijft de onzekerheid.
Ketenaanpak
In Nieuwe Oogst bepleitte directeur Constantijn Ninck Blok van Albert Heijn de ketenaanpak. Daarin hoeven boeren geen blok te vormen tegenover hun afnemers, maar werken ze met hen samen om een onderscheidend eindproduct te maken waarvoor ze extra beloond worden. AH-boeren tonen zich daar al jaren dik tevreden over.
Omdat boer, verwerker en detaillist van elkaar afhankelijk zijn om hun gezamenlijke product overeind te houden, zullen ze elkaar in evenwicht hun deel van de marge gunnen. Die wederzijdse afhankelijkheid kan zich uitstrekken tot de toeleveranciers van de boer. Zij leveren zaad, gewasbescherming, voer en meststoffen. Gezamenlijk kunnen ze extra waarde en efficiencies realiseren die ze binnen de keten naar rato van hun inspanningen en mate van afhankelijkheid transparant kunnen herverdelen. Dergelijke verhoudingen vermijden het juridische grijze gebied waar de EC en de ACM nu ruimte voor geven. Ze beteugelen het risico van over de rug van consumenten verdiende luie marges zonder ethische of ecologische meerwaarde en nieuwe ontwikkelingen. En ze motiveren de partners om steeds nieuwe stappen te zetten en verder te komen op het pad van verduurzaming.
Om het niet omfloerst te zeggen: de ster-kip laat zien dat de kip er met een ECC-kartel bekaaid zou afkomen. De boer komt vermoedelijk stukken beter weg. Het was echter de bedoeling om beiden er beter van af te laten komen én de consument waar voor haar geld te gevenFrankrijk: Lidl versus Egalim
De ketenaanpak lijkt nog een blinde vlek voor de autoriteit. Met name in Frankrijk heeft die aanpak niettemin tot spectaculaire resultaten geleid: Lidl betaalt boeren bijvoorbeeld maar liefst 25% meer voor melk dan hun coöperatie. Onderwijl wil de Franse overheid de wet Egalim maatregelen doordrukken die de boer betere prijzen moeten opleveren zonder hem te motiveren tot extra stappen en de doorontwikkeling daarvan. Ketenverhoudingen gericht op doorontwikkeling van duurzaamheid worden er juist door stilgezet.
Ster-kip versus ECC
De ironie wil dat de gehele supermarktbranche in Nederland inmiddels heeft aangekondigd minimaal 1-ster kip te gaan voeren. Toen dat gebeurde, aarzelden de kippenboeren omdat ze liever voor de lagere standaard van het European Chicken Commitment gaan; boerenstandsorganisaties adviseerden hun leden zachtjes niet voor ster-kip te gaan, maar uit te kijken naar de ECC.
Met het nieuwe onderscheid tussen terechte en onterechte kartels zal de ACM moeten leren beoordelen of bijvoorbeeld zo'n ECC groen en diervriendelijk genoeg is om een kartel te mogen vormen. Om de twijfels aan de eenduidigheid waarmee de autoriteit dat kan niet omfloerst te formuleren: zoals de ster-kip laat zien, zou de kip er met een ECC-kartel bekaaid afkomen. De boer komt vermoedelijk stukken beter weg. Het was echter de bedoeling om beiden er beter van af te laten komen én de consument waar voor haar geld te geven. Consumeren moet immers duurzaam investeren worden en niet ergens onderaan de ladder van een-beetje-beter-doen blijven hangen wegens gebrek aan motivatie om het steeds opnieuw veel beter te doen.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
De wet Egalim is mij niet helemaal duidelijk. Ik begrijp dat de keten onderling niet mag onderhandelen over de vergoeding aan de boer, die moet op kostprijs gebaseerd zijn. Maar als de ene groep boeren een kostprijs melk van 45 cent heeft en de andere van 42, waarom zou een supermarkt die van 45 cent dan nog willen hebben? En wat als een Belgische groep boeren een kostprijs van 38 cent heeft? Ik zie vermoedelijk wat over het hoofd. Dick Veerman ellen-maureen colpa : can you help me out?
Voor zover ik weet mag de supermarkt dat gewoon doen (de vraag is of ze daar voldoende producenten voor kan vinden). De wet egalim garandeert dat de supermarkt de melk niet lager in de schappen mag leggen dan die 42 of 45 cent (+10%) dan waarvoor de melk is ingekocht. Prijsstunten onder de inkoopprijs mag niet.
Wanneer een supermarkt bijvoorbeeld extreem goedkoop varkensvlees inkoopt uit het buitenland en dit lager verkoopt dan waarvoor Franse boeren kunnen produceren dan wordt dit door de Franse landbouw vakbonden of boeren direct in de sociale media kenbaar gemaakt. Negatieve publiciteit waarvan supermarkten niet zijn gecharmeerd.
Ellen, zeer dank.
Interessant punt dat de boerenorganisaties inzetten op naming en shaming bij (extra) invoer uit het buitenland.
Wij hebben eerder nagedacht over verplicht duurzaam inkopen / bijmengen door de voedselindustrie (waar nu een studie naar loopt bij WEcR). Een zwak punt daarin als je dat als land alleen doet (en niet op EU niveau) is dat supermarkten meer zouden kunnen gaan importeren. En vermoedelijk kun je die binnen de EU niet voorschrijven dat ze de aankopen uit NL op niveau moeten houden.
Maar een landbouwakkoord over dat promoten van duurzame verkopen en zo'n naming en shaming aanpak zou dus kunnen helpen - zei het dat de Franse consument wel wat chauvinistischer is dan de Nederlandse.
Krijn #1, Ellen-Maureen zegt het wat mij betreft helemaal correct. In het verleden hebben we het nodige geschreven over de Loi Etats Généraux de l'ALIMentation, kortom EGALIM (een woord dat niet staat voor zoiets als gelijkheid, al zullen vele Nederlanders die nog wat gevoel voor Latijn hebben dat denken).
Het linkje onder 'geschreven' bevat een flink aantal stukjes en discussies.
Luister vooral even naar een van de landbouwministers onder Macron I, Stéphane Travert, die in deze video uitlegt wat de Loi EGALIM betekent: de keuze voor een nadrukkelijk Frans voedselsysteem.
In Nederland gaan stemmen op voor iets soortgelijks. In Duitsland ook. Alleen is onze productie gericht op export en de hunne wat minder ... Ik begrijp dat zelfs de boerenbazen van LTO (die graag blijven exporteren) voor een Nederlandse wet EGALIM pleiten en kan dan echt mijn lachen niet houden.
Het betekent nog meer. Ik kom er zo direct op terug. Ga nu eerst aan tafel (al zo'n 40 jaar op Parijse tijd).
Krijn, het 'meer' dat ik eerder vanavond beloofde. Sinds november 2022 is de Franse detailhandel in rep en roer over een wetsvoorstel van Frédéric Descrozaille (Renaissance, de nieuwe naam van de partij van Emm. Macron). Het werd op 19 januari aangenomen door de Assemblée (de Franse Tweede Kamer) en werd 15 februari jl. door de Senaat (de Eerste Kamer) aangenomen.
Het bevat 4 artikelen, waarvan het derde heikel is voor de detailhandel. In het kort komt het erop neer dat een retailer voor 1 maart met zijn leverancier (een levensmiddelenfabrikant) zijn prijsafspraken rond moet hebben. Lukt dat niet, dan mag de eerste zijn prijzen stellen.
Hoe dat in de praktijk gaat legde inkoopbaas Michel Biero van Lidl uit op TV. Die staat er overigens om bekend dat hij zijn leveranciers niet uitknijpt; heel anders dan M. Michel-Edouard LeClerc die eveneens luidt protesteerde, zowel via LinkedIn als in de grote media). Volgens Biero maakt artikel 3 een eind aan de kunst van het onderhandelen en creatief zijn. Als een fabrikant in december 30% prijsverhoging vraagt, hebben de retailers tot eind februari de tijd om te onderhandelen. Maar als ze er niet uit zijn dan zullen die 30% moeten betalen als ze het product op de schappen willen houden. De regel is zo simpel dat verwerker en retailer niet meer kunnen onderhandelen omdat de verwerker bij voorbaar wint. Het systeem zorgt op korte termijn voor extra hoge inflatie en op langere voor een destabilisatie van jarenlange relaties.
De politiek is duidelijk voor deze aanpak die naast de relatie boer > retail nu ook de relatie verwerker > retail wil reguleren.
Wat we hier vooral zien is een staat die denkt dat supermarkten de macht hebben en dat die hard gebroken moet worden.
Eea terwijl supermarkten, net als bijv. Unilever dat deed onder Polman, hun eigen supply chain rond formules aan het organiseren zijn. Lidl in Frankrijk is daar een lichtend voorbeeld van. In ons land steekt AH een eind boven het maaiveld uit (zie de link naar Ninck Blok in de hoofdtekst).
De Loi Egalim is nog best te combineren met de ketenaanpak (al gaat de wet uit van een oude transactionele ipv de nieuwe collaboratieve aanpak die voorlijke supers én fabrikanten volgen). De Loi Descrozaille die ermee samenhangt is dat niet.
NB: morgenmiddag opent om 17:00 een gesprek met retailprofessor Laurens Sloot over de macht en van supermarkten en het winstbeluste 'graaien'. Spoiler: net als Biero betoogt hij dat de supermarkten het afgelopen jaar uiterst kwetsbaar waren voor hun leveranciers. Maar het is natuurlijk waar dat in markten met een ruim aanbod supers wel degelijk macht hebben.
Niettemin moet ook dit geconstateerd worden: full service super AH was al hoog en breed met de ketenaanpak begonnen voor de inflatie, idem discounter Lidl France (die al vanaf 2015 ketens bouwt).
Willen overheden dat kapot maken?
Ik vind het doodzonde en denk dat het bestens tot kippetjes als de ECC leidt, waarna bovendien verder alle innovatie stopt. Maar ik realiseer me: dit is de trend vanuit de politiek. Hij waait in Parijs, hij waait in Brussel, in Berlijn en in Den Haag.