Pollan kreeg te maken met het 'cafeïneonttrekkingssyndroom': hij voelde zich onthecht, had een minder helder bewustzijn, kon zich maar moeilijk concentreren en twijfelde aan alles, onder meer waarom het een goed idee zou zijn over de invloed van cafeïne op onze geest te schrijven.
"Mijn ware ik is mijn ik onder invloed van cafeïne!", constateerde hij. En tegelijkertijd stelde hij vast dat het 'transformerende effect' van cafeïne zo algemeen aanvaard en wijdverspreid is dat het onzichtbaar is geworden. "Een van de gekke dingen van cafeïne is dat je je er zo normaal bij voelt, tenzij je er heel veel van neemt. Als je alcohol of cannabis neemt, brengt dat een specifiek gevoel met zich mee. Je bent je ervan bewust dat je niet nuchter bent. Cafeïne versmelt heel mooi met onze geest." We realiseren ons dan ook niet hoeveel invloed cafeïne heeft en zien het zelfs niet als een drug. Maar net als opium of peyote verandert cafeïne wel degelijk ons bewustzijn. De maatschappij vindt het in het geval van koffie niet erg. Ze staat over het algemeen positief tegenover drugs die de samenleving soepeler laten functioneren, en dat is bij uitstek wat cafeïne doet.
Industriële Revolutie en Burgeroorlog
Pollan legt - voorzichtig, maar toch - een verband met de grote historische veranderingen die zijn opgetreden sinds de ontdekking van de koffie- en de theeplant: "de industriële revolutie, de verlichting, het tijdperk van de rede." Vóór de introductie van de koffie, halverwege de 17e eeuw, dronken de mensen bier en wijn omdat alcoholische dranken veiliger waren dan (verontreinigd) water. Voor koffie en thee moet je water koken, dat is dan weer veiliger dan alcohol. Bovendien heeft de cafeïne een opwekkende en stimulerende werking, in tegenstelling tot de alcoholische dranken. "Het is moeilijk voor te stellen dat de verlichting of de industriële revolutie hadden plaatsgevonden als we in zo’n benevelde toestand waren gebleven als we toen waren", zegt Pollan. "Je kunt dronken mensen geen zware machines laten bedienen. Ze kunnen ook niet de hele nacht doorwerken."
Ook tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog lijkt cafeïne een rol te hebben gespeeld. De zuidelijke rebellen kampten door blokkades met een koffietekort terwijl de Noordelijken daar geen last van hadden. De Noordelijken wonnen. Amerikaanse soldaten krijgen nog steeds cafeïnetabletten en -kauwgum mee.
In gesprek met Knack brengt die militaire invloed Michael Pollan op een idee: cafeïne kan dienen als geopolitiek wapen. "Sancties op koffie en thee, dat is nu eens een briljant idee! (lacht) Als je ziet wat er in Oekraïne gebeurt... De Russen zijn fervente theedrinkers. Het zou zeker impact hebben als we hun toevoer afsnijden."
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Dat verklaart alles: ik begin de dag altijd met een stuk of zes, zeven kopjes espresso.
Net als velen beweert Pollan dat ''halverwege de 17e eeuw, de mensen bier en wijn dronken omdat alcoholische dranken veiliger waren dan (verontreinigd) water''.
Volgens bierhistoricus Leendert Alberts klopt dat niet maar vanaf de negentiende eeuw waarschijnlijk weer wel. Toen gingen er steeds meer mensen in de steden wonen, was er grote armoede en kwamen er vervuilende fabrieken. Maar in de Middeleeuwen waren de steden nog een stuk minder dichtbevolkt en zagen ze er nog behoorlijk landelijk uit. Fabrieken waren er nog niet. Het oppervlaktewater kon dus nooit zo erg vervuild zijn geweest. Aldus Alberts.
Water stond laag aangeschreven. Dieren dronken het. Bier stond dus hoger aangeschreven dan water, en daarbij gold de stelregel: hoe zwaarder het bier, hoe statusverhogender. Wie het echt goed voor elkaar had, dronk wijn.
In de zeventiende eeuw kreeg het bier geduchte concurrentie. De jenever kwam op, evenals de koffie, thee en cacao. ‘Dat ging allemaal van de bierconsumptie af’, stelt Alberts vast. ‘Bier werd de verliezende partij. Een kwestie van marktwerking, met waterkwaliteit had het niets te maken.’
Waarom dronken middeleeuwers veel meer bier dan wij
#2 ellen, hoe staat het met jouw 'ware ik'? Ik ben de dag weer opgestart met een kopje Ricoré (le goût de la bonne humeur, stelt Nestlé ook nog eens), want anders duurt het wel een tijdje, of start ik helemaal niet op (ik herken mij dan ook in Pollan's beschrijving van het 'onthoudingssyndroom').
Maar misschien kan je die 'ware ik' doortrekken, door te stellen 'ik ben wat ik eet', een favoriet van Fresco.
Ik ben hoog sensible Frank maar dat wist je waarschijnlijk al. Voordat ik naar Frankrijk vertrok, dronk ik alleen thee zonder theïne. Pas toen ik zo idioot vroeg koeien moest gaan melken ben ik koffie gaan drinken. Eén kopje filterkoffie, aangelengd met opgeklopte melk, is voor mij voldoende om de dag door te komen.
Dezelfde gevoeligheid geldt voor alcohol en medicijnen, reden waarom ik, denk ik, radicaal gematigd ben.
Je zou mij ook gewoon saai kunnen noemen.