Vanavond spreekt hij in de Rode Hoed in Amsterdam. Gary Taubes is een wetenschapsjournalist die zich ging verdiepen in de redenen waarom we zulke dikke buiken dik krijgen. Hij bestudeerde de beschikbare literatuur en kwam tot de conclusie dat 'carbs' - koolhydraten - slecht zijn en vet helemaal geen probleem is, zelfs verzadigd niet. Inmiddels is er kritiek op zijn kruistocht tegen dat Ene Kwaad. Het is te eenvoudig om het zo te bekijken, zeggen zijn wetenschappelijke critici. Zijn boek Good Calories, Bad Calories bevat bovendien fouten, zo stelden ze vast.
Medisch publicist Melchior Meijer schreef in 2008 een helder artikel voor het AD over Taubes. Foodlog mocht het destijds ook opnemen. Vandaag is er een goede gelegenheid om het weer even uit de mottenballen te halen.
Het artikel begon als volgt:
Op basis van Gary Taubes' "Good Calories, Bad Calories", schreef Melchior Meijer in de jongste Weekendbijlage van het Algemeen Dagblad:
Zin en onzin over afvallen
Niet waar: Wie veel beweegt, valt automatisch af.
Niet waar: Dikke mensen eten te veel en bewegen te weinig.
Niet waar: Mensen worden dik omdat ze te weinig bewegen (ze zijn lui).
Niet waar: Wie minder eet, verliest automatisch vetweefsel.
Niet waar: Vetarm eten leidt tot gewichtsverlies en een gezond cholesterolprofiel.
Waar: Wie veel beweegt, krijgt honger en behoudt ongeveer hetzelfde gewicht.
Waar: Te veel eten en te weinig bewegen (lethargie) zijn gevolgen van dezelfde afwijking die overgewicht veroorzaakt
Waar: Dikke mensen maken zonder uitzondering te veel insuline, in reactie op geraffineerde koolhydraten.
Waar: Te veel insuline sluist alle energie naar de vetreserves en houdt het daar.
Waar: Iemand die erg dik is, kan zijn vetreserves niet aanspreken. Hij is dik, maar zijn organen verhongeren.
Waar: Iemand die erg dik is, valt af als hij zorgt dat zijn lichaam minder insuline maakt.
Waar: Iemand die erg dik is, krijgt direct meer energie als hij zorgt dat zijn lichaam minder insuline maakt. Het vet verlaat de vetcellen om te worden verbrand.
Waar: Vetarm eten stimuleert gewichtstoename en leidt tot een ongezond cholesterolprofiel.
Tip: Heb je overgewicht, zorg dan dat je lichaam minder insuline aanmaakt, door minder suiker en geraffineerde koolhydraten te eten. Je krijgt dan vanzelf zin om te gaan bewegen en zult profiteren van de talloze gezondheidseffecten die bewegen biedt.
Hieronder vind je het volledige artikel.
Fotocredits: Mike Baird
Dit artikel afdrukken
Op basis van Gary Taubes' "Good Calories, Bad Calories", schreef Melchior Meijer in de jongste Weekendbijlage van het Algemeen Dagblad:
Zin en onzin over afvallen
Niet waar: Wie veel beweegt, valt automatisch af.
Niet waar: Dikke mensen eten te veel en bewegen te weinig.
Niet waar: Mensen worden dik omdat ze te weinig bewegen (ze zijn lui).
Niet waar: Wie minder eet, verliest automatisch vetweefsel.
Niet waar: Vetarm eten leidt tot gewichtsverlies en een gezond cholesterolprofiel.
Waar: Wie veel beweegt, krijgt honger en behoudt ongeveer hetzelfde gewicht.
Waar: Te veel eten en te weinig bewegen (lethargie) zijn gevolgen van dezelfde afwijking die overgewicht veroorzaakt
Waar: Dikke mensen maken zonder uitzondering te veel insuline, in reactie op geraffineerde koolhydraten.
Waar: Te veel insuline sluist alle energie naar de vetreserves en houdt het daar.
Waar: Iemand die erg dik is, kan zijn vetreserves niet aanspreken. Hij is dik, maar zijn organen verhongeren.
Waar: Iemand die erg dik is, valt af als hij zorgt dat zijn lichaam minder insuline maakt.
Waar: Iemand die erg dik is, krijgt direct meer energie als hij zorgt dat zijn lichaam minder insuline maakt. Het vet verlaat de vetcellen om te worden verbrand.
Waar: Vetarm eten stimuleert gewichtstoename en leidt tot een ongezond cholesterolprofiel.
Tip: Heb je overgewicht, zorg dan dat je lichaam minder insuline aanmaakt, door minder suiker en geraffineerde koolhydraten te eten. Je krijgt dan vanzelf zin om te gaan bewegen en zult profiteren van de talloze gezondheidseffecten die bewegen biedt.
Hieronder vind je het volledige artikel.
Fotocredits: Mike Baird
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
meer van zulke zin en onzin-tips, graag!
Op dit moment woeden nog precies dezelfde discussies als die die ik volgde in 1981 (zijn het koolhydraten of vet die obesitas veroorzaken; is het een probleem van energiebalans ?). In feite liepen die discussies ook al in de 19e eeuw (Claude Bernard). Dat betekent in feite dat in de tussentijd de juiste experimenten niet gedaan zijn om die fundamentele vragen éénduidig te beantwoorden. En misschien zijn die ook wel niet uitvoerbaar. In ieder geval betekent het dat veel huidig onderzoek (observationeel en experimenteel) zodanig veel beperkingen heeft dat definitieve conclusies niet te trekken zijn. Het is net als het Higgs deeltje in de natuurkunde. Het blijft speculeren tot er een cyclotron van meer dan 10 miljard is gemaakt en er jaren van experimenten zijn gedaan. En wellicht krijgen we dan het antwoord nog niet.
In feite draait Taubes ons causale denken om: "Obesity is a disorder of excess fat accumulation (Not energy balance, not over-eating, not sedentary behavior)
Overeating and inactivity are compensatory effects; they are not causes
We don’t get fat because we overeat, we overeat because our fat tissue is accumulating excess fat".
Dat is een nuttige gedachte om te onderzoeken. Alléén: hoe komt het dan dat we vetweefsel accumuleren ? Het antwoord van Taubes is dat vetweefsel uitzichzelf groeit (net als een tumor) en daardoor vraagt om energie waardoor mensen gaan overeten. Het is lastig om daarvoor een bewijs te vinden in de biomedische literatuur. Toch passen veel van zijn gedachten wel bij veel onderzoeksresultaten.
Ik denk eigenlijk zelf dat hier sprake is van cirkels (zoals zovaak in de biologie). Er is een aangeboren neiging om te overeten als het kan (als nuttig overlevingsmechanisme). In omgevingen waar dat chronisch kan zal de vetmassa toenemen (zie ook bij huisdieren en in dierentuinen). Wanneer die accumulatie van vetmassa eenmaal tot stand is gekomen gaat dat gepaard met allerlei hormonale aanpassingen (hyperinsulinemie en veel leptine) waardoor het behoud van die vetmassa zoveel mogelijk wordt gegarandeerd (ook een nuttig overlevingsmechanisme). Dit is één van de redenen waarom laag koolhydraat voedingen in die omstandigheden op korte termijn zo goed werken bij afvallen (de hoeveelheid insuline neemt af en daarmee één van de verdedigingslinies).
Dat mensen niet zouden afvallen bij calorierestrictie (en niet zouden aankomen bij overeten) is iets wat veel mensen die tijdens de feestdagen aankomen en daarna weer afvallen als ze een spaarzamer voeding gebruiken moeilijk zullen kunnen accepteren. Ik ken er ook geen bewijs van.
Taubes stelt de vraag: is obesitas een probleem van energiebalans of een resultaat van hormonale verstoringen ? Zijn antwoord: het laatste.
Mijn conclusie: het is beide.
Een voorbeeld dus van een 'er is maar 1 vijand'-denken. De boodschap die blijft hangen werkt ('minder de - snelle - carbs'), maar de onderbouwing is vanuit een theoretisch vijandbeeld en - heel Amerikaans - op communicatief effect opgebouwd, zegt Jaap met zoveel woorden (en ik chargeer natuurlijk).
Jaap, ik meen me te herinneren dat Taubes en jij elkaar gisteren spraken. Hebben jullie een gezamenlijk beeld kunnen opbouwen van de meer-dimensionale oorzaken van obesitas of volhardt Taubes in zijn 1-dimensionale standpunt?
Melchior Meijer, ooit vastgeprikt in argumenten, zei in een van de vele draden hier ooit iets in de trant van 'ok, ok, maar die carbs (en de omega-6 overvloed) zijn wel de olifanten in de porseleinkast van ons oude lijf in deze moderne eetjungle'. Hoe onjuist zou dat zijn?
Taubes houdt vast aan zijn interpretatie tot het tegendeel is bewezen. Hij hanteert het scheermes van Ockham. Waarom iets gecompliceerder maken dan wellicht nodig ?.
Het verhaal over de 'carbs' is al even ingewikkeld. Waar zitten die carbs in ? Het maakt fysiologisch nogal verschil of je het hebt over glucose siroop of dezezelfde hoeveelheid carb verpakt in een waterrijke en vezelrijke zoete groente (zie de gezonde honderdjarigen uit Okinawa). Dat snelle goed beschikbare geconcentreerde koolhydraten hebben bijgedragen aan westerse ziekten als diabetes en obesitas is denk ik niet echt omstreden. Dat het vlees dat we eten niet meer van grazende gazelles is maar met krachtvoer vetgemestte kistkalveren (bewegingsbeperking!) is ook vast een factor. Dit voor de misvatting dan een laag carb dieet zou betekenen dat je je onbeperkt vol kunt stoppen met bacon en speklappen. Want overvoeding op vetrijke voeding leidt ook tot overgewicht (en insuline resistentie).
De glycemische index (insuline respons) is dus een belangrijke peiler van Taubes. Ik ben er nog niet goed achter hoe dit leidt tot zijn conclusie dat fructose daarbij wel een bijzondere plaats inneemt. Fructose leidt immers niet tot insuline afgifte. Sucrose (tafelsuiker; voor de helft glucose en voor de andere helft fructose) heeft zelfs een redelijk voorbeeldige glycemische index in vergelijking tot witbrood en witte rijst.
Het scheermes van Ockham is een mooi principe maar ik heb meer met Einstein:
"Everything should be made as simple as possible, but not simpler".
Nou wil het toeval dat ik vanavond als Taubes' fluistertolk optreed. Ik vrees dat we ook even een methodologische privé-discussie gaan hebben: in een veld als voeding kun je niet met Ockham werken omdat het zo evident multidimensionaal is. Vraag blijft wel: als we veel niet weten (omdat wetenschap ons dat niet makkelijk toestaat op het complexe gebied van voeding), wat is dan rationeel?
Op dat punt ben ik nooit een scherper denker dan Frits Muskiet - de promotor van Remko Kuipers - tegengekomen. Zijn antwoord: maak een zo sterk mogelijk theoretisch design en start van daaruit pas het reductionistisch onderzoek. Dat past heel goed bij Einsteins net wat complexere 20e eeuwse versie van die oude Willem van Ockegem.