Die vraag stelde een team onderzoekers van het Centre for the Study of Existential Risk (CSER) van de universiteit van Cambridge nou juist wel. En het antwoord is behoorlijk slikken. De risico's van agri-AI worden flink onderschat maar zijn wel substantieel.

Je moet er niet aan denken dat een cyberaanval een agrarisch bedrijf plat legt door de data uit de geautomatiseerde systemen te corrumperen en zo sproeisystemen, drones of oogstrobots stilzet. In één klap kan de voedselzekerheid van miljoenen mensen op het spel komen te staan. Toch komt dat al voor. Vorig jaar legde een cyberattack JBS, 's werelds grootste vleesverwerker, plat. Verschillende slachterijen in de VS, Canada en Australië moesten dagenlang de deuren sluiten. Ook wisten Russische cybercriminelen veevoerbedrijf NEW Cooperation te hacken, waardoor de voedselvoorziening van 11 miljoen dieren in gevaar kwam.

Een cyberaanval kan een agrarisch bedrijf volledig platleggen door sproeisystemen, drones of oogstrobots stil te zetten. In één klap kan de voedselzekerheid van miljoenen mensen op het spel komen te staan
"AI wordt bejubeld als de manier om een revolutie in de landbouw teweeg te brengen," zegt Seán Ó héigeartaigh, uitvoerend directeur van CSER. "Als we deze technologie op grote schaal inzetten, moeten we goed nadenken over mogelijke risico's en ernaar streven die al in een vroeg stadium van het technologieontwerp te beperken."

'Ethische hackers' en ecologen
Dat betekent bijvoorbeeld dat ethische hackers al tijdens de ontwikkeling bedrijven helpen zwakke plekken in de beveiliging in kaart te brengen, zodat echte hackers geen kans maken. Maar het gaat niet alleen om de (computer)technische kant. Een AI-programma dat bedoeld is om op korte termijn de grootste opbrengsten te genereren, zou ongunstige lange termijneffecten kunnen hebben door overbemesting, bodemerosie en overmatig gebruik van pesticiden. Om dat te voorkomen is het onontbeerlijk dat bijvoorbeeld een ecoloog meekijkt tijdens de ontwikkeling.

Er is nog een risico aan het grootschalig gebruik van AI in de landbouw: de blinde vlek die juist kleine boeren vormen. Het merendeel van de boeren wereldwijd zijn 'smallholders' die genoeg verbouwen om hun eigen familie te voeden en misschien nog wat extra naar de markt kunnen brengen. Door de lage penetratiegraad van internet kunnen kleine boeren geen gebruik maken van geavanceerde technologieën en voor de geautomatiseerde nieuwste snufjes en machines hebben ze geen geld. AI dreigt de kloof tussen commerciële en zelfvoorzienende boeren dan ook nog verder te verwijden.

Voedselonzekerheid
AI is ontwikkeld met het oog op het optimaliseren van gewassen voor stapelvoedsel zoals tarwe, rijst en mais. Voor de gewassen die van cruciaal belang zijn voor arme zelfvoorzienende boeren (denk aan quinoa, cassave of sorghum) is veel minder aandacht. En dat heeft tot gevolg dat allerlei kleinschalige vormen van het boerenbestaan die voldoende voedsel opleveren en tegelijk de bodemvruchtbaarheid verbeteren, plagen in toom houden en de agrobiodiversiteit op peil houden, ondervertegenwoordigd zijn in de AI-datasets. Met het oog op de groeiende wereldbevolking én de klimaatverandering dreigt een verkeken kans op verbetering van de voedselproductie van de 2 miljard mensen die kampen met voedselonzekerheid.
Dit artikel afdrukken