De inkleding van het persbericht 'Veiligheid plantaardige voedingssupplementen baart zorgen' door Wageningen Universiteit was dusdanig dat de pers het interessant genoeg vond het over te nemen. De wetenschappelijk eindverantwoordelijke voor het uitgaan van het bericht is hoogleraar toxicologie Ivonne Rietjens.

Het bericht ging over een dierexperiment met alkenylbenzenen. Dat zijn stoffen die te vinden zijn in basilicum, venkel, nootmuskaat en kaneel. Dus specerijen en tuinkruiden die gewoon in de keuken worden gebruikt en die - overigens zelden - in een capsule of tablet worden verwerkt. In een supplement zitten de specerijen en kruiden en niet uitsluitend de alkenylbenzenen die zijn onderzocht. Deze mogelijk toxische en in dieren kankerverwekkende stoffen zijn voor deze proef gescheiden van de andere stoffen die in basilicum, venkel, nootmuskaat en kaneel zitten.

Naast deze vaststelling én dat het om een dierproef gaat, is het nog belangrijker vast te stellen dat het NIET om een voedingssupplement gaat met voedingsstoffen, zoals bijvoorbeeld vitamine C, vitamine E of selenium, terwijl krantenkoppen (zie Trouw en Telegraaf) en de kop van het persbericht van de Universiteit Wageningen ('Veiligheid plantaardige voedingssupplementen baart zorgen') dat wel suggereren.

Fotocredits: puurnatuurproducten
Dit artikel afdrukken