Elke 6 jaar moeten de EU-staten de kwaliteit van beschermde Natura 2000-gebieden in kaart brengen. De Europese Commissie verwerkt die gegevens vervolgens in het rapport State of Nature in the EU. De meest recente editie van het rapport dateert uit 2020, en pakte zeer negatief uit voor de Nederlandse natuur. Die zou er slechter aan toe zijn dan in de meeste andere landen: 88% van de Nederlandse natuurtypen is in 'matige' of 'slechte' staat.

Om te kijken of dat klopt, dook de NOS in de ingediende gegevens van alle 27.031 Europese Natura 2000-gebieden. In principe rapporteren de lidstaten jaarlijks over de natuurkwaliteit in en de bedreigingen voor de natuurgebieden door middel van een standaardformulier.

De NOS turfde om te beginnen de ontbrekende en onvolledige registraties en dat waren er nogal wat. Zo slaan 11 landen de beoordeling van hun beschermde habitattypen deels over, waaronder Letland (bij 31%), Hongarije (23%) en Portugal (21%). Twaalf landen rapporten de bedreigingen voor de beschermde natuur vaak niet, Estland op kop (67%), gevolgd door Italië en Denemarken (beide 42%).

Het dossier dreigt te verzanden in een onbegrijpelijke brei van beweringen en cijfers die daar vermoedelijk bij worden geconstrueerd
Ook keek de NOS specifiek naar de stikstofdreiging. Het doorgeven van stikstofcijfers is in Europees verband niet verplicht; Nederland blijkt het enige land te zijn dat de impact van stikstof op Natura 2000-gebieden consequent rapporteert. "Andere West-Europese landen zoals Denemarken, België, Duitsland en Frankrijk hebben ook problemen met stikstof, maar ze rapporteren niet allemaal hetzelfde", zegt Theo van der Sluis (Wageningen University), die in opdracht van de Europese Commissie bijdraagt aan de rapportages.

Volgens de NOS is het dan ook 'waarschijnlijk' dat in de aangeleverde data het werkelijke stikstofprobleem in Europa wordt onderschat. 'Landbouw' en 'bemesting' komen regelmatig naar voren als drukfactoren, maar 'stikstofdreiging' wordt nauwelijks gemeld.

Van der Sluis zegt daarover dat het eigenlijk 'arbitrair' is hoe een land de bedreiging van Natura 2000-gebieden invult. "Of een lidstaat 'landbouw' invult of dat verder specificeert als 'bemesting' of 'stikstof' is ook een kwestie van: wordt het stikstofprobleem erkend of genegeerd?"

Dat stikstof als vervuilende factor voor de natuur minder vaak gemeld wordt dan je zou verwachten, viel ook de European Environment Agency (EEA) op. Volgens die organisatie moet 40% van de data in de meest recente State of Nature in the EU beschouwd worden als "niet robuust of representatief voor hele biogeografische regio's". Alles bij elkaar kunnen we nog steeds niet inschatten hoe het Europese natuurnetwerk ervoor staat.

Het bericht van de NOS suggereert dat Nederland als gevolg een van de weinige landen is, die zich bewust zijn van het effect van stikstof op hun natuurlijke habitats omdat ons land zorgvuldig meet. Op Foodlog berekende Nico Gerrits uitgebreid dat Europese instandhoudingsrapportages voor Nederland niet zo ongunstig zijn als de NOS-berichtgeving suggereert. Er wordt niet zozeer gemeten, maar vooral gemodelleerd met een sterke theoretische bias, zegt Gerrits.

De stichting NewMob die werd opgericht door Jan Cees Vogelaar als tegenhanger van MOB van stikstofstrijder Johan Vollenbroek meldde vandaag op basis van officiële PBL en CBS-cijfers dat het met de Nederlandse natuur prima gaat. Ook Geesje Rotgers (Stichting Agrifacts) beweerde iets soortgelijks op basis van officiële cijfers.

Het inhoudelijke stikstofdossier lijkt te verzanden in een onbegrijpelijke brei van beweringen en cijfers die de strijdende partijen vermoedelijk ieder van hun kant construeren zoals het hun ambities en idealen past.

Op basis van de de 12.144 Natura 2000-gebieden met habitats die zeer gevoelig zijn voor stikstof, maakte de NOS onderstaande kaartjes op basis van data van Eurostat:
landbouw mest stikstof stikstofgevoelige habitats

Dit artikel afdrukken