Vergat vorige week staatssecretaris Bleker zijn Afrikaanse boontjes in de Amsterdamse Rode Hoed, gisteren verloor de Rode Hoed Afrika nagenoeg volledig uit het zicht. De verwarring tussen feit, mogelijke keuzen en ideologie onttrok de kansen en problemen van Afrika tijdens de tweede voedseldiscussie-avond van It's Food, stupid behoorlijk aan het oog.
Een even genuanceerd als scherp presenterende Eric Smaling - Foodlog interviewde hem vorige week - liet zien dat voedsel een verdelingsvraagstuk is dat meerdere mogelijke oplossingen heeft, maar geen neoliberale. De wereld kijkt weg, zoals hij op een van zijn sheets liet zien. Afrika zou volgens hem het beste geholpen zijn met kennis bij het opzetten van een interne markt, zoals de EU die na WO II met succes wist vorm te geven én wist te leren van de daarbij gemaakte fouten. Wat hem betreft zijn echter ook importen van voedsel denkbaar, evenals intensieve landbouw in Afrika. Dat leek hij - senator van de SP - van de twitteraars niet te mogen vinden.
Bob van der Bijl van de Netherlands-African Business Council betoogde dat de steden in Afrika sterk in ontwikkeling zijn én er grote kansen zijn voor de ontwikkeling van intensieve landbouw en veeteelt. Zo had hij gistermiddag nog in Brabant gesproken met een grote kippenstallenbouwer over de mogelijkheden in Afrika. De twitteraars in de zaal vonden dat zulke mogelijkheden juist niet benut moesten worden. Intensieve landbouw zorgt immers nauwelijks voor banen, maar wel voor export en geld in de zakken van slechts een handjevol mensen. De redactie sprak even na met Van der Bijl. Hij schudde zijn hoofd en zei: "zulke mensen begrijpen niet dat Afrika geen boerentraditie kent en niet in armoe in de bush wil blijven leven." Hij had geen antwoord op de vraag hoe met de twee- en waarschijnlijk zelfs scherpe driedeling van de maatschappij zou moeten worden omgegaan. Een dergelijk ontwikkelingspad zal immers naast een smalle rijke top en een brede middenklasse een forse, heel arme, onderklasse van menselijke 'waste' laten ontstaan.
Tot slot sprak Madelon Meijer van OxfamNovib. Zij vroeg zich af of het erg is dat Afrika de boot heeft gemist. Daarmee bedoelde ze dat Afrika werkelijk alle kansen heeft om in een duurzame maar arme lifestyle te komen. Het oude Continent zou een voorbeeld voor de wereld kunnen zijn. Dat beviel een deel van de zaal beter. Meijer gaf op haar beurt echter geen antwoord op de vraag of wij voor Afrika kunnen beslissen dat armoede in geluk voor allen een beter alternatief is, dan welvaart en welzijn voor een groter deel van de bevolking.
Smalings wijze pleidooi voor een intern bepaald en van binnen naar buiten gericht Afrikaans landbouwbeleid verdween helaas op de achtergrond. Kennelijk is de oppositie tussen neoliberale grote en autonome kleinschalige landbouw sexy en is een genuanceerde blik op de organisatorische voorwaarden op dit moment niet zo 'hip'.
Volkskrantjournalist Mac van Dinther vroeg zich na afloop van de avond af: "Nou weet ik het nog niet, mogen we nou wel of geen boontjes uit Afrika?"
Het twitterverslag van de avond is hier te vinden. Het officiële verslag van de avond is hier te vinden.
Dit artikel afdrukken
Bob van der Bijl van de Netherlands-African Business Council betoogde dat de steden in Afrika sterk in ontwikkeling zijn én er grote kansen zijn voor de ontwikkeling van intensieve landbouw en veeteelt. Zo had hij gistermiddag nog in Brabant gesproken met een grote kippenstallenbouwer over de mogelijkheden in Afrika. De twitteraars in de zaal vonden dat zulke mogelijkheden juist niet benut moesten worden. Intensieve landbouw zorgt immers nauwelijks voor banen, maar wel voor export en geld in de zakken van slechts een handjevol mensen. De redactie sprak even na met Van der Bijl. Hij schudde zijn hoofd en zei: "zulke mensen begrijpen niet dat Afrika geen boerentraditie kent en niet in armoe in de bush wil blijven leven." Hij had geen antwoord op de vraag hoe met de twee- en waarschijnlijk zelfs scherpe driedeling van de maatschappij zou moeten worden omgegaan. Een dergelijk ontwikkelingspad zal immers naast een smalle rijke top en een brede middenklasse een forse, heel arme, onderklasse van menselijke 'waste' laten ontstaan.
Tot slot sprak Madelon Meijer van OxfamNovib. Zij vroeg zich af of het erg is dat Afrika de boot heeft gemist. Daarmee bedoelde ze dat Afrika werkelijk alle kansen heeft om in een duurzame maar arme lifestyle te komen. Het oude Continent zou een voorbeeld voor de wereld kunnen zijn. Dat beviel een deel van de zaal beter. Meijer gaf op haar beurt echter geen antwoord op de vraag of wij voor Afrika kunnen beslissen dat armoede in geluk voor allen een beter alternatief is, dan welvaart en welzijn voor een groter deel van de bevolking.
Smalings wijze pleidooi voor een intern bepaald en van binnen naar buiten gericht Afrikaans landbouwbeleid verdween helaas op de achtergrond. Kennelijk is de oppositie tussen neoliberale grote en autonome kleinschalige landbouw sexy en is een genuanceerde blik op de organisatorische voorwaarden op dit moment niet zo 'hip'.
Volkskrantjournalist Mac van Dinther vroeg zich na afloop van de avond af: "Nou weet ik het nog niet, mogen we nou wel of geen boontjes uit Afrika?"
Het twitterverslag van de avond is hier te vinden. Het officiële verslag van de avond is hier te vinden.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Tja de boontjes. Wat mij betreft gaat het vooral over ecologische duurzaamheid. Kun je in het zelfde gebied over 10 jaar nog boontjes telen, hoe is het dan met de watervoorraden, de bodemvruchtbaarheid. We hebben het te weinig over behoud van bronnen en productiviteit. Op de belangrijkste productievoorwaarden hoeft - in tegenstelling tot bv gebouwen en machines- in economische zin niets te worden afgeschreven, dat is kortzichtig. Deze randvoorwaarden kunnen alleen goed worden beschermd door mensen die op lange termijn een belang hebben in een regio omdat ze ook willen dat hun kinderen en kleinkinderen daar een toekomst hebben. Dat begint bij kennis en bewustwording, het denken in kringlopen. We kunnen niet als 'sprinkhanen' over de wereld blijven trekken, dat gaat niet goed.
Dus, Bert? Ja of nee?
Ik ken de foodprint van de boontjes niet, maar weet bv wel dat de asperges voor AH in de Andes de spaarzame waterbronnen opgebruiken en meen ook dat onze Keniaanse rozen ook veel water nodig hebben. Het is onbegrijpelijk dat we niet op iets langere termijn naar dingen kijken. Dat zal echt in onze systemen moeten worden ingebouwd. Als het afschrijven op onze hulpbronnen in de prijs moet worden meeberekend dan kom je op vanzelf op het antwoord of het wel of niet kan. Nu kan het dankzij subsidies op transport en vrijwel gratis gebruik van natuurlijke bronnen....
Mij ontgaat in dit verslag het doel van de bijeenkomst en vanuit welk perspectief je dit probleem bekijkt. Als het over Afrika gaat raakt het Nederlands normen en waarden stelsel helemaal over zijn toeren. Is de import van Kenyaanse boontjes wezenlijk anders dan de import van linzen uit India, saffraan uit Afghanistan of koffie uit Colombia?
Bekeken vanuit het standpunt van de Kenyaanse boer(in) is de keuze overzichtelijk. De teelt van sperzieboontjes voor de Europese markt levert blijkbaar zoveel geld op dat het loont om de eigen voedselteelt op te geven en ervoor te kiezen boontjes te telen. Naar ik begrijp worden de meeste boontjes verbouwd op de vruchtbare hoger gelegen vulkanische gronden van Mount Kenya en Mount Elgon, waar daarvoor misschien wel andere cash crops verbouwd werden. In heel Afrika stopt elke boer(in) met eigen voedselproduktie zodra er een interessant inkomen verdiend kan worden met een ander gewas, zoals thee, cacao, katoen of koffie. So what, als ik Afrikaans boer was, maakte ik precies dezelfde keuze.
Bert bekijkt het vanuit een persoonlijk perspectief, maakt een keuze voor de footprint en vanuit dat perspectief ben ik het helemaal met hem eens, ik eet ook geen boontjes uit Kenya.
Jopie, je haalt me de woorden uit de mond. De dienstdoende redacteur van dit medium werd gevraagd de avond nog even op het podium samen te vatten en sprak precies die woorden: als je niet bepaalt waar je het over wilt hebben kun je vele gesprekken voeren en het toch nergens over hebben. Ik zei het iets gevatter en iets beleefder, maar daar kwam het wel op neer.
Dat is geen verwijt aan Smaling. Die was nl. volstrekt helder. Hij wilde het hebben over Afrikanen, hun welbevinden en de positie van Afrika in het wereldpolitieke krachtenveld. Vandaar zijn pleidooi voor een Afrikaans Landbouwbeleid naar het model van de EU na WO II.
Verder volstrekt eens: eten maken voor anderen doen mensen alleen als ze er geld mee kunnen verdienen. Als lokale markten het niet kunnen betalen, gaat het spul naar het buitenland, tenzij je met een gemeenschappelijk landbouwbeleid zou gaan werken.