Nederlandse boeren maken meer melk dan Nederlanders zelf consumeren. In de vorm van melk, yoghurt, poeder en kaas gaat twee derde van de productie de grens over. Ook vleeskuikens, varkens, eieren, aardappelen en suiker gaan in vergelijkbare volumes naar het buitenland. Het verwijt dat we boeren voor de export klopt. En dat kost inderdaad natuur die we al vele eeuwen geleden hebben omgezet in vruchtbare grond. Voor een aantal productgroepen die we in Nederland consumeren kunnen we dus best met minder dieren en productie af. Dat verlaagt de lokale emissies en druk op de natuur.

We zijn verslaafd aan consumptie. Is dat de schuld van de producent? Mij is het om het even wie je daaronder verstaat - de boer, BMW, Ikea of het digitale winkelcentrum Amazon
Nederland telt 1,81 miljoen hectare landbouwgrond (in 1980 was dat nog 2,02 miljoen), 56% van alle grond in ons land. Voor onze eigen consumptie gebruiken we daarvan 0,8 miljoen hectare. Daarbovenop gebruiken we 2,5 miljoen hectare buitenlandse landbouwgrond waarop daar rundvlees, graan, wijn, koffie, thee, bananen, sinaasappels en andere soorten fruit worden geproduceerd. Van die import eten we de helft zelf op; de andere voeren we weer uit, grotendeels naar Europese achterland. Zonder dat we het doorhebben eten we van zo’n 2 miljoen hectare voor ons eigen voedsel. Met onze eigen 1,8 miljoen komen we dus eigenlijk te kort in Nederland.

Met die woorden wil ik niet de zoveelste boer zijn, die beweert dat we eigenlijk voedselimporteurs zijn. Ik probeer de cijfers op een rijtje te krijgen en ga nog even verder. Naast eten en drinken, rijden en vliegen we de wereld rond, kopen kleren, verwarmen onze huizen, gebruiken elektriciteit, hout en andere grondstoffen. Al die consumptieve genoegens kun je relateren aan CO2-emissies die je via hectares bos kunt compenseren zoals dat gebruikelijk is bij de berekening van je ecologische voetafdruk.

Nederlanders blijken de meeste hectares bos nodig te hebben voor hun energiegebruik (gas en elektra), de bestedingen van de overheid, wonen, kleding en verkeer en vervoer ( figuur 3.5). Deze vier groepen veroorzaken, in de genoemde volgorde van hun impact, ieder met ruim 2 ton CO2-equivalenten per Nederlandse inwoner. Pas na die vier komt voeding met slechts 13% van de emissies.
De totale voetafdruk van een Nederlander komt uit op 4,9 hectare. Mondiaal is echter maar 1,63 hectare per persoon beschikbaar. We laten het als consumenten dus breed hangen.

De gedachte heeft postgevat dat krimp van de landbouw Nederland zijn bijdrage aan het wereldklimaatprobleem helpt oplossen. Maar als de consumptieverslaving blijft, verandert er niets ten goede.

Dat brengt me tot 3 vragen. Zijn boeren vervuilers omdat ze voedsel maken en exporteren maar de Nederlandse consument niet eens kunnen voeden? Of moeten we ons als samenleving afvragen waarom we zoveel grond we aan de natuur onttrekken door ons ruime consumptiepatroon op alle gebied? We zijn verslaafd aan consumptie. Is dat de schuld van de producent? Mij is het om het even wie je daaronder verstaat - de boer, BMW, Ikea of het digitale winkelcentrum Amazon.
Dit artikel afdrukken